Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 11 april 2016, 2016-0000097667, tot wijziging van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Dienst Uitvoering Onderwijs Wet- en regelgeving 2014

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Handelende met instemming van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Gezien de schriftelijke instemming van de Directeur-Generaal van de Dienst Uitvoering Onderwijs van 29 maart 2016;

Gelet op de artikelen 10:3 en 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Dienst Uitvoering Onderwijs Wet- en regelgeving inburgering 2014 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel t door een puntkomma, een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

  • u. het bekendmaken van het rentepercentage, genoemd in artikel 4.5, eerste lid, van het Besluit inburgering.

B

Na artikel 2 wordt een nieuw artikel 2a ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

Aan de Directeur-Generaal van de Dienst Uitvoering Onderwijs wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot het nemen van besluiten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur over informatie die verband houdt met de uitoefening van de bevoegdheden, genoemd in de artikelen 1 en 1a.

C

In artikel 3 wordt ‘de artikel 1, 1a en 2’ vervangen door: de artikelen 1, 1a, 2 en 2a.

D

Artikel 4 komt te luiden:

Artikel 4

De Directeur-Generaal van de Dienst Uitvoering Onderwijs kan met betrekking tot zijn bevoegdheden, genoemd in de artikelen 1, 1a, 2, 2a en 3, ondermandaat of machtiging in een door hem te bepalen omvang verlenen aan onder hem ressorterende functionarissen, met dien verstande dat hij geen ondermandaat verleent aan de functionaris aan wie door hem ondermandaat tot het nemen van het besluit waartegen het bezwaar zich richt is verleend.

E

In artikel 5 wordt ‘ondermandaat, volmacht of machtiging’ vervangen door: ondermandaat of machtiging.

ARTIKEL II

  • 1. Deze regeling treedt, met uitzondering van artikel I, onderdeel A, in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 november 2014.

  • 2. Artikel I, onderdeel A, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 januari 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 11 april 2016

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

TOELICHTING

De onderhavige regeling strekt tot wijziging van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Dienst Uitvoering Onderwijs Wet-en regelgeving inburgering 2014. In deze wijziging mandateert de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (minister van SZW) twee nieuwe bevoegdheden aan de Directeur-Generaal van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) op het terrein van het inburgeringsexamen en het Basisexamen inburgering.

Allereerst wordt aan DUO de bevoegdheid toegekend het rentepercentage voor de sociale lening die ten behoeve van het inburgeringsexamen kan worden afgesloten bekend te maken. Bij wijziging van de Regeling inburgering van 5 oktober 2015 (Stcrt. 2015, 34287) is de bepaling geschrapt, waarin door de minister van SZW op grond van de hem in artikel 4.5, eerste lid van het Besluit inburgering gegeven bevoegdheid, dit jaarlijkse rentepercentage wordt vastgesteld. De bekendmaking van het rentepercentage wordt met ingang van 1 januari 2016 door de minister van SZW aan DUO gemandateerd. DUO publiceert het geldende rentepercentage op haar website. Hierdoor hoeft het rentepercentage niet meer jaarlijks in de Regeling inburgering te worden gepubliceerd.

De tweede wijziging betreft de toekenning van de bevoegdheid aan DUO besluiten te nemen op verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) die verband houden met de bevoegdheden die aan DUO zijn gemandateerd ter uitvoering van het inburgeringsexamen en het Basisexamen inburgering. De reden hiervan is dat DUO in de regel beschikt over de gegevens waarop de Wob-verzoeken over het inburgeringsexamen en Basisexamen inburgering zien.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

Naar boven