Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Financiën van 16 december 2013, nr. 2013-0000769822, houdende wijziging van de Regeling diplomatieke en internationale vrijstellingen gemeentelijke belastingen 1997 in verband met herstel van een omissie

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op artikel 243 van de Gemeentewet;

Besluiten:

ARTIKEL I

In artikel 4, eerste lid, van de Regeling diplomatieke en internationale vrijstellingen gemeentelijke belastingen 1997 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel n door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • o. de Vlaamse Gemeenschap in Nederland te Amsterdam, ter zake van de onroerende zaken, gelegen te Amsterdam, Nes 43, Nes 43 AA, Nes 43 II, Nes 45, Oudezijds Voorburgwal 276 en Sint Pietershalsteeg 2.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk.

De Staatssecretaris van Financiën, F.H.H. Weekers.

TOELICHTING

Diplomatieke en internationale vrijstellingen van belastingen zijn in twee soorten te onderscheiden. De vrijstellingen die op grond van rechtstreeks werkende verdragen, regelingen of afspraken worden verleend en die derhalve geen tussenkomst van de Nederlandse wetgever behoeven, en de vrijstellingen die op grond van een eigen nationale bevoegdheid worden verleend bij wet of regeling. De Regeling diplomatieke en internationale vrijstellingen gemeentelijke belastingen 1997 (hierna: de Regeling) regelt de laatstgenoemde categorie.

Artikel 243 van de Gemeentewet geeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tezamen met de Minister van Financiën de bevoegdheid nadere regels te stellen over vrijstelling van gemeentelijke belastingen indien het volkenrecht of naar hun oordeel het internationale gebruik noodzaakt tot een vrijstelling van gemeentelijke belastingen. Gemeenten zijn verplicht de vrijstellingen te verlenen, voor zover het volkenrecht of het internationale gebruik daar niet al direct toe noodzaakt. Deze nadere regels zijn vastgelegd in de Regeling. In de Regeling worden vrijstellingen van gemeentelijke belastingen verleend aan vertegenwoordigingen van andere mogendheden, personen die hierbij werkzaam zijn en hun inwonende gezinsleden en particuliere bedienden. Verder genieten bepaalde andere mogendheden en organisaties bijzondere vrijstellingen van gemeentelijke belastingen.

Per 1 januari 2010 is de Regeling gewijzigd (Stcrt. 2009, nr. 20531). Daarbij is de Regeling ook zoveel mogelijk opgeschoond. Bij die wijziging zijn de onroerende zaken van de Vlaamse Gemeenschap in Nederland te Amsterdam uit artikel 4 van de Regeling, inzake vrijstelling van onroerende-zaakbelasting, geschrapt. Dit is gebeurd in de veronderstelling dat de Vlaamse Gemeenschap in Nederland geen panden meer in gebruik had. Die veronderstelling is echter niet juist gebleken. De genoemde panden in Amsterdam zijn nog steeds in eigendom en gebruik bij de Vlaamse Gemeenschap en hadden vrijgesteld moeten blijven van onroerende-zaakbelasting. Met de onderhavige wijziging wordt deze omissie hersteld.

Aan de wijziging wordt terugwerkende kracht gegeven tot en met 1 januari 2010, het moment waarop de panden te Amsterdam ten onrechte uit artikel 4 van de Regeling zijn geschrapt. Op die manier is duidelijk dat over de tussenliggende jaren ook geen onroerende-zaakbelasting verschuldigd is ter zake van die panden.

Bij de inwerkingtreding wordt afgeweken van de vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van drie maanden. De reden daarvoor is dat het reparatieregelgeving betreft. Het is van belang dat deze omissie zo spoedig mogelijk wordt hersteld, zodat voor de betrokkenen (gemeente Amsterdam en Vlaamse Gemeenschap) duidelijk is dat geen onroerende-zaakbelasting verschuldigd is voor de genoemde panden te Amsterdam. De gemeente Amsterdam is reeds op de hoogte van de omissie in de Regeling en het voornemen deze te herstellen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk.

De Staatssecretaris van Financiën, F.H.H. Weekers.

Naar boven