Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 9 december 2015, nr. IENM/BSK-2015/232859, tot wijziging van de Activiteitenregeling milieubeheer (reparaties nieuwe activiteiten)

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 8.44 en 8.45 van de Wet milieubeheer, de artikelen 1.7, tweede lid, 2.3b, tweede lid, 2.4, zesde lid, 2.5, zesde lid, 2.8, achtste lid, 2.11, tiende lid, 2.12, vierde en vijfde lid, 3.6d, tweede lid, 3.10j, derde lid, 3.12, achtste lid, 3.16d, eerste lid, 3.20, vierde lid, 3.26a, 3.30, 3.36, tweede en derde lid, 3.54g, vijfde lid, 3.129h, 3.158, 3.161, 3.162, 3.166, 3.167, 3.169, 4.74.2, eerste lid, 4.74.5, derde lid, 4.74.7, 4.103f, onderdeel d, en 5.65 van het Activiteitenbesluit milieubeheer en artikel 5.14 van het Besluit omgevingsrecht;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Activiteitenregeling milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3.4b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘artikel 3.5b, eerste en tweede lid, en artikel 6.19b, tweede tot en met het vijfde lid’ vervangen door: artikel 3.5b, eerste, tweede en vijfde tot en met het achtste lid,.

2. In het vierde lid wordt ‘artikel 3.5b, eerste en tweede lid, en artikel 6.19b, tweede tot en met het vijfde lid’ vervangen door: artikel 3.5b, eerste, tweede en vijfde tot en met het achtste lid.

B

In artikel 3.27a, eerste lid wordt ‘artikel 3.27a’ vervangen door: artikel 3.23d.

C

Aan artikel 3.33 wordt een vierde lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Ten behoeve van het realiseren van een verwaarloosbaar bodemrisico of het voorkomen van risico’s voor de omgeving en ongewone voorvallen, dan wel, voor zover dat niet mogelijk is, het zoveel mogelijk beperken van de risico’s voor de omgeving en de kans dat ongewone voorvallen zich voordoen en de gevolgen hiervan als bedoeld in artikel 3.30 van het besluit, wordt bij het opslaan van vloeibare brandstof, afgewerkte olie of bepaalde organische oplosmiddelen, bedoeld in artikel 3.29, eerste lid, van het besluit en bij het opslaan van vloeibare bodembedreigende stoffen, bedoeld in artikel 3.29, tweede lid, van het besluit in een ondergrondse opslagtank van metaal of kunststof voldaan aan artikel 3.38.

D

De aanhef van artikel 3.38 komt te luiden:

Bij het opslaan van stoffen in ondergrondse opslagtanks van metaal of kunststof alsmede het vullen en legen van deze opslagtanks wordt voldaan aan de volgende onderdelen van PGS 28:.

E

In artikel 3.39, aanhef, wordt ‘artikel 3.31, vierde lid’ vervangen door: artikel 3.31, vijfde lid.

F

In artikel 3.94a vervalt: ,tweede lid,.

G

In artikel 3.106, onderdeel a, wordt ‘tweede lid’ vervangen door: eerste lid.

H

Artikel 3.119, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Ten behoeve van het voorkomen dan wel zoveel mogelijk beperken van diffuse emissies, bedoeld in artikel 3.167, onderdeel a, van het besluit, worden dampen en gassen die vrijkomen bij:

    • a. het coaten of lijmen van planten of onderdelen van planten door middel van het vernevelen van vluchtige organische stoffen met een nevelspuit, of

    • b. het coaten of lijmen van planten of onderdelen van planten door middel van het opbrengen van poeder, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is, doelmatig aan de bron afgezogen.

I

Artikel 3.121 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt na ‘bij het coaten’ ingevoegd: of lijmen.

2. In onderdeel b vervalt: waarbij in het bijzonder.

J

In artikel 4.12a, tweede lid wordt na ‘voorschrift 3.10.4’ ingevoegd: van PGS 15.

K

Artikel 5.87 komt te luiden:

Artikel 5.87

De opstelplaats van de LPG-tankwagen voldoet aan de voorschriften 4.2.15 tot en met 4.2.23 en voorschrift 5.3.3 van PGS 16.

L

In de artikelen 3.27j, 3.55, tweede lid, 3.107, derde lid, 3.108, derde lid, 4.38, derde lid, 4.40, vijfde lid, 4.44, derde lid, 4.49a, derde lid, 4.50, derde lid, 4.55, derde lid, 4.57, derde lid, 4.60, derde lid, 4.64, vijfde lid, 4.68, vijfde lid, 4.71, derde lid, 4.74, derde lid, 4.77, derde lid, 4.81, derde lid, 4.84a, vierde lid, 4.84g, tweede lid, 4.84m, tweede lid, 4.102a, derde lid, 4.102i, derde lid, 4.104a, derde lid, 4.104c, tweede lid, en 4.117, derde lid, vervalt: overeenkomstig de artikelen 2.4 en 2.7a van het besluit.

