Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 7 juli 2014, 2014-0000094535, tot wijziging van de Regeling WWB, IOAW en IOAZ houdende vrijlating eenmalige bijzondere uitkering veteranen

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 31, tweede lid, onderdeel l, van de Wet werk en bijstand;

Besluit:

ARTIKEL I

Aan artikel 7 van de Regeling WWB, IOAW en IOAZ wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel m door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • n. de eenmalige bijzondere uitkering, bedoeld in artikel 21a, eerste lid, van het Besluit aanvullende arbeidsongeschiktheids- en invaliditeitsvoorzieningen militairen, dan wel artikel 21a, eerste lid, van het Besluit bijzondere militaire pensioenen.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 juni 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 7 juli 2014

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

TOELICHTING

De Minister van Defensie is medio 2012 gestart met het uitkeren van een eenmalige bijzondere uitkering op grond van het Besluit aanvullende arbeidsongeschiktheids- en invaliditeitsvoorzieningen militairen (hierna: Baaim) en het Besluit bijzondere militaire pensioenen (hierna: Bbmp). Op grond van deze besluiten is voorzien in een eenmalige bijzondere uitkering aan veteranen bij wie ten gevolge van de inzet tijdens oorlogsomstandigheden of een crisisbeheersingsoperatie invaliditeit met dienstverband is vastgesteld. De eenmalige bijzondere uitkering geldt als erkenning van hetgeen de militair is overkomen en tevens als een manier om (deels) compensatie te bieden voor schade en letsel (ereschuld). Ongeveer 2.500 personen krijgen recht op de eenmalige uitkering, die minimaal € 6.250 en maximaal € 125.000 kan bedragen. In navolging met de al eerder uitgezonderde eenmalige uitkering op grond van de Uitkeringswet tegemoetkoming twee tot vijfjarige diensttijd veteranen van de middelentoets in de Wet werk en bijstand (WWB) is besloten de onderhavige bijzondere uitkering met terugwerkende kracht ook uit te zonderen van deze middelentoets. De Regeling WWB, IOAW en IOAZ wordt hierop aangepast. De eenmalige bijzondere uitkering wordt met terugwerkende kracht, vanaf 1 juni 2012, uitgezonderd van deze middelentoets WWB. Dit is overeenkomstig de datum waarop aan de wijziging van het Baaim en de wijziging van het Bbmp terugwerkende kracht is gegeven.

Dat deze regeling terugwerkende kracht krijgt tot en met die datum en dat deze regeling niet eerder is getroffen, houdt verband met het feit dat hoewel de Minister van Defensie de eenmalige uitkering toekende, in het Baaim en Bbmp daartoe nog geen uitdrukkelijke (bij algemene maatregel van bestuur getroffen) voorziening was opgenomen. Recentelijk zijn beide besluiten alsnog in die zin aangepast door het toevoegen van een artikel 21a (zie het Besluit van 19 juni 2014) tot wijziging van de bepalingen inzake volledige schadevergoeding voor militaire oorlogs- en dienstslachtoffers en voor slachtoffers van bedrijfsongevallen onder militairen en onder burgerambtenaren van Defensie alsmede tot invoering van een ‘ereschuldregeling’ voor veteranen (Stb. 2014, 251).

Het is nu aan het college om uitvoering te geven aan deze gewijzigde Regeling WWB, IOAW en IOAZ voor deze bijstandsgerechtigde veteranen. Dit betekent ook dat de eventueel in het verleden afgewezen aanvraag voor de toekenning van recht op algemene bijstand dan wel het beëindigen van het recht op bijstand als gevolg van het ontvangen van de hier bedoelde eenmalige bijzondere uitkering, opnieuw door het college zal moeten worden beoordeeld met inachtneming van deze regeling.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

Naar boven