ARTIKEL I
De Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom
wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, eerste lid, komt te luiden:
B
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel d wordt ‘artikel 10a of 10b van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers’
vervangen door: artikel 8 van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers 2014.
2. Onderdelen e tot en met h worden geletterd f tot en met i.
3. Na onderdeel d wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
4. Onderdeel f (nieuw) komt te luiden:
5. In de onderdelen g (nieuw) en h (nieuw) wordt na ‘het geconstateerde maligne mesothelioom’
ingevoegd: of de geconstateerde asbestose.
C
Na artikel 2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 2a
-
1. Recht op een tegemoetkoming, onverminderd artikel 2, heeft een persoon:
-
a. die op het moment van indiening van de aanvraag in leven is,
-
b. bij wie met toepassing van het protocol diagnostiek asbestose de ziekte asbestose
is vastgesteld, en
-
c. waarbij sprake is van een longfunctiebeperking als bedoeld in klasse 2, 3 of 4 van
het protocol diagnostiek asbestose.
-
2. In afwijking van het eerste lid heeft een persoon geen recht op een tegemoetkoming
indien de persoon voor het geconstateerde maligne mesothelioom reeds een tegemoetkoming
op grond van artikel 2 heeft verkregen.
-
3. De artikelen 2, onderdelen c en f tot en met i, 3 en 5 tot en met 7 zijn van overeenkomstige
toepassing.
D
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdelen a en b, wordt ‘artikel 2, onderdelen b tot en met h’
vervangen door: artikel 2, onderdelen b tot en met i.
2. In het tweede en derde lid wordt ‘artikel 1, eerste lid, onderdeel g’ vervangen door:
artikel 1, eerste lid, onderdeel h.
3. In het vierde lid wordt na ‘het geconstateerde maligne mesothelioom’ ingevoegd: of
de geconstateerde asbestose.
E
In de artikelen 4, tweede lid, en 6, eerste lid, onderdeel c, en vierde lid, wordt
na ‘het geconstateerde maligne mesothelioom’ ingevoegd: of de geconstateerde asbestose.
F
In artikel 4a wordt ‘de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers, die op grond van
artikel 12a van die regeling’ vervangen door: de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers
2014, die op grond van artikel 19 van die regeling.
G
In artikel 7 wordt na ‘artikel 2’ ingevoegd: of artikel 2a.
H
In artikel 8, eerste, aanhef, en derde lid, wordt na ‘degene aan wie de tegemoetkoming
is toegekend’ ingevoegd: of de nabestaande ervan,.
I
In artikel 9, tweede lid, wordt ‘artikel 2, onderdeel h’ vervangen door: artikel 2,
onderdeel i.
J
In artikel 11, tweede lid, onderdeel d, vervalt: per uitgebracht advies.
K
In artikel 12, eerste lid, onderdeel h, en het tweede lid, wordt ‘artikel 1, eerste
lid, onderdeel h’ vervangen door: artikel 1, eerste lid, onderdeel j.
L
Artikel 19 komt te luiden:
Artikel 19
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde
slachtoffers van mesothelioom en asbestose.
ARTIKEL II
In de artikelen 5, derde lid, en 12, derde lid, van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers
2014 wordt ‘Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom’ vervangen door: Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers
van mesothelioom en asbestose.
ARTIKEL III
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2014. Indien de Staatscourant
waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 maart 2014, treedt zij
in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin
zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 april 2014.
TOELICHTING
1. Aanleiding
Met deze regeling is de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers
van mesothelioom zodanig gewijzigd dat onder bepaalde voorwaarden ook voor de ziekte
asbestose een tegemoetkoming kan worden verstrekt.
Vanwege deze wijziging is de citeertitel gewijzigd in: de Regeling tegemoetkoming
niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom en asbestose (hierna: TNS).
Voor de uitbreiding van de doelgroep van de TNS is gekozen omdat ook de doelgroep
van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (hierna: TAS), waarvoor het Ministerie
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna: SZW) verantwoordelijk is, is uitgebreid
naar asbestose. Hiertoe heeft de Minister van SZW een nieuwe regeling vastgesteld,
Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers 2014.
Vanaf de totstandkoming van de TAS in 2000 is er discussie geweest over de vraag of
de ziekte asbestose ook onder de werking van het convenant Instituut asbestslachtoffers1 en de TAS moest komen. In een brief van 21 december 2005 aan de Tweede Kamer (Kamerstukken
II 2005/06, 25 834, nr. 36) heeft toenmalig Staatssecretaris van SZW, aangegeven, dat wanneer de convenantpartijen
consensus zouden bereiken over het uitbreiden van het convenant met (ex) werknemers
met de ziekte asbestose, ook de TAS hiermee uitgebreid zou worden. De convenantpartijen
hebben in 2011 deze consensus bereikt en dat heeft geresulteerd in een uitbreiding
van het convenant, ingaande per 11 december 2013. De convenantpartijen hebben onder
andere afspraken gemaakt over de hoogte van de immateriële schadevergoeding indien
sprake is van asbestose. In navolging van de uitbreiding van het convenant en de daarop
volgende uitbreiding van de TAS naar asbestose, is met de onderhavige wijziging van
de TNS ook de TNS uitgebreid zodat slachtoffers van asbestose of hun nabestaanden
onder omstandigheden een financiële tegemoetkoming kunnen krijgen.
