Regeling van de Staatsecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 mei 2011, nr. DL/A/282285, houdende wijziging van de Subsidieregeling afstemming onderwijsarbeidsmarkt in risicoregio’s voortgezet onderwijs 2008–2011

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op de artikelen 2 en 4 van de Wet overige OCW-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling afstemming onderwijsarbeidsmarkt in risicoregio’s voortgezet onderwijs 2008–2011 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 9, tweede lid, wordt ‘31 december 2011’ vervangen door: 1 september 2012.

B

Artikel 14, derde lid komt als volgt te luiden:

  • 3. De rapportageperiode van de tweede tussenrapportage wordt bepaald door het moment van indienen:

    • a. Rapportages die voor 1 april 2011 ontvangen worden, dienen de periode van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010 te beslaan;

    • b. Rapportages die na 1 juli 2011 en voor 1 oktober 2011 ontvangen worden, dienen de periode van 1 januari 2010 tot en met 30 juni 2011 te beslaan.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra.

TOELICHTING

Met deze wijzigingsregeling wordt de Subsidieregeling afstemming onderwijsarbeidsmarkt in risicoregio’s voortgezet onderwijs 2008–2011, welke op 3 september 2008 in de Staatscourant 2008, nr. 170 is gepubliceerd, gewijzigd. Doel van deze wijziging is de looptijd van de regeling verlengen tot 1 september 2012.

Met de wijziging van artikel 9 worden regio’s in staat gesteld de uitvoeringsperiode van hun (deel-) projecten met een half jaar te verlengen. Hiermee hebben regio’s meer tijd adequaat in te spelen op veranderingen in de (onderwijs-)arbeidsmarkt, de projectopbrengsten beter in de staande organisaties in te bedden en de structuur van het regionale samenwerkingsverband te bestendigen.

Met de wijziging van artikel 14 wordt de periode waarover en het moment waarop in de tweede tussenrapportage gerapporteerd kan worden, gewijzigd. Subsidieontvangers hebben de keuze om vóór 1 april 2011 de tussenrapportage in te dienen of vóór 1 oktober 2011. Bij het indienen voor 1 april 2011 dient gerapporteerd te worden over de periode 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010. Bij het indienen voor 1 oktober 2011 dient gerapporteerd te worden over de periode 1 januari 2010 tot 1 juli 2011. De omvang van de rapportageverplichtingen is ongewijzigd. Deze wijzigingsregeling betekent daarom geen toename in administratieve lasten voor instellingen.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra.

Naar boven