Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 7 december 2012, UBN/2012-0000049739, tot wijziging van een aantal regelingen in verband met de aanscherping van de handhaving en het sanctiebeleid van SZW-wetgeving

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 20a, tiende lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, 20a, tiende lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, 14a, elfde lid, van de Toeslagenwet, 27a, elfde lid, van de Werkloosheidswet, 48, elfde lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, 21, elfde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, 29a, elfde lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, 3:40, elfde lid, van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten, 91, elfde lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, 45a, vijfde lid, van de Ziektewet; 41 van de Algemene Kinderbijslagwet; 39, achtste lid, van de Algemene nabestaandenwet, 70 van de Algemene Ouderdomswet, en artikel 10, derde lid, van het Besluit WWB 2007;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boete en terugvordering onverschuldigde betalingen wordt als volgt gewijzigd:

B

In artikel 7, tweede lid, vervalt telkens ‘slechts’.

C

In artikel 8 wordt ‘vijf’ vervangen door: tien.

D

Na artikel 11 wordt een artikel met opschrift ingevoegd, luidende:

Artikel 11a Overgangsrecht versoepeling betalingsregeling

Voor de toepassing van artikel 8 geldt ten aanzien van vorderingen die zijn ontstaan voor 1 januari 2013 een tijdsduur van 5 jaar.

ARTIKEL II

Artikel 15 van de Regeling WWB wordt als volgt gewijzigd:

1. Het vierde lid, onderdeel b, aanhef, komt te luiden:

  • b. een overstijging als bedoeld in artikel 10, eerste lid, onderdeel b, van het Besluit WWB 2007, die niet het gevolg is van:.

2. Aan het vierde lid, onderdeel b, ten tweede, wordt onder vervanging van de punt door een komma aan het slot, toegevoegd: met inbegrip van een ontoereikend gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid, dan wel de uitvoering daarvan.

3. In het achtste lid wordt ‘derde lid’ vervangen door ‘vierde lid’ en wordt onder vervanging van de punt door een komma aan het slot, toegevoegd: tenzij het gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid, dan wel de uitvoering daarvan naar het oordeel van de toetsingscommissie ontoereikend is.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 7 december 2012

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma.

TOELICHTING

Algemeen

Op 1 januari 2013 treedt de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving in werking (Stb. 2012, nr. 462) (hierna te noemen: de wet). Bij deze wet zijn verschillende arbeidswetten en uitkeringswetten gewijzigd met het oog op aanscherping van de handhaving en het sanctiebeleid. Per 1 januari 2013 treedt verder in werking het Besluit aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving, waarbij diverse algemene maatregelen van bestuur gebaseerd op de verschillende arbeidswetten en uitkeringswetten zijn gewijzigd voor een nadere uitvoering van de wet (Stb. 2012, 484). Bij de onderhavige wijzigingsregeling wordt ter verdere uitvoering van deze wetgeving de Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boete en terugvordering onverschuldigde betalingen en de Regeling WWB gewijzigd.

De eerstgenoemde regeling is in hoofdzaak technisch in overeenstemming gebracht met de gewijzigde wetgeving.

In de Regeling WWB is de regeling met betrekking tot de incidentele aanvullende uitkering gewijzigd.

Met de wet krijgen gemeenten de opdracht om fraude met uitkeringen harder aan te pakken en strenger op te treden bij gesignaleerde fraude. Een goede uitvoering van die opdracht is in het belang van de solidariteit die aan ons sociaal zekerheidsstelsel ten grondslag ligt en draagt bij aan een kostenbeheersing bij de lokale- en rijksoverheid. Ook de verstrekking van aanvullende uitkeringen op het in artikel 69 van de WWB bedoelde budget is gebaseerd op solidariteit, en wel die tussen gemeenten onderling. De bekostiging van de incidentele aanvullende uitkering (IAU) geschiedt grotendeels en die van de meerjarige aanvullende uitkering (MAU) geheel vanuit het landelijk beschikbare budget. Vanuit deze solidariteit is het gerechtvaardigd om, binnen de uitgangspunten van deze financiële voorzieningen, een verbinding te maken tussen de uitvoering van genoemde opdracht en het aanspraak kunnen maken op een IAU- of MAU-uitkering. Via een wijziging van het Besluit WWB 2007 wordt geregeld dat een MAU-verzoek alleen inhoudelijk in behandeling wordt genomen indien het college in zijn verbeterplan, indien dat aan de orde is, in ieder geval dient te beschrijven op welke wijze de effecten van het gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid verbeterd kunnen worden en welke resultaten daarbij worden nagestreefd. Voorts wordt geregeld dat het MAU-verzoek wordt afgewezen indien de maatregelen van het college ter verbetering van de effecten van het gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid en de uitvoering daarvan, naar het oordeel van de toetsingscommissie niet toereikend zijn.

