Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 27 december 2010, nr. 172664, houdende wijziging van de Regeling identificatie en registratie van dieren in verband met wijziging van de tarieven en enkele technische aanpassingen

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op titel I en III, van verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 17 juli 2000 (PbEG L 204) tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad; op verordening (EG) nr. 2629/97 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 29 december 1997 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad inzake oormerken, bedrijfsregisters en paspoorten overeenkomstig de identificatie- en registratieregeling voor runderen (PbEG L 354);

Gelet op verordening (EG) nr. 494/98 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 27 februari 1998 houdende uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad wat de toepassing van de minimale administratieve sancties in het kader van de identificatie- en registratieregeling voor runderen betreft (PbEG L 060);

Gelet op richtlijn nr. 64/432/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1964, inzake veterinairrechtelijke vraagstukken op het gebied van het intracommunautair handelsverkeer in runderen en varkens (PbEG L 121); op richtlijn nr. 92/102/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 27 november 1992 met betrekking tot de identificatie en de registratie van dieren (PbEG L 355);

Gelet op beschikking nr. 2000/678/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 23 oktober 2000 houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de registratie van bedrijven in nationale gegevensbanken voor varkens, zoals bedoeld in Richtlijn 64/432/EEG van de Raad (PbEG L 281);

Gelet op de artikelen 105 en 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en op artikel 3 van het Besluit identificatie en registratie van dieren;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling identificatie en registratie van dieren wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel j komt te luiden:

minister:

Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

2. Na onderdeel nn wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel nn door een puntkomma, vier onderdelen toegevoegd, luidende:

oo. stallijst:

overzicht van alle op een bepaald moment onder een UBN in het I&R-systeem geregistreerde runderen, schapen of geiten en van oormerken die op dat moment op dat UBN in voorraad zijn;

pp. bedrijfsregister:

door de houder op zijn bedrijf bij te houden register, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van verordening 21/2004 voor wat betreft schapen en geiten of zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, eerste gedachtestreepje, van verordening 1760/2000 voor wat betreft runderen;

qq. wet:

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

rr. I&R-systeem:

door de bevoegde autoriteit bijgehouden, gecentraliseerd en gecomputeriseerd gegevensbestand als bedoeld in artikel 5 van verordening 1760/2000 of artikel 5 van verordening 21/2004.

B

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Het merk waarmee varkens worden geïdentificeerd, is het door de minister toegelaten oormerk, bedoeld in artikel 12k, dat voldoet aan de eisen van artikel 12l, tweede lid.

2. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. In afwijking van het tweede lid, is het merk waarmee varkens als bedoeld in artikel 1, onderdeel a of b, van richtlijn 88/661/EEG worden geïdentificeerd het merk, bedoeld in het tweede lid, of een tatoeage die voldoet aan de eisen van artikel 12m.

3. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. Het merk waarmee slachtvarkens worden gemerkt, is het door de minister toegelaten slachtmerk als bedoeld in artikel 12k, dat voldoet aan de eisen van artikel 12l, tweede lid.

C

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, wordt de zinsnede: ‘waarmee de minister een overeenkomst tot levering van merken, slachtmerken of apparatuur aan houders heeft afgesloten’ vervangen door: die door de minister als leverancier van merken en slachtmerken is geregistreerd.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De bestelling, bedoeld in het eerste lid, geschiedt, voor zover de bestelling betrekking heeft op:

    • a. runderen, elektronisch bij Dienst Regelingen van het ministerie;

    • b. schapen en geiten en varkens, rechtstreeks bij de leverancier bedoeld in het eerste lid.

3. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. De leverancier, bedoeld in het eerste lid, voldoet aan de volgende eisen:

    • a. de leverancier houdt een inzichtelijke administratie bij, waaruit per UBN of relatienummer, per besteldatum, de hoeveelheid bestelde en de hoeveelheid geleverde merken, de hoeveelheid geleverde slachtmerken blijkt alsmede, voor zover het merken betreft als bedoeld:

      • in artikel 8, eerste lid, de op de geleverde merken vermelde identificatiecode, bedoeld in artikel 14, onderdeel b

      • in artikel 8, vijfde lid, de op de geleverde merken vermelde identificatiecode, bedoeld in artikel 12e

    • b. de leverancier levert de merken uitsluitend aan de houder indien deze de merken heeft besteld overeenkomstig het tweede lid;

    • c. de leverancier levert aan een houder geen merken en slachtmerken voor varkens die niet zijn voorzien van het UBN van het betrokken bedrijf, en

    • d. de leverancier verstrekt, voorzover het betrekking heeft op merken en slachtmerken voor varkens, maandelijks aan de minister per UBN een overzicht van het aantal bestelde en het aantal geleverde merken, onder vermelding van de op de geleverde merken vermelde gegevens.

4. Het vierde, vijfde en zesde lid vervallen.

D

Artikel 12f wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel b, wordt de zinsnede ‘de eisen van bijlage I, deel D, bij deze regeling’ vervangen door: de eisen in artikel 12j.

E

Artikel 12h wordt als volgt gewijzigd:

2. In het tweede lid, aanhef, wordt de zinsnede ‘De registratie, bedoeld in het eerste lid, wordt doorgehaald indien:’ vervangen door: De minister haalt de registratie, bedoeld in het eerste lid, door, indien:.

F

Na artikel 12i wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12j

  • 1. De tatoeage bij schapen en geiten bestaat uit de letters ‘NL’ gevolgd door het nummer als bedoeld in deel A, onderdeel 2, onder b, van de bijlage bij verordening 21/2004, dat overeenkomt met het nummer van het desbetreffende elektronische identificatiemiddel.

  • 2. De tatoeage wordt aangebracht in de kleuren zwart of groen.

  • 3. De tatoeage wordt aangebracht met een daarvoor geschikte tang op een zodanige wijze dat de tekens goed leesbaar blijven.

G

Na artikel 12j (nieuw) wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 3.3. Merken van varkens

Artikel 12k

De eisen, bedoeld in artikel 8, tweede en vierde lid, zijn:

  • a. het model van het merk of slachtmerk alsmede de wijzigingen daarvan zijn goedgekeurd door de minister;

  • b. het merk of slachtmerk is afkomstig van een door de minister geregistreerde leverancier.

Artikel 12l
  • 1. De aanvraag tot goedkeuring van een model van het merk of slachtmerk, en de wijzigingen daarvan, bedoeld in artikel 12k, onderdeel a, geschiedt schriftelijk en wordt ingediend bij Dienst Regelingen van het ministerie. De aanvraag gaat vergezeld van het model van het merk of slachtmerk waarvoor goedkeuring wordt aangevraagd.

  • 2. Een model van het merk of slachtmerk en de wijzigingen daarvan, worden door de minister goedgekeurd indien:

    • a. het merk of slachtmerk voldoet aan artikel 5 van de richtlijn 92/102;

    • b. het merk is vervaardigd van thermoplastisch kunststof en het slachtmerk van metaal;

    • c. het slachtmerk een beugelmerk is;

    • d. het merk een gele kleur heeft en het slachtmerk een metaalkleur heeft;

    • e. op het merkdeel van het oormerk dat na aanbrengen van het merk direct zichtbaar is uitsluitend vermeld staat:

      • de letters ‘NL’, gevolgd door het UBN van het bedrijf waar het varken geboren is, dat een minimale hoogte van 7 millimeter en maximale hoogte van 10 millimeter heeft, en

      • de letter ‘I&R’ of het onderstaande logo:

    • f. de informatie op het merk in zwart schrift is aangebracht;

    • g. in één zijde van het slachtmerk, in de afmeting van 6,5 bij 3,5 millimeter, de volgende gegevens zijn gestanst:

      • het UBN van het bedrijf waarvan het varken voor de slacht wordt afgevoerd, en

      • het logo zoals afgebeeld in lid 2, onder e;

    • h. een slachtmerk een lengte heeft van maximaal 55 millimeter, een rond oormerk een diameter heeft van maximaal 30 millimeter en bij oormerken met een andere vorm de afstand vanaf het hart van de bevestiging tot de buitenrand maximaal 25 millimeter bedraagt.

