Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 6 november 2015, nr. IenM/BSK-2015/213031, tot verlenging van de geldingsduur van het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 10.3 en 10.12, tweede lid, van de Wet milieubeheer;

Besluit:

De geldingsduur van het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 wordt met twee jaar verlengd tot en met woensdag 27 december 2017.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

TOELICHTING

Op grond van de artikelen 10.3 en 10.12, eerste lid, van de Wet milieubeheer is op 11 november 2009 door de toenmalige Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 vastgesteld. Dit plan is op 25 november 2009 gepubliceerd in de Staatscourant (Stcrt. 2009, 17866) en op 24 december 2009 in werking getreden.

Het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 (LAP2) is de opvolger van het in 2003 vastgestelde eerste landelijke afvalbeheerplan. In LAP2 is het algemene afvalbeheerbeleid vastgelegd en wordt voor specifieke (categorieën van) afvalstoffen hiervan een nadere uitwerking gegeven. In dat verband zijn in LAP2 regels opgenomen voor het scheiden, het inzamelen, de nuttige toepassing, het verbranden en het storten van afval. Ingevolge artikel 10.14 van de Wet milieubeheer moet ieder bestuursorgaan bij het uitoefenen van een bevoegdheid met betrekking tot afvalstoffen rekening houden met LAP2.

Teneinde het plan te kunnen aanpassen aan nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot afvalstoffen is LAP2 sinds de vaststelling tweemaal gewijzigd. De eerste wijziging (Stcrt. 2010, 2730) is vastgesteld op 16 februari 2010 en op 25 maart 2010 in werking getreden. De tweede wijziging van LAP2 (Stcrt. 2014, 31258) is vastgesteld op 3 december 2014 en op 5 januari 2015 in werking getreden.

Overeenkomstig artikel 10.12, tweede lid, van de Wet milieubeheer geldt een afvalbeheerplan voor een tijdvak van zes jaar, behoudens indien een nieuw afvalbeheerplan is vastgesteld. Op grond van dit artikel kan de geldingsduur van het afvalbeheerplan eenmaal met ten hoogste twee jaar worden verlengd.

Bij brief van 15 april 20151 heeft de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu de Tweede Kamer meegedeeld dat is besloten om de geldingsduur van LAP2 met twee jaar te verlengen. De Staatssecretaris motiveert dit besluit door te wijzen op de tweede wijziging van LAP2 die in januari 2015 in werking is getreden en het feit dat een verlenging van de geldingsduur het mogelijk maakt om bij de voorbereiding van een nieuw plan in te spelen op de herziening van de Europese regelgeving en de ontwikkeling naar een circulaire economie.

Verlenging van de geldingsduur van LAP2 stuit bij de ‘gebruikers’ van het plan, de omgevingsdiensten in opdracht van gemeenten en provincies, niet op bezwaar. Dit vanwege het feit dat het plan door de ingevoerde wijzigingen voor de uitvoeringspraktijk nog goed bruikbaar is.

Het streven is erop gericht in 2017 een nieuw landelijk afvalbeheerplan vast te stellen. Het LAP2 zal dan komen te vervallen.

Met dit besluit wordt de geldingsduur van LAP2 met twee jaar verlengd. Gelet op de datum van inwerkingtreding van LAP2, 24 december 2009, eindigt de reguliere geldingsduur van 6 jaar op 23 december 2017. Deze dag valt echter op een zaterdag, wordt gevolgd door een zondag en aansluitend door eerste en tweede kerstdag. Gelet op artikel 1 van de Algemene termijnenwet wordt LAP2 daarom verlengd tot en met 27 december 2017.


X Noot
1

Kamerstukken II 2014/15, 33 043, nr. 41, blz. 9

Naar boven