Regeling van de directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding van het directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het Ministerie van Veiligheid en Justitie van, 1 oktober 2013, nr. 426368 houdende verlening van ondermandaat en het doorgeven van volmacht en machtiging aan de hoofden van de onder de directie ressorterende afdelingen en onderdelen (Mandaatregeling DRC Veiligheid en Justitie 2013)

De directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding van het directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het Ministerie van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 3, tweede lid van de Mandaatregeling Ministerie van Veiligheid en Justitie 2011;

Besluit:

Artikel 1

Van het ingevolge artikel 1, onderdeel a, van de Mandaatregeling DGRR Veiligheid en Justitie 2013 aan de directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding verleende mandaat wordt de bevoegdheid om beslissingen te nemen ten aanzien de aangelegenheden die hun afdeling of onderdeel betreffen, ondermandaat verleend aan:

  • a. het hoofd van de afdeling Georganiseerde Criminaliteit (GC);

  • b. het hoofd van de afdeling Fraude en Ordening (F&O);

  • c. het hoofd van de afdeling Criminaliteit en Veiligheid (C&V);

  • d. het hoofd van het Financial Intelligence Unit netwerk (FIU.NET).

Artikel 2

De in artikel 1, onder a tot en met c, genoemde functionarissen wordt toegestaan elkaar volledig te vervangen. Zij treden daarbij in elkaars, in artikel 1 genoemde, bevoegdheden.

Artikel 3

De Mandaatregeling DRC Veiligheid en Justitie wordt ingetrokken.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Mandaatregeling DRC Veiligheid en Justitie 2013.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 1 oktober 2013

De directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding van het directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, A. IJzerman.

TOELICHTING

In deze regeling wordt door de directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding aan de hoofden van de afdelingen binnen de directie Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding de bevoegdheid verleend om namens de Minister van Veiligheid en Justitie besluiten te nemen (ondermandaat).

Ingevolge artikel 7 van de Mandaatregeling Ministerie van Veiligheid en Justitie 2011 heeft deze regeling ook betrekking op de doorgifte van de bevoegdheid om privaatrechtelijke rechtshandelingen en andere handelingen te verrichten (volmacht en machtiging).

Wat betreft de mandaatverlening en aanwijzing ten aanzien van het P-mandaat en F-mandaat wordt verwezen naar de artikelen 2 en 3 van de Mandaatregeling DGRR Veiligheid en Justitie 2013 (Stcrt. 2013, nr. 9862).

De directeur Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding van het directoraat-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, A. IJzerman.

Naar boven