Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 16 april 2014, nr. IENM/BSK-2014/82330, tot wijziging van de Regeling aanwijzing Nationaal loket inventarisatie broeikasgassen en Protocollen broeikasgassen (2014)

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 2, derde lid, en 3 van het Besluit inventarisatie broeikasgassen Wlv en artikel 59, vierde lid, van de Wet inzake de luchtverontreiniging;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling aanwijzing Nationaal loket inventarisatie broeikasgassen en Protocollen broeikasgassen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, eerste lid, wordt ‘SenterNovem te Utrecht’ vervangen door: Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.

B

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2

De protocollen, bedoeld in artikel 3 van het Besluit inventarisatie broeikasgassen Wlv, zijn:

  • – Protocol 14-001. Referentiebenadering, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-002. Stationaire bronnen fossiel, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-003. Procesemissies fossiel, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-004. Mobiele werktuigen, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-005. Binnenlandse luchtvaart, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-006. Wegtransport CO2, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-007. Wegtransport CH4 en N2O, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-008. Spoorwegtransport, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-009. Binnenlandse scheepvaart, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-010. Visserij, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-011. Defensie, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-012. Olie en gas: productie, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-014. Olie en gas: distributie en transport, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-014. Procesemissie niet-fossiel, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-015. Salpeterzuur, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-016. Caprolactam, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-017. Aluminiumproductie, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-018. Productie HCFK-22, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-019. Ompakken HFK, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-020. Koeling stationair, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-021. Koeling mobiel, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-022. Gebruik overig HFK, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-024. Gebruik overig SF6, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-025. Halfgeleiders, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-026. Sterkstroom, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-027. Pensfermentatie, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-028. Mest N2O, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-029. Mest CH4, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-030. Landbouwbodem indirect, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-031. Landbouwbodem direct, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-032. Bos, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-033. Bodem, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-034. Stortplaatsen, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-035. Afvalwater, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-036. Grootschalige compostering, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-037. Internationale bunkers, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-038. Biomassa, Uitgave IenM maart 2014;

  • – Protocol 14-039. Ontbossing en herbebossing, Uitgave IenM maart 2014.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld

TOELICHTING

De voorliggende regeling strekt tot wijziging van de Regeling aanwijzing Nationaal loket inventarisatie broeikasgassen en Protocollen broeikasgassen (hierna: Regeling).

In Nederland bestaat het nationaal inventarisatiesysteem voor de monitoring van broeikasgassen onder meer uit het geheel van de in artikel 2 van de Regeling genoemde protocollen. Deze protocollen beschrijven de methode, de te gebruiken activiteitendata en de toe te passen emissiefactoren. Ook zijn in de protocollen de rollen, verantwoordelijkheden, taken en werkprocessen uitgewerkt van de organisaties die betrokken zijn bij de inventarisatie van de broeikasgasemissies. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (hierna: RVO.nl) is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de protocollen.

In artikel I, onderdeel B, van de voorliggende wijzigingsregeling zijn de van toepassing verklaarde protocollen in artikel 2 van de Regeling vervangen door een meer recente versie, omdat in de protocollen wijzigingen zijn doorgevoerd. De wijzigingen in de protocollen betreffen:

  • – doorgevoerde methodewijzigingen bij de berekening van emissies van pens- en darmfermentatie (CH4), landbouwbodem indirect (N2O), landbouwbodem direct (N2O), bos (N2O, CO2 en CH4), bodem (N2O, CO2 en CH4), biomassa (CO2) en ontbossing en (her)bebossing (CO2). De wijzigingen zijn nodig om aan de internationale verplichtingen te voldoen;

  • – een actualisatie van de wetenschappelijke rapporten waar in de protocollen naar wordt verwezen, en

  • – tekstuele en redactionele wijzigingen van ondergeschikte betekenis en extra toelichtingen.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om in artikel 1, eerste lid, van de Regeling de aanwijzing van SenterNovem te actualiseren naar de aanwijzing van RVO.nl (artikel I, onderdeel A, van deze wijzigingsregeling). RVO.nl is de rechtsopvolger van Agentschap NL, dat weer de rechtsopvolger van SenterNovem was.

Overigens wordt momenteel gewerkt aan een technische wijziging in het nationaal inventarisatiesysteem, die met zich brengt dat niet langer jaarlijks de Regeling aangepast dient te worden. De bedoeling is de nieuwe systematiek per januari 2015 van start te laten gaan.

Administratieve en bestuurlijke lasten

De regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve en bestuurlijke lasten en inhoudelijke nalevingskosten, aangezien de protocollen uitsluitend zijn gericht tot RVO.nl en de wijzigingen niet doorwerken in de gegevensaanlevering door bedrijven en burgers.

Advisering en consultatie

Uit het kabinetsbeleid inzake de toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur (Kamerstukken II 2013/14, 32 802, nr. 5) volgt, dat als algemeen uitgangspunt openbare internetconsultatie geldt. Van dit uitgangspunt kan echter worden afgeweken indien er geen noemenswaardige gevolgen voor burgers, bedrijven en instellingen zijn en er geen verandering wordt gebracht in de rechten en verplichtingen, administratieve lasten of uitvoeringslasten. Daar is in het voorliggende geval sprake van. De protocollen zijn uitsluitend gericht tot RVO.nl en de wijzigingen werken niet door in de gegevensaanlevering door bedrijven en burgers.

Inwerkingtreding

Ingevolge het kabinetsbeleid inzake de aanpak van administratieve lasten (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309), geldt als algemeen uitgangspunt voor de inwerkingtreding van ministeriële regelingen vier vaste data, te weten 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober, en een minimale invoeringstermijn van 2 maanden. Dit beleid is evenwel niet van toepassing op regelgeving die zich tot de Rijksoverheid richt en geen gevolgen heeft voor de burgers, bedrijven, instellingen en mede-overheden. Deze wijzigingsregeling treedt ingevolge artikel II in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2014. RVO.nl is gebaat bij een spoedige inwerkingtreding en wel met terugwerkende kracht, omdat de doorgevoerde methodewijziging en andere wijzigingen reeds vanaf begin 2014 moeten worden toegepast.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld

Naar boven