De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Gelet op artikel 2, eerste lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies
juncto artikelen 2 en 3 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies;
Besluit:
Artikel 1
In dit besluit wordt verstaan onder de commissie: de klachtencommissie vergunninghouders
interlandelijke adoptie.
Artikel 2
-
1. Aan de (plaatsvervangend) voorzitter van de commissie wordt een vergoeding per vergadering
toegekend van 130% van de vergoeding van de overige leden van de commissie.
-
2. Aan de overige (plaatsvervangend) leden van de commissie wordt een vergoeding per
vergadering toegekend van 1,5% van het maximum van salarisschaal 16 van bijlage B
van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.
-
3. In afwijking van het eerste en tweede lid wordt geen vergoeding verstrekt aan personen
die op grond van artikel 2, derde lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies
zijn uitgesloten van een vergoeding.
Artikel 3
Het Besluit van 18 april 2001, kenmerk Nr. 5092643, inzake de toekenning van vacatiegeld
aan de (plaatsvervangend) voorzitter en de (plaatsvervangend) leden van de klachtencommissie
vergunninghouders interlandelijke adoptie komt met inwerkingtreding van dit besluit
te vervallen.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de
Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 5
Dit besluit wordt aangehaald als: Vergoedingenbesluit klachtencommissie vergunninghouders
interlandelijke adoptie 2013.
TOELICHTING
De klachtencommissie vergunninghouders interlandelijke adoptie is ingesteld bij besluit
van 13 maart 2000 (Stb. 2000, 120). Deze commissie houdt zich bezig met de behandeling van klachten van aspirant-adoptiefouders
over vergunninghouders interlandelijke adoptie, namelijk organisaties die een vergunning
verleend hebben gekregen om te bemiddelen bij interlandelijke adoptie.
De vergoedingen voor de (plaatsvervangende) leden van de klachtencommissie zijn laatst
vastgesteld bij besluit van 18 april 2001 (ongepubliceerd). Op de vergoedingen dient
nu een inflatiecorrectie te worden toegepast. Tevens dienen de vergoedingen herijkt
te worden gelet op de per 13 februari 2009 in werking getreden Besluit vergoedingen
adviescolleges en commissies (Bvac).
Dit heeft geleid tot de vaststelling van een vergoeding per vergadering van 1,5% van
het maximum van salarisschaal 16 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke
Rijksambtenaren 1984. De vergoeding van de (plaatsvervangende) voorzitter van de commissie
bedraagt per vergadering 130% van de vergoeding van de overige leden van de klachtencommissies.
In artikel 3, onder d, van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies,
is bepaald dat als vergadering tevens wordt beschouwd twee of meer vergaderingen die
op dezelfde dag vallen. Dit betekent dat de (plaatsvervangend) voorzitters en overige
(plaatsvervangend) leden van de commissie een vergoeding ontvangen voor elke dag waarop
zij voor de commissie een of meer zittingen ter behandeling van klachten bijwonen.
Naast de vergoeding per vergadering hebben de voorzitters en de overige leden van
de commissie op grond van artikel 2, tweede lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges
en commissies recht op vergoeding van reis- en verblijfskosten overeenkomstig het
Reisbesluit Binnenland en het Reisbesluit Buitenland.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
F. Teeven