Artikel 12m
  • 1. De tatoeage van raszuivere of hybride fokvarkens bestaat uit een uniek door de minister verstrekt nummer dat in een voor de ambtenaren als bedoeld in artikel 114, eerste en tweede lid, van de wet toegankelijk geautomatiseerd gegevensbestand door de stamboekhouder is verbonden met het UBN van het bedrijf van geboorte van het fokvarken.

  • 2. De tatoeage wordt aangebracht in de kleuren zwart of groen.

  • 3. De tatoeage wordt aangebracht met een daarvoor geschikte tang op een zodanige wijze dat de tekens goed leesbaar blijven.

Artikel 12n
  • 1. Ingeval een model van een merk of slachtmerk door de minister is goedgekeurd, wordt de leverancier van dat merk of slachtmerk geregistreerd door de minister, voor zover de leverancier niet reeds geregistreerd is.

  • 2. De minister haalt de registratie, bedoeld in het eerste lid, door, indien:

    • a. de leverancier aan een houder van varkens een merk of slachtmerk heeft geleverd waarvan het model niet overeenkomstig de eisen van artikel 12l is goedgekeurd door de minister;

    • b. de leverancier niet voldoet aan artikel 9, derde lid, onderdelen a en c.

  • 3. De doorhaling van de registratie, bedoeld in het tweede lid, wordt ongedaan gemaakt, indien de desbetreffende leverancier ten genoegen van de minister heeft aangetoond dat hij overeenkomstig de bepalingen van deze regeling zal handelen.

H

Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na het vijfde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 6. Een paspoort blijft 3 werkdagen na de datum van de aanvraag zoals vermeld op het paspoort geldig.

I

Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het zevende lid wordt de zinsnede ‘De kennisgeving in het vijfde lid’ vervangen door: De kennisgeving in het zesde lid.

2. Na het zevende lid wordt er een lid toegevoegd, luidende:

  • 8. In afwijking van het eerste en zesde lid geschiedt de kennisgeving vanaf 80 werkdagen of later na de datum van de gebeurtenis uitsluitend schriftelijk.

J

Artikel 23 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Het verzoek tot herstel van een kennisgeving geschiedt per telefoon via het daartoe ingerichte voice response systeem of elektronisch of via een schriftelijke, papieren versie.

2. Het derde lid vervalt.

3. Het vierde lid wordt vernummerd tot het derde lid.

K

Artikel 43a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 2,04’ vervangen door: € 1,64.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 0,09’ vervangen door: € 0,07.

3. In het tweede lid, onderdeel c, wordt ‘€ 0,99’ vervangen door: € 0,80.

4. In het derde lid, wordt ‘€ 0,09’ vervangen door: € 0,07.

L

Artikel 43c wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, wordt ‘€ 482,25’ vervangen door: € 483,75.

2. In het tweede lid, wordt ‘€ 219,39’ vervangen door: € 220,00.

M

Artikel 43d vervalt.

N

Artikel 43e wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 27,83’ vervangen door: € 27,91.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 16,79’ vervangen door: € 16,84.

O

Artikel 43f wordt als volgt gewijzigd:

Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Voor het verwerken van een schriftelijke kennisgeving als bedoeld in artikel 23, tweede lid, is de houder door wie of namens wie de kennisgeving is verricht een vergoeding van € 10,00 per kennisgeving per rund verschuldigd.

P

In artikel 43g, wordt ‘€ 43,93’ vervangen door: € 44,06 en ‘€ 54,37’ vervangen door: € 54,53.

Q

Artikel 43h wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘€ 0,18’ vervangen door: € 0,20.

2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 26,00’ vervangen door: € 33,50.

3. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 90,00’ vervangen door: € 99,00.

4. In het derde lid, wordt ‘€ 90,00’ vervangen door: € 99,00.

5. Na het vijfde lid worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 6. Voor het op aanvraag verlenen van een goedkeuring als bedoeld in artikel 12k, onderdeel a, in samenhang met artikel 12l, eerste lid, aan een model van een merk of slachtmerk voor varkens, alsmede de wijzigingen daarvan, is de leverancier van het oormerk een vergoeding verschuldigd aan de minister van € 483,75.

  • 7. Voor de registratie van een leverancier als bedoeld in artikel 12k, onderdeel b, in samenhang met artikel 12l, eerste lid, is de leverancier van het oormerk een vergoeding verschuldigd aan de minister van € 220,00.

R

Artikel 43i wordt als volgt gewijzigd:

In het tweede lid, wordt ‘€ 650,00’ vervangen door: € 540.

S

Artikel 43j wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, wordt ‘€ 482,25’ vervangen door: € 483,75.

2. In het tweede lid, wordt ‘€ 219,39’ vervangen door: € 220,00

T

Artikel 43k komt te luiden:

  • 1. Indien een houder dieren van meerdere diersoorten houdt en aan die houder is één UBN toegekend, is de houder voor elke diersoort die hij houdt in voorkomend geval het vaste bedrag verschuldigd, bedoeld in artikel 43a, eerste lid, en 43g, tweede lid, en het bedrag, bedoeld in artikel 43i.

  • 2. Voor het op aanvraag in papieren versie verstrekken van de overzichten, bedoeld in artikel 1, onderdelen oo en pp, is de aanvrager de volgende vergoedingen verschuldigd:

    • a. een vast bedrag van € 2,63 voor een stallijst;

    • b. een vast bedrag van € 3,96 voor een afschrift bedrijfsregister.

U

Onderdelen A, B, D en E van Bijlage I vervallen.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker.

TOELICHTING

§ 1. Inleiding

Deze regeling strekt tot wijziging van de regeling identificatie en registratie van dieren. De wijziging ziet ten eerste op de aanpassing van de hoogte van de tarieven die in rekening gebracht worden door Dienst Regelingen van het ministerie in het kader van de uitvoering van de identificatie en registratie van dieren. Tevens wordt er voor houders van schapen en geiten een tarief ingesteld voor het verstrekken van een papieren versie van de stallijst en een afschrift bedrijfsregister, aangezien sinds het operationeel worden van het I&R-systeem voor schapen en geiten in 2010 deze documenten ook kosteloos elektronisch beschikbaar zijn. Ten derde ziet de wijziging op het vereenvoudigen van de goedkeuringsprocedure voor modellen van varkensmerken. Ten vierde wordt de geldigheidsduur van het paspoort voor runderen in de regeling opgenomen. Ten slotte worden er in deze regeling nog verschillende kleine technische wijzigingen doorgevoerd, die in het onderstaande nader worden toegelicht.

§ 2. Wijziging tarieven

Deze regeling wijzigt de hoogte van de I&R tarieven met ingang van 1 januari 2011. In verband met de identificatie en registratie van runderen, varkens, schapen en geiten maakt de overheid kosten. Om deze kosten te kunnen omslaan over de gebruikers van het I&R-systeem is er voorzien in een financieringsstelsel. De houder van runderen, varkens respectievelijk schapen en geiten dient daarbij op grond van de regeling jaarlijks een heffing te betalen. De uitwerking hiervan in het tarievenstelsel verschilt per diersoort, omdat de wijze van identificatie en registratie per diersoort verschilt. In de regeling zijn daarnaast een aantal specifieke tarieven vastgesteld die een houder van runderen is verschuldigd, indien de overheid voor hem bepaalde handelingen verricht, zoals het verstrekken van mutatieoverzichten en het herstel van gegevens (aanvullende tarieven).