Ten aanzien van de onderhavige wijzigingsregeling is ervoor gekozen om terughoudend
om te gaan met het aanbrengen van wijzigingen indien die wijzigingen niet nodig zijn
vanwege de uitbreiding naar asbestose of vanwege de nieuwe TAS.
In 2014 zal door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu gestart worden met een
evaluatie van de TNS. Daarin zal onder meer gekeken worden naar de uitvoering van
de TNS. Na die evaluatie zal de TNS worden aangepast om:
-
1. naar aanleiding van die evaluatie noodzakelijke wijzigingen door te voeren, en
-
2. enkele achterhaalde artikelen (bijvoorbeeld indiening aanvraag door nabestaanden van
slachtoffers die in het tijdvak 10 november 2006 tot 1 juni 2008 zijn overleden (artikel
6, vijfde lid)) te schrappen.
2. Ziekte asbestose
Asbestose kan alleen ontstaan na intensieve en langdurige blootstelling aan asbest.
Intensiteit en duur van de blootstelling zijn beide van belang voor het moment waarop
asbestose zich manifesteert, maar tussen het begin van de blootstelling en het optreden
van de ziekte (latentietijd) verstrijkt in de praktijk altijd ten minste 15 jaar.
Anders dan bij maligne mesothelioom is het voor asbestose nodig om vast te stellen
of iemand langdurig en intensief is blootgesteld aan asbest en om die reden sprake
is van asbestose. Het proces voor het vaststellen van asbestose is beschreven in het
bij de TAS behorend protocol (bijlage 1). Het Nederlands Asbestose Panel (NAP), de
expertgroep van de Nederlandse Vereniging van Artsen voor longziekten en Tuberculose
(NVALT), zal middels het medisch protocol vaststellen of sprake is van asbestose en
zal de ernst van het longfunctieverlies vaststellen. Pas als sprake is van een bepaalde
mate van longfunctieverlies kan recht bestaan op een tegemoetkoming. Ook dit is beschreven
in het medisch protocol.
3. De noodzakelijke wijzigingen van de TNS vanwege de uitbreiding naar asbestose
De onderhavige regeling brengt wijzigingen aan in de TNS om aan slachtoffers van asbestose
en diens nabestaanden een tegemoetkoming te kunnen verstrekken. In artikel 1, onderdeel
d, is een definitie van asbestose opgenomen. Die is gelijkluidend aan die van de TAS.
Tevens is in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, een definitie opgenomen van het protocol
diagnostiek asbestose. Er is verwezen naar het protocol opgenomen in bijlage 1 bij
de TAS.
Een persoon heeft recht op tegemoetkoming (artikel 2a, eerste lid, van de TNS), indien:
-
– die persoon op het moment van indiening van de aanvraag in leven is,
-
– bij wie met toepassing van het protocol diagnostiek asbestose de ziekte asbestose
is vastgesteld, en
-
– waarbij sprake is van een longfunctiebeperking als bedoeld in klasse 2, 3 en 4 van
het genoemde protocol.
In het tweede lid van artikel 2a is bepaald dat er geen recht op tegemoetkoming bestaat
indien de persoon vanwege geconstateerd maligne mesothelioom reeds een tegemoetkoming
op grond van artikel 2 heeft ontvangen. Net als voor de tegemoetkoming voor maligne
mesothelioom geldt voor de tegemoetkoming voor asbestose dat er alleen een tegemoetkoming
kan worden verkregen indien er geen aanspraak op de TAS kan worden gedaan en er geen
betaling op grond van de TAS is verkregen (artikel 2, onderdelen c, respectievelijk
f (nieuw), van de TNS).
In artikel 2, onderdeel e (nieuw), is bepaald dat er geen tegemoetkoming op grond
van artikel 2 voor geconstateerd maligne mesothelioom kan worden verkregen indien
er reeds op grond van artikel 2a een tegemoetkoming voor de geconstateerde asbestose
is verkregen.
Via het derde lid van artikel 2a zijn de overige voorwaarden uit artikel 2 van de
TNS, betreffende de tegemoetkoming voor maligne mesothelioom, van overeenkomstige
toepassing op de mogelijke tegemoetkoming voor asbestose.
De volgende voorwaarden uit artikel 2 van de TNS zijn van overeenkomstige toepassing:
-
– dat er geen uitkering is ontvangen op grond van een buitenlandse voorziening (onderdeel
g (nieuw));
-
– dat er geen vergoeding voor immateriële schade is ontvangen (onderdeel h (nieuw));
-
– dat het slachtoffer 10 jaar woonachtig in Nederland is geweest (onderdeel i (nieuw)).