M

In de artikelen 3.71, derde lid, 3.103, vierde lid, 3.104, tweede en derde lid, 4.40, zevende en achtste lid, 4.46, zevende en achtste lid, 4.49d, derde en vierde lid, 4.64, zevende en achtste lid, 4.68, achtste en negende lid, 4.84c, vierde en vijfde lid, 4.87b, 4.100, derde lid, 4.102c, vierde lid, 4.102ea, vierde en vijfde lid, 4.102ec, vierde en vijfde lid, 4.102f, vierde en vijfde lid, en 4.104d, vierde en vijfde lid, vervalt: tweede en.

N

Bijlage 11 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. In de categorieën 67A en 67B wordt ‘Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur’ telkens vervangen door: Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur.

  • 2. In de categorieën 83A en 83B wordt ‘categorie 83’ telkens vervangen door: categorie 82.

ARTIKEL II

De Regeling scheiden en gescheiden houden van gevaarlijke afvalstoffen wordt ingetrokken.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2016 na de inwerkingtreding van artikel I, onderdelen A tot en met G, I tot en met SSSSSS, bijlagen 9, 11, 12a, 12b, 13 en 14 en de artikelen II, III en IV van de Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 30 september 2015, nr. IENM/BSK-2015/174195, tot wijziging van de Activiteitenregeling milieubeheer en enkele andere regelingen (nieuwe activiteiten).

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

TOELICHTING

De Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 30 september 2015, nr. IENM/BSK-2015/174195, tot wijziging van de Activiteitenregeling milieubeheer en enkele andere regelingen (nieuwe activiteiten) (Stcrt. 2015, no 29035) betreft de uitvoering van de zogenaamde ‘4e tranche wijziging’ van het Activiteitenbesluit milieubeheer in onder meer de Activiteitenregeling milieubeheer. Het is gebleken dat deze 4e tranche wijzigingsregeling een aantal kleine wetstechnische en redactionele onjuistheden bevat. Deze regeling herstelt deze onjuistheden, waarbij nadrukkelijk geen inhoudelijke aanpassingen zijn beoogd ten opzichte van de bedoelingen van de wetgever van de 4e tranche en ten opzichte van wat inhoudelijk destijds met alle betrokken is afgestemd. Om deze reden is deze regeling niet formeel ter consultatie of toetsing aan diverse partijen aangeboden, maar is volstaan met het informeren van de betrokken branches en bevoegde gezagen via Rijkswaterstaat (www.infomil.nl). Aangezien deze regeling enkel dient ter reparatie, wordt met een beroep op aanwijzing 174, vierde lid, onderdeel c, van de Aanwijzingen voor de regelgeving afgeweken van de vaste publicatietermijnen voor regelgeving.

Onderdelen A tot en met G en N brengen in de artikelen 3.4b, 3.27a, 3.33, 3.38, 3.39, 3.94a, 3.106, 4.12a en bijlage 11 correcties of aanvullingen aan in verwijzingen of formuleringen.

De formulering van de artikelen 3.119 en 3.121 wordt in de onderdelen H en I aangepast aan de formulering voor soortgelijke activiteiten elders in de Activiteitenregeling.

Onderdeel K voegt aan artikel 5.87 een verwijzing toe naar PGS 16, voorschrift 5.3.3, dat een minimale afstand van 25 meter voorschrijft tussen de lossende LPG tankwagen en een tankwagen die andere motorbrandstoffen lost. Deze eis gold ook al op grond van het voormalige Besluit LPG tankstations, dat bij de 4e tranche in het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling is opgegaan.

Bij de 4e tranche zijn de normatieve delen van de NeR (Nederlandse emissie richtlijn lucht) in het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling opgenomen en zijn de verwijzingen naar de NeR vervangen. Op een aantal punten was die verwijzing naar de artikelen 2.4 en 2.7a, tweede en derde lid, van het besluit niet geheel correct doorgevoerd. Dit wordt door de onderdelen L en M gecorrigeerd.

Ten slotte wordt in artikel II de Regeling scheiden en gescheiden houden van gevaarlijke afvalstoffen ingetrokken. Deze regeling is door de 4e tranche inhoudelijk in de Activiteitenregeling milieubeheer opgenomen, maar was abusievelijk nog niet ingetrokken.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Naar boven