Regeling van de Minister van Economische Zaken van 21 juni 2010, nr. WJZ/10091430, houdende wijziging van de Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2010 (verhoging subsidieplafond veiligheid kleine bedrijven)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 16 van het Kaderbesluit EZ-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

In de tabel in artikel 1 van de Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2010 wordt achter punt 1.13 in kolom 6 ‘4.000.000’ vervangen door: 4.650.000.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 21 juni 2010

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

TOELICHTING

1. Doel en aanleiding

Met deze regeling wordt het budget voor de subsidie op basis van artikel 9.11 van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen opgehoogd met € 650.000. Dit artikel betreft de extra faciliteit voor boventallige aanvragen uit 2009 voor ondernemers die reeds in veiligheidsmaatregelen hadden geïnvesteerd voor 31 januari 2010. Met de ophoging kunnen alle geldige aanvragen worden gehonoreerd. Zie ook de toelichting bij de wijzigingsregeling ten behoeve van deze extra faciliteit (Stcrt. 2010, 3896).

2. Vaste verandermomenten

De inwerkingtredingsbepaling wijkt af van het in het Kabinetsstandpunt inzake Vaste Verandermomenten neergelegde uitgangspunt. Er wordt afgeweken op grond van uitzonderingsgrond 1: nadeel voor overheid en ontvangers. Het budget wordt opgehoogd, zodat alle geldige aanvragen kunnen worden gehonoreerd. Het zou voor de ontvangers van de subsidie nadelig zijn indien er gewacht moet worden op de inwerkingtreding van deze regeling conform de Vaste Verandermomenten. Daarnaast is het voor de uitvoering door AgentschapNL van belang dat de aanvragen zo spoedig mogelijk kunnen worden behandeld.

3. Administratieve lasten

De administratieve lasten van de subsidie die verstrekt wordt op grond van artikel 9.11 blijven 4,3%, omdat het om een ophoging van het budget gaat.

De administratieve lasten van het budget met € 4.000.000 waren € 172.000. De administratieve lasten van de ophoging zijn € 27.950. Daarmee komen de administratieve lasten van het totale budget van € 4.650.000 op € 199.950.

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.