In de toelichting bij de TNS uit 20072 is uitvoerig ingegaan op de bovengenoemde voorwaarden voor een tegemoetkoming voor
maligne mesothelioom. Voor een toelichting op de bovengenoemde voorwaarden, die van
overeenkomstige toepassing zijn op asbestose, wordt verwezen naar die toelichting
bij de TNS uit 2007.
Via het derde lid van artikel 2a zijn verder de artikelen 5 (inzake de aanvraag),
6 (inzake de informatieverplichtingen) en 7 (inzake de betaling) van overeenkomstige
toepassing op de tegemoetkoming voor asbestose.
De andere artikelen uit de TNS zijn ook van toepassing op de tegemoetkoming voor asbestose.
Alleen die artikelen hoeven niet uitdrukkelijk van overeenkomstige toepassing te worden
verklaard, omdat die artikelen betrekking hebben op een tegemoetkoming, en dus ook
die op grond van artikel 2a voor asbestose.
4. Overige wijzigingen
Enkele onderdelen van de onderhavige regeling hangen samen met de nieuwe TAS-regeling.
Het betreft artikel I, onderdelen B (gedeeltelijk) en F, waarmee naar (de relevante
artikelen van) de TAS 2014 is verwezen.
De bedragen van de tegemoetkomingen, genoemd in de artikelen 2, onderdeel h (nieuw),
3, vierde lid, en 4, eerste en tweede lid, van de TNS zijn niet meer actueel. Op grond
van artikel 19 (indexering) van de TAS 2014 wordt de hoogte van het voorschot op grond
van de TAS per kalenderjaar aangepast. De hoogte van het voorschot bedraagt per 1-1-2014
€ 19.201,–. Via artikel 4a van de TNS gelden die aangepaste bedragen voor de TAS ook
voor de TNS. Door artikel I, onderdeel F, is in artikel 4a van de TNS naar artikel
19 van de TAS verwezen.
De begripsomschrijving van ‘nabestaanden’, artikel 1, eerste lid, onderdeel i, onder
3, is zodanig gewijzigd dat daarmee als nabestaanden dezelfde personen worden aangemerkt
als diegenen die voor een overlijdensuitkering ingevolge artikel 18 van de Algemene
ouderdomswet (hierna: AOW) in aanmerking komen. In de AOW wordt niet langer de eis
gesteld dat de overledene voor de nabestaande in de kosten van het bestaan voorzag.
Net als in de TAS is de begripsomschrijving van nabestaanden in de TNS in lijn gebracht
met de AOW.
Met artikel I, onderdelen H en J, zijn eenvoudige, door de SVB gewenste wijzigingen
in de TNS aangebracht die niet direct samenhangen met de uitbreiding naar asbestose.
Met onderdeel H is een mogelijkheid opgenomen om de tegemoetkoming van nabestaanden
terug te vorderen indien zij na ontvangst van die tegemoetkoming nog een schadevergoeding
hebben ontvangen.
Met onderdeel J is aangesloten bij de TAS voor wat betreft de vergoeding door de SVB
aan het instituut asbestslachtoffers.
5.
Uitvoering
De SVB heeft een uitvoeringstoets voor de onderhavige regeling uitgevoerd. De SVB
voorziet geen uitvoeringsproblemen vanwege de uitbreiding van de TNS naar asbestose
door middel van onderhavige regeling.
6. Gevolgen
In 2013 zijn er 109 tegemoetkomingen op grond van de TNS voor mesothelioom toegekend
voor een bedrag van € 2.060.863.
Vanwege de toevoeging van asbestose aan de regeling worden hooguit 5 extra aanvragen
in het eerste jaar en 1 tot 2 extra aanvragen in de volgende jaren verwacht. De kosten
van de uitbreiding van de TNS zullen naar schatting jaarlijks maximaal € 100.000 bedragen.
7. Inwerkingtreding
Beoogd is dat de onderhavige regeling op 1 april 2014 in werking treedt. Daarmee wordt
aangesloten bij de inwerkingtredingsdatum van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers
2014 waarmee asbestose onder de TAS is gebracht. Indien de onderhavige regeling niet
uiterlijk op 31 maart 2014 in de Staatscourant is gepubliceerd, treedt die regeling
de dag na publicatie in werking en werkt dan terug tot 1 april 2014.
Het beleid inzake de vaste verandermomenten van regelgeving wordt gedeeltelijk in
acht genomen, namelijk 1 april als vast verandermoment voor de inwerkingtreding van
ministeriële regelingen. De invoeringstermijn van 2 maanden tussen publicatie van
de regeling in de Staatscourant en de inwerkingtreding wordt niet in acht genomen.
Inachtneming daarvan zou betekenen dat de onderhavige regeling pas op 1 juli 2014
in werking zou kunnen treden. Slachtoffers van asbestose zijn er bij gebaat dat de
onderhavige regeling zo spoedig mogelijk in werking treedt.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
W.J. Mansveld