Via de onderhavige wijziging van de Regeling WWB worden de vereiste aanpassingen met betrekking tot de IAU gerealiseerd. In de kern biedt de IAU een financiële compensatie aan een gemeente die in een jaar meer dan 10% tekort komt aan het haar toegekende WWB-budget. Voor kleine gemeenten, met maximaal 10.000 inwoners, geldt slechts één aanvullende voorwaarde en wel dat het tekort niet het gevolg is van een onrechtmatige wetsuitvoering. Voor gemeenten met meer dan 10.000 inwoners geldt niet alleen de rechtmatigheidseis maar is tevens voorwaarde dat sprake is van een uitzonderlijke situatie op de arbeidsmarkt. Ten slotte kunnen ook het beleid en de uitvoering van een gemeente een rol spelen bij de beoordeling van een verzoek tot IAU-uitkering. Voor een gemeente in de categorie 10.000 - 40.000 inwoners kan in het beleid en uitvoering van de gemeente aanleiding worden gevonden om bij wijze van uitzondering toch uitkering toe te kennen indien de gemeente niet voldoet aan het arbeidsmarktcriterium, terwijl voor een gemeente met meer dan 40.000 inwoners sprake is van een reguliere afwijzingsgrond indien het tekort wordt veroorzaakt door lokale keuzen -binnen de grenzen van de wet- inzake beleid en uitvoering.

Met de wijziging van artikel 15 van de Regeling WWB wordt geregeld dat wanneer naar het oordeel van de toetsingscommissie het gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid en/of de uitvoering daarvan niet op orde is:

  • a. voor een gemeente in de categorie 10.000 - 40.000 inwoners die niet voldoet aan het arbeidsmarktcriterium in haar beleid en uitvoering géén aanleiding gevonden kan worden toch uitkering toe te kennen;

  • b. voor een gemeente met meer dan 40.000 inwoners sprake is van een reguliere afwijzingsgrond, ook al voldoet die gemeente aan het arbeidsmarktcriterium.

Artikelsgewijs

Artikel I (Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boete en terugvordering onverschuldigde betalingen)

Onderdeel A

In artikel 3, derde lid, is de verwijzing naar de artikelleden van de artikelen van de in dit lid genoemde wetten aangepast aan de vernummering van deze artikelleden op grond van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving.

Onderdeel B

Artikel 7, tweede lid, is redactioneel verbeterd waarbij geen inhoudelijke wijzigingen zijn aangebracht.

Onderdeel C

De regeling van de versoepeling van de betalingsregeling na 5 jaar op grond van artikel 8 wordt verlengd naar 10 jaar. Deze wijziging houdt verband met verlenging van de verplichting van het UWV en de SVB om onverschuldigde betalingen in verband met overtreding van de inlichtingenverplichting terug te vorderen. De verplichte terugvordering was 5 jaar maar is op grond van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving verlengd tot 10 jaar.

Onderdeel D

In het nieuwe artikel 11a is overgangsrecht opgenomen in verband met de wijziging van de regeling van versoepeling van de betalingsregeling op grond van artikel 8. Ten aanzien van vorderingen die voor 1 januari 2013 zijn ontstaan blijft de bestaande versoepeling van de betalingsregeling na 5 jaar gelden, zoals dat reeds gold op grond van artikel 8 zoals dat artikel luidde op de dag voor de inwerkingtreding van deze regeling (1 januari 2013).

Artikel II (Regeling WWB)

In onderdeel 1 is de aanhef van artikel 15, vierde lid, onderdeel b, taalkundig in overeenstemming gebracht met de aanhef van het vierde lid en brengt geen inhoudelijke wijziging met zich mee.

In onderdeel 2 is aan het vierde lid, onderdeel b, toegevoegd dat onder de beleidskeuzen van, dan wel handelen door het college of de gemeenteraad van de tekortgemeente mede wordt begrepen een ontoereikend gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid, dan wel de uitvoering daarvan. Indien naar het oordeel van de toetsingscommissie hiervan sprake is, dan is dit een afwijzingsgrond voor een incidentele aanvullende uitkering waar het gaat om gemeenten met meer dan 40.000 inwoners.

Op grond van artikel 15, achtste lid, kan voor een gemeente in de categorie 10.000 - 40.000 inwoners die niet voldoet aan het arbeidsmarktcriterium op grond van het gevoerde beleid en de uitvoering daarvan aanleiding worden gevonden toch uitkering toe te kennen. In onderdeel 3 is hierop een uitzondering geregeld. Wanneer naar het oordeel van de toetsingscommissie het gemeentelijk handhavings- en sanctiebeleid en/of de uitvoering daarvan ontoereikend is, wordt geen uitkering toegekend.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma.

Naar boven