Tijdelijke regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 25 september 2014, tot wijziging van de Regeling uitvoering Wet arbeid vreemdelingen 2014 in verband met het vervallen van de toets op aanwezig prioriteitgenietend aanbod voor aanvragen van de Aziatische horeca

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 8, derde lid, 9 en 22 van de Wet arbeid vreemdelingen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling uitvoering Wet arbeid vreemdelingen 2014 wordt als volgt gewijzigd:

A

In bijlage I wordt na paragraaf 19 een paragraaf ingevoegd, luidende:

Paragraaf 19a Tijdelijke tewerkstelling van koks ten behoeve van de Aziatische horeca

Voor vreemdelingen die als kok in de Aziatische horeca tijdelijk arbeid gaan verrichten kan een tewerkstellingsvergunning of een gecombineerde vergunning worden verleend zonder toets aan artikel 8, eerste lid, onder a, b en c, van de Wav. Afwijking in het kader van internationale handelscontacten van artikel 8, eerste lid, onder a, b en c, van de Wav vindt plaats onder de voorwaarde dat de aanvraag en de daarin opgenomen wervingsinspanningen, verplichtingen en het totaal van het aantal verleende vergunningen in een bepaald tijdsvak voldoen aan de voorwaarden die zijn overeengekomen in het convenant Aziatische Horeca. Het convenant voldoet aan de in paragraaf 38 opgenomen voorwaarden. Een vergunning wordt in afwijking van artikel 11, derde lid, van de Wav verleend voor de maximale duur van een jaar. Deze paragraaf in combinatie met het convenant geeft werkgevers in de Aziatische horeca de mogelijkheid om gedurende de looptijd van deze paragraaf tijdelijk gekwalificeerde koks aan te nemen van buiten de EER en Zwitserland in functieniveau 4 tot en met 6, zoals gehanteerd door de sector en zoals genoemd in een bijlage bij het convenant. Een tewerkstellingsvergunning of een gecombineerde vergunning kan na een herhaalde aanvraag alleen worden verleend als de werkgever heeft aangetoond in het eerste jaar aan alle voorwaarden met betrekking tot scholing, opleiding en duurzame dienstverbanden te hebben voldaan. De voorwaarden van het convenant zijn gericht op het binnen redelijke termijn realiseren van voldoende prioriteitsgenietend aanbod om vacatures van koks in de Aziatische horeca te vervullen. Mocht de werkgever of de sector niet voldoen aan de verplichtingen die in het convenant zijn opgenomen dan kan de tewerkstellingsvergunning of de gecombineerde vergunning worden geweigerd of ingetrokken op grond van artikel 9, eerste lid, onder c, en artikel 13 van de Wav.

Het maximaal aantal tewerkstellingsvergunningen dat tezamen met gecombineerde vergunningen kan worden verleend bedraagt van:

  • a. 1 oktober 2015 tot en met 31 maart 2015: 900;

  • b. 1 april 2015 tot en met 30 september 2015: 750;

  • c. 1 oktober 2015 tot en met 31 maart 2016: 750;

  • d. 1 april 2016 tot en met 30 september 2016: 750.

Bij het bereiken van het maximum van het aantal verleende vergunningen wordt getoetst aan artikel 8, eerste lid, onder a, b en c, van de Wav.

Voor deze aanvragen geldt derhalve ook de toets aan paragraaf 10.

B

In bijlage I vervalt paragraaf 19a.

ARTIKEL II

Een tewerkstellingsvergunning of een gecombineerde vergunning als bedoeld in artikel 1 van de Wet arbeid vreemdelingen, verleend op basis van paragraaf 19a van de Regeling uitvoering Wet arbeid vreemdelingen 2014, zoals deze paragraaf luidde op 30 september 2016 geldt, met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet arbeid vreemdelingen, gedurende maximaal een jaar na de datum van afgifte van de vergunning.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt, met uitzondering van artikel I, onderdeel B, in werking met ingang van 1 oktober 2014. Artikel I, onderdeel B, treedt in werking met ingang van 1 oktober 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst

