De Minister van Infrastructuur en Milieu,
Gelet op artikel 72, eerste lid, van de Schepenwet;
Besluit:
ARTIKEL I
De Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘€ 212’ vervangen door: € 217.
2. In het tweede lid wordt ‘€ 145’ vervangen door: € 148.
B
In artikel 4, tweede lid, wordt ‘€ 133’ vervangen door : € 136.
C
In artikel 5 wordt ‘€ 402’ vervangen door: € 411.
D
In artikel 6 wordt ‘€ 1.242’ vervangen door: € 1.270.
E
In artikel 7 wordt ‘€ 769’ vervangen door: € 786.
F
In artikel 8, eerste lid, wordt ‘€ 565’ vervangen door: € 578.
G
In artikel 9 wordt ‘€ 402’ vervangen door: € 411.
H
In artikel 11 wordt ‘€ 133’ vervangen door : € 136.
I
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid word ‘€ 133’ vervangen door: € 139.
2. In het tweede lid worden ‘€ 212’ respectievelijk ‘€ 145’ vervangen door: ‘€ 217’ respectievelijk ‘€ 148’.
J
In artikel 13 wordt ‘€ 92’ vervangen door: € 94.
K
In artikel 14 wordt ‘€ 427’ vervangen door: € 437.
L
Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de tabel vervangen door de volgende tabel:
|
< 24 meter
|
> 24 meter
|
Geklasseerde vissersvaartuigen
|
|
|
Onderzoek eerste afgifte certificaat
|
|
€ 13.577
|
Onderzoek vernieuwing/handhaving certificaat
|
|
€ 1.975
|
Onderzoek overname met langlopend certificaat
|
|
€ 4.539
|
Mosselvaartuigen
|
€ 2.269
|
€ 4.601
|
Niet-geklasseerde vissersvaartuigen
|
|
|
Onderzoek eerste afgifte certificaat
|
€ 10.962
|
€ 24.806
|
Onderzoek vernieuwing/handhaving certificaat
|
€ 1.842
|
€ 2.269
|
Onderzoek overname met langlopend certificaat
|
€ 4.287
|
€ 5.282
|
2. In het tweede lid wordt ‘€ 19.705’ vervangen door: € 20.148.
3. In het derde lid, onderdeel a, wordt ‘€ 2.309’ vervangen door: € 2.361.
4. In het derde lid, onderdeel b, wordt ‘€ 2.556’ vervangen door: € 2.614.
5. In het zesde lid worden ‘€ 133’ respectievelijk ‘€ 267’ vervangen door: ‘€ 136’ respectievelijk ‘€ 273’.
M
In artikel 17 wordt ‘€ 212’ vervangen door: € 217.
N
In artikel 18, eerste lid, wordt ‘€ 769’ vervangen door: € 786.
O
Artikel 19, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt ‘€ 1.838’ vervangen door: € 1.879.
2. In onderdeel b wordt ‘€ 419’ vervangen door: € 428.
3. In onderdeel c wordt ‘€ 231’ vervangen door: € 236.
P
In artikel 21 wordt ‘€ 133’ vervangen door: € 136.
Q
In artikel 21a, eerste lid, wordt ‘€ 133’ vervangen door : € 136.
R
In artikel 22, eerste lid, wordt ‘€ 68’ vervangen door: € 70.
S
In artikel 23, eerste lid, wordt ‘€ 1.118’ vervangen door: € 1.143.
T
In artikel 24, eerste lid, wordt ‘€ 133’ vervangen door : € 136.
U
Bijlage 1 wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage 1.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst
wordt gepubliceerd na 31 december 2010 treedt de regeling in werking met ingang van de dag na publicatie van de Staatscourant
waarin het wordt geplaatst.
De
Minister
van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.
TOELICHTING
Algemeen
Deze regeling wijzigt de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet. In deze regeling zijn tarieven vastgesteld die worden gehanteerd
voor diensten die door de overheid ten behoeve van derden worden uitgevoerd in het kader van de Schepenwet. Uitgangspunt van
het kabinetsbeleid is dat de overheid voor het verlenen van diensten aan derden, zo veel mogelijk kostendekkende tarieven
hanteert.
De tarieven die de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) tot nu toe hanteert zijn nog niet voor alle diensten kostendekkend.
In verband met de economische recessie worden de tarieven in 2012 slechts aangepast met de prijsbijstelling voor 2011, 2,25%.
Met deze aanpassing wordt daarmee afgezien van een reële tariefstijging. Vanwege deze geringe aanpassing is afgezien van consultatie
van de sector.
Administratieve lasten
De onderhavige wijzigingsregeling bevat enkel wijzigingen ten aanzien van de tarieven die door de IVW worden gehanteerd voor
het verlenen van diensten. Aan deze wijzigingsregeling zijn geen administratieve lasten voor de burger of het bedrijfsleven
verbonden.
Vaste verandermomenten
Op grond van het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten treden ministeriële regelingen in werking met ingang van 1 januari,
1 april, 1 juli of 1 oktober. Bekendmaking geschiedt uiterlijk twee maanden voor inwerkingtreding. In deze wijzigingsregeling
wordt echter afgeweken van deze termijn van twee maanden. Dit vanwege het feit dat het doorschuiven van de inwerkingtreding
naar het volgende vaste verandermoment (1 april 2012) zal leiden tot grote nadelige (financiële) gevolgen voor de IVW.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.