Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 9 december 2014, nummer 584444, tot wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 6 van het Besluit naturalisatietoets;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling naturalisatietoets Nederland wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, vierde lid, wordt ‘artikel 8 van het Besluit inburgering’ vervangen door: artikel 3.8 van het Besluit inburgering.

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde en vierde lid wordt ‘kennis van de Nederlandse samenleving, bedoeld in artikel 3.9, eerste lid, onderdeel e, van het Besluit inburgering’ vervangen door: kennis van de Nederlandse maatschappij, bedoeld in artikel 3.9, tweede lid, onderdeel a, van het Besluit inburgering.

2. In het vierde en vijfde lid wordt na ‘Wet inburgering nieuwkomers’ telkens ingevoegd: zoals deze luidde op 31 december 2006.

3. Er wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

  • 8. Van het afleggen van het onderdeel van het inburgeringsexamen oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt, bedoeld in artikel 3.9, tweede lid, onderdeel b, van het Besluit inburgering, zijn vrijgesteld:

    • a. de verzoeker die de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, heeft bereikt;

    • b. de verzoeker die zich voor 1 januari 2015 bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft aangemeld voor de naturalisatietoets of een onderdeel van die toets en van wie DUO voor 1 februari 2015 het verschuldigde examengeld heeft ontvangen.

C

In artikel 5 vervalt het eerste lid 5.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015 met uitzondering van:

  • 1. artikel I, onderdeel A, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst en terugwerkt tot en met 1 januari 2013, en

  • 2. artikel I, onderdeel B, onder 1. en 3., dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst en terugwerkt tot en met 1 november 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 9 december 2014

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

TOELICHTING

Algemeen

In deze regeling tot wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland worden naar aanleiding van de toevoeging van oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt aan de naturalisatietoets twee vrijstellingen van dat examenonderdeel opgenomen. Verder wordt in deze regeling een aantal redactionele wijzigingen doorgevoerd.

Aan het inburgeringsexamen in Nederland is als onderdeel van kennis van de Nederlandse samenleving vanaf 1 januari 2015 oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt toegevoegd. Voor toelichting op het nieuwe examenonderdeel verwijs ik naar de Nota van Toelichting bij het Besluit van 16 oktober 2014 tot wijziging van het Besluit inburgering en het Vreemdelingenbesluit 2000 in verband met de toevoeging van een praktijkexamen ten behoeve van de oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt aan het onderdeel kennis van de Nederlandse samenleving en enkele andere wijzigingen (Stb. 2014, 404).

Omdat in de naturalisatieregelgeving het krachtens de Wet inburgering vastgestelde inburgeringsexamen als naturalisatietoets is aangewezen, krijgt het onderdeel oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt doorwerking in de naturalisatieregelgeving en -praktijk. In verband hiermee worden in de Regeling naturalisatietoets Nederland twee vrijstellingen van het nieuwe examenonderdeel opgenomen. Deze vrijstellingen worden toegevoegd aan artikel 4, dat betrekking heeft op gedeeltelijke vrijstellingen van onderdelen van de naturalisatietoets.

Van het toetsonderdeel oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt wordt vrijgesteld de verzoeker tot naturalisatie die de pensioengerechtigde leeftijd zoals bedoeld in de Algemene Ouderdomswet heeft bereikt. Verder wordt vrijstelling gegund aan de verzoeker tot naturalisatie die zich voor 1 januari 2015 heeft aangemeld bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor (een onderdeel van de) naturalisatietoets en van wie deze dienst het verschuldigde examengeld voor 1 februari 2015 heeft ontvangen. Zij hoeven vanuit het oogpunt van rechtszekerheid het onderdeel oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt niet af te leggen.