Den Haag, 25 september 2014

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

TOELICHTING

Sinds begin 2012 heeft UWV geconstateerd dat er voor de meeste functies in de Aziatische Horeca prioriteitgenietend aanbod aanwezig is. Daarom wordt op aanvragen voor een vergunning vaak negatief beslist (tot 1 april 2014 de tewerkstellingsvergunning (twv) en na 1 april 2014 de gecombineerde vergunning (gvva) voor verblijf en arbeid). Er worden daarom steeds minder vergunningen verleend voor Aziatische koks. Daarnaast zijn in de Aziatische Horeca sinds begin 2014 veel twv’s, waarvan een groot deel vergunningen met een looptijd van 3 jaar, geëxpireerd. Voor de herziening van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav), die op 1 januari 2014 in werking is getreden (Stb. 2013, 556), gold het verbod dat een vreemdeling niet mag werken zonder geldige vergunning als bedoeld in artikel 2 van de Wav niet voor een vreemdeling die gedurende een ononderbroken tijdvak van drie jaar heeft beschikt over een voor het verrichten van arbeid geldige verblijfsvergunning (artikel 4, tweede lid, onder b, van de Wav). Na de herziening van de Wav is deze termijn verlengd naar vijf jaar en deze wijziging heeft onmiddellijke werking. Voor vreemdelingen waarvoor de vergunning afloopt moeten werkgevers daarom een nieuwe vergunning aanvragen indien zij deze langer te werk willen stellen.

De sector heeft aangegeven hierdoor in grote personele problemen te komen. Om dit probleem aan te pakken is bekeken op welke manier maatwerk geleverd kan worden aan de sector. Er is gezocht naar een oplossing die de sector voor de korte termijn zou helpen in het oplossen van de personele problemen door de toets op prioriteitgenietend aanbod tijdelijk buiten werking te stellen en daarnaast voor de lange termijn het aanwezig prioriteitgenietend aanbod in te zetten en/of geschikt te maken voor functies in de sector. Daarom is er voor gekozen elk half jaar een maximaal aantal twv’s en gvva’s te verlenen waarbij niet wordt getoetst aan artikel 8, eerste lid, onder a, b en c, van de Wav. Door de sector tijdelijk de ruimte te geven om vergunningplichtige gekwalificeerde Aziatische koks via een twv of gvva te werk te stellen ontstaat ruimte om prioriteitgenietend aanbod in te schakelen en/of op te leiden en/of om te scholen en kunnen de personele problemen structureel worden opgelost.

De Wav en de lagere regelgeving biedt de mogelijkheid voor het UWV om met een sector en convenant te sluiten dat erop gericht is binnen een redelijke termijn meer prioriteitgenietend aanbod te realiseren door middel van extra wervings- en scholingsinspanningen. UWV heeft mij in kennis gesteld dat er een convenant wordt afgesloten met de sector. In het convenant worden nadere voorwaarden opgenomen waaraan de individuele werkgever en de sector moeten voldoen. Het convenant wordt door het UWV in de Staatscourant gepubliceerd. Het gaat dan onder andere om het realiseren van opleidingen en dienstverbanden met niet vergunningplichtig personeel. Doordat de sector bereid was nadere concrete resultaatsafspraken te maken over het opleiden van aanwezig prioriteitgenietend aanbod en het realiseren van vaste diensverbanden voor deze groep ontstond ruimte voor een maatwerkoplossing voor de sector door middel van het convenant.

Deze ministeriele regeling regelt dat gedurende een periode van twee jaar het UWV niet toetst of prioriteitgenietend aanbod aanwezig is (afwijking van artikel 8, eerste lid, onder a, b en c, van de Wav). Een vergunning zal evenwel geweigerd worden op grond van artikel 9, eerste lid, onder e, van de Wav indien niet aan de voorwaarden van het convenant is voldaan. Afwijking van het prioriteitgenietend aanbod is dus alleen mogelijk onder de voorwaarden die in het convenant zijn vastgelegd en voldaan wordt aan de overige voorwaarden van de Wav en geldt alleen voor een bepaald aantal vergunningen in een bepaalde periode. Deze regeling geldt in principe voor de duur van 2 jaar en vervalt van rechtswege.

Deze regeling bepaalt tevens hoeveel vergunningen maximaal kunnen worden verleend zonder de toets aan artikel 8, eerste lid, onder a, b en c, van de Wav. Op grond van het convenant zal een vergunning met een voorschrift als bedoeld in artikel 10 van de Wav kunnen worden verleend. Bij een nieuwe aanvraag zal UWV toetsen of het voorschrift is nageleefd. Overige aanvragen worden onverkort aan artikel 8 eerste lid, onder a, b en c, van de Wav getoetst evenals dat bij een dergelijke aanvraag wordt getoetst of de door een werkgever gestelde functie-eisen wel reëel zijn.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

Naar boven