Met de schapen- en geitensector is afgesproken dat er gedurende 4 jaar, ingaande per 2010, een vaste heffing per UBN wordt opgelegd. Voor 2011 blijft deze € 33,50. De investeringsbijdrage per UBN met meer dan 100 schapen en/of geiten wordt verlaagd van € 650 naar € 540. Dit omdat er voor 2011 meer van dergelijke grote UBN zijn dan in 2010.

Voor rundveehouders worden de heffingen ten aanzien van de aanmeldingen in het I&R-systeem Rund met 20% verlaagd. Deze verlaging is mogelijk doordat de kosten die door Dienst Regelingen van het ministerie ten aanzien van de verschillende werkzaamheden gemaakt worden voor 2011 naar verwachting lager zullen zijn en de aantallen meldingen licht toeneemt. Het vaste tarief per UBN voor rundveehouders blijft € 33,50.

Het vaste tarief per UBN voor de varkenshouders zal bij minder dan 20 varkens in 2011 stijgen van € 26 naar € 33,50 en bij 20 of meer varkens stijgen van € 90 naar € 99. Daarnaast zal het variabele tarief per melding stijgen van € 0,18 naar € 0,20. Deze stijging is noodzakelijk door de daling van het aantal UBN in de varkenssector. De uitvoeringskosten moeten verdeeld worden over minder houders.

In de regeling zijn daarnaast een aantal specifieke tarieven vastgesteld (zogenaamde retributies) die een houder is verschuldigd, indien de overheid voor hem bepaalde handelingen verricht, zoals het verstrekken van mutatieoverzichten en het herstel van gegevens. In onderhavige wijziging worden deze tarieven per 1 januari 2011 aangepast in verband met de loon- en prijsontwikkelingen. In dit licht voorziet deze regeling per 1 januari 2011 in een verhoging van 0,3% van de retributies die voor de genoemde werkzaamheden in rekening worden gebracht. Deze verhoging is gebaseerd op het indexeringspercentage genoemd in de handleiding overheidstarieven 2011 van het Ministerie van Financiën.

Er wordt een uitzondering gemaakt bij de retributie voor het schriftelijk herstel bij rundermeldingen. Onderzoek heeft uitgewezen dat de uitvoeringskosten van dergelijk herstel veel hoger ligt dan oorspronkelijk begroot. Per verzoek zal het tarief stijgen van € 5,15 naar € 10.

§ 3. Artikelsgewijs

Artikelen B t/m G en Q

De procedure voor het door de minister goedkeuren van een model van een merk of slachtmerk voor varkens wijkt thans sterk af van die voor een merk voor rund en schaap en geit. Met deze wijziging worden de goedkeuringsprocedure voor een merk voor varkens meer conform die van de andere evenhoevigen.

De wijzigingen behelzen het volgende. De praktijktest voor merken, die tot nu toe verplicht moest worden uitgevoerd voorafgaand aan goedkeuring, komt te vervallen. Ook vervalt de verplichting voor het aanhouden van enkele technische kenmerken van de varkensmerken zoals die waren opgenomen in Bijlage I van de regeling. Met deze wijziging wordt de goedkeuringsprocedure voor merken van varkens vergelijkbaar met de procedure voor de goedkeuring van merken voor runderen, schapen en geiten. Daarmee wordt de doorlooptijd van een aanvraag voor goedkeuring aanzienlijk ingekort, hetgeen financieel voordeel oplevert voor de aanvrager.

Er wordt een tarief ingevoerd voor het op aanvraag verlenen van een goedkeuring van een model van een merk voor varkens en voor de registratie van een leverancier van merken. Dit tarief is in hoogte gelijk aan het tarief voor deze handelingen bij andere evenhoevigen.

Artikel H

Deze wijziging betreft het vastleggen van de periode dat een paspoort geldig blijft. De periode, drie dagen, komt overeen met geldigheidsduur die in de huidige praktijk aan paspoorten wordt toegekend.

Artikelen I en J

Deze wijziging maakt het mogelijk om de kennisgevingen in het I&R-systeem Rund