De invoeringstermijn van deze regeling bedraagt minder dan twee maanden. Hiermee wordt afgeweken van het in het Kabinetsstandpunt inzake Vaste Verandermomenten neergelegde uitgangspunt. Deze afwijking is toegestaan nu de onderhavige regeling direct samenhangt met bovengenoemd Besluit van 16 oktober 2014 dat op 31 oktober 2014 in het Staatsblad is gepubliceerd en op grond waarvan de artikelen met betrekking tot het nieuwe examenonderdeel oriëntatie op de arbeidsmarkt vanaf 1 januari 2015 betekenis krijgen (aanwijzing 174, vierde lid, onder a, Aanwijzingen voor de regelgeving).

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A (artikel 2)

In de regeling tot wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland van 3 december 2012 is artikel 2 gewijzigd. In de publicatie in de Staatscourant van 18 december 2012, nr. 26085, is in artikel 2, vierde lid, abusievelijk verwezen naar artikel 8 van het Besluit inburgering. Dat artikel bestaat niet. De geformuleerde rectificatie, namelijk verwijzing naar artikel 3.8 van het Besluit inburgering zoals de tekst luidde voor 1 januari 2013, is niet doorgevoerd. Dat wordt nu hersteld.

Onderdeel B (artikel 4)

In artikel 4 worden de twee bovengenoemde vrijstellingen van het nieuwe onderdeel oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt van de naturalisatietoets in een nieuw achtste lid neergelegd. Met betrekking tot de vrijstelling in het achtste lid, onderdeel b, wordt opgemerkt dat de aanmelding voor (een onderdeel van) de naturalisatietoets voor 1 januari 2015 moet zijn gedaan en dat DUO het verschuldigde examengeld voor 1 februari 2015 moet hebben ontvangen. Bij de laatste datum is er rekening mee gehouden dat, blijkens het Reglement inburgeringsexamen (te raadplegen via www.inburgeren.nl) het examengeld niet alleen via iDEAL kan worden betaald maar ook door het voldoen van een door DUO toegezonden factuur.

De overige wijzigingen in artikel 4 zijn van redactionele aard. Het betreft een aanpassing in het derde en vierde lid als gevolg van het feit dat het examenonderdeel kennis van de Nederlandse samenleving niet meer is opgenomen in artikel 3.9, eerste lid, onder e, maar als kennis van de Nederlandse maatschappij in artikel 3.9, tweede lid, onder a, van het Besluit inburgering. Verder wordt duidelijk gemaakt dat het in het vierde en vijfde lid gaat om de Wet inburgering nieuwkomers zoals die luidde op 31 december 2006. Deze wet is immers per 1 januari 2007 vervallen.

Onderdeel C (artikel 5)

In artikel 5 heeft de Staatscourant destijds (Stcrt. 2012, 26085) abusievelijk een aan het vierde lid identiek lid 5 toegevoegd. Het vierde en het eerste vijfde lid zijn daardoor identiek en er zijn twee verschillende leden 5. Deze onvolkomenheden zijn rechtgezet door het eerste lid 5 te laten vervallen.

Artikel II

De wijziging van artikel 3.9 van het Besluit inburgering in bovengenoemd Besluit van 16 oktober 2014 tot wijziging van het Besluit inburgering en het Vreemdelingenbesluit (Stb 2014, 404) is in werking getreden met ingang van 1 november 2014. Daarom treden ook de daarop betrekking hebbende wijzigingen in de onderhavige regeling op die datum in werking. Deze wijzigingen krijgen echter eerst vanaf 1 januari 2015 hun volle betekenis omdat degenen die zich voor 1 januari 2015 hebben aangemeld voor (een onderdeel van) de naturalisatietoets en van wie DUO de betaling van het examengeld voor 1 februari 2015 heeft ontvangen vrijgesteld zijn van het onderdeel oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt. Hiermee sluit de naturalisatieregelgeving aan bij de inburgeringsregelgeving waarin personen die voor 1 januari 2015 inburgeringsplichtig zijn geworden zijn vrijgesteld van het nieuwe onderdeel oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

Naar boven