Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 2 juni 2015, nr. 615667, houdende de instelling van het Platform Opnieuw Thuis (Instellingsbesluit Platform Opnieuw Thuis (Huisvesting Vergunninghouders))

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. ambassadeur:

persoon die namens het platform optreedt in bestuurlijke overleggen en naar de media;

b. platform:

het Platform Opnieuw Thuis, bedoeld in artikel 2;

c. projectteam:

team bestaande uit medewerkers van departementen, betrokken organisaties of externen, dat het platform ondersteunt met het realiseren van de geformuleerde doelstelling;

d. staatssecretaris:

de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie.

Artikel 2. Instelling en taak

  • 1. Er is een Platform Opnieuw Thuis.

  • 2. Het platform heeft tot taak het proces van huisvesting van vergunninghouders conform artikel 28 van de Huisvestingswet 2014 te stimuleren en de gemeenten te ondersteunen bij de huisvesting van vergunninghouders. De tijdige realisatie van de huisvesting blijft een verantwoordelijkheid van de gemeenten.

Artikel 3. Samenstelling, benoeming, ontslag

  • 1. Het platform bestaat uit een voorzitter en andere leden.

  • 2. De voorzitter en de andere leden worden door de staatssecretaris benoemd.

  • 3. De benoeming geschiedt voor de duur van het platform.

  • 4. Bij tussentijds vertrek van een lid kan de staatssecretaris een ander lid benoemen.

  • 5. De voorzitter en de andere leden kunnen door de staatssecretaris worden ontslagen.

Artikel 4. Instellingsduur

Het platform wordt ingesteld met ingang van 1 november 2014 en wordt uiterlijk met ingang van 16 juli 2017 opgeheven.

Artikel 5. Leden

  • 1. Met ingang van 1 november 2014 wordt voor de duur van het platform tot lid van het platform benoemd:

    • a. de directeur Migratiebeleid van het Ministerie van Veiligheid en Justitie of diens plaatsvervanger, de voorzitter van het platform;

    • b. de directeur Woningmarkt van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties of diens plaatsvervanger;

    • c. de directeur Inkomensverzekeringen en -voorzieningen van, het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid of diens plaatsvervanger;

    • d. de voorzitter van de commissie Asiel en Integratie van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten of diens plaatsvervanger;

    • e. de portefeuillehoudende Gedeputeerde (Wonen) van de Provincie Noord-Holland, als vertegenwoordiger namens het Interprovinciaal Overleg, of diens plaatsvervanger;

    • f. de directeur Opvang van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers of diens plaatsvervanger,

    • g. de afgevaardigde van het bestuur van Aedes, de vereniging van woningcorporaties, en

    • h. de programmadirecteur van de projectteam.

  • 2. Andere leden kunnen door de staatssecretaris worden benoemd.

  • 3. Een ambassadeur van het project kan door de staatssecretaris worden aangesteld.

Artikel 6. Secretariaat en projectteam

  • 1. Het platform wordt ondersteund door een secretariaat en een projectteam.

  • 2. In het secretariaat wordt voorzien door het Ministerie van Veiligheid en Justitie.

  • 3. In het projectteam participeren medewerkers van de leden van het platform.

  • 4. Een programmadirecteur van het Ministerie van Veiligheid en Justitie geeft leiding aan het projectteam.

Artikel 7. Werkwijze

  • 1. Het platform stelt haar eigen werkwijze vast.

  • 2. Het platform streeft ernaar eenmaal per maand te vergaderen.

  • 3. Het projectteam legt verantwoording af aan het platform.

Artikel 8. Informatieplicht

Het platform verstrekt aan de staatssecretaris desgevraagd de door hem gewenste inlichtingen. De staatssecretaris kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

Artikel 9. Eindrapport

Het platform brengt vóór 1 juni 2017 zijn eindrapport uit aan de staatssecretaris. Het platform levert tussenrapportages op en sluit in de frequentie aan bij de P&C-cyclus van het Ministerie van Veiligheid en Justitie.

Artikel 10. Kosten van het Platform

Het platform biedt zo spoedig mogelijk na haar instelling een begroting en een planning aan de staatssecretaris aan.

Artikel 11. Archiefbescheiden

Het platform draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan het archief van de directie Migratiebeleid van het Ministerie van Veiligheid en Justitie.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 november 2014.

  • 2. Dit besluit vervalt met ingang van 16 juli 2017.

Artikel 13. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Platform Opnieuw Thuis.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

TOELICHTING

Het Platform Opnieuw Thuis wordt door middel van de onderhavige regeling ingesteld. Dit platform heeft tot taak zorg te dragen voor een gezamenlijke inzet voor het op het vereiste niveau houden van het tempo van uitplaatsing van vergunninghouders. Het gemeenschappelijke doel hierbij is de tijdige en correcte huisvesting, conform de taakstelling, bedoeld in artikel 28 en 29 van de Huisvestingswet 2014, van de vergunninghouders. Het platform vervult hierin een ondersteunende rol en doet voorstellen tot verbetering van het huisvestingsproces en de verbreding van de mogelijkheden die de woningmarkt kan bieden bij de huisvesting van vergunninghouders.

Bij brief van 17 november 2014 (Kamerstukken II 2014/15, 19 637, nr. 1918) is aangekondigd dat voor deze taak een platform in het leven zal worden geroepen. In overleg met de Vereniging Nederlandse Gemeenten en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het Ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid is het platform opgericht. Het platform is een overlegorgaan tussen de Ministeries van Veiligheid en Justitie, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Centraal Orgaan opvang asielzoekers en het Interprovinciaal Overleg, met als doel de vaart in het huisvestingsproces te (doen) houden.

Vergunninghouders worden door het COA bemiddeld naar woonruimte in de gemeenten. Burgemeester en wethouders dragen op grond van artikel 28 van de Huisvestingswet zorg voor de voorziening in de huisvesting van vergunninghouders in de gemeente overeenkomstig de voor de gemeente geldende taakstelling. De taakstelling wordt naar rato van het inwonertal opgelegd.

De gemeenten maken voor het vervullen van de taakstelling afspraken met de woningcorporaties, zodat de benodigde woningen uit het sociale woningbestand beschikbaar gesteld worden. Het aantal personen dat een verblijfsvergunning ontvangt is de afgelopen jaren toegenomen met als gevolg extra druk op de sociale woningmarkt. Verschillende gemeenten hebben in 2014 aangegeven de hoge taakstellingen als problematisch te ervaren.

Ter ondersteuning van het platform is een multidisciplinair projectteam onder leiding van een ‘ambassadeur’ opgericht. Het projectteam zal het gehele huisvestingsproces, dus vanaf het moment van vergunningverlening tot en met het betrekken van de woning, helpen te verbeteren en versnellen. Het projectteam stimuleert partijen om de taakstelling uit te voeren en helpt gemeenten bij het vergroten van de kansen op de woningmarkt. Het projectteam doet voorstellen aan het platform. Het projectteam fungeert als gesprekspartner voor partijen die in staat zijn te helpen bij het tijdig huisvesten van de grote groep vergunninghouders in 2015 en 2016.

Het platform wordt ingesteld voor een periode tot 16 juli 2016. Hiermee wordt het tijdelijke en uitzonderlijke karakter van dit platform benadrukt.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

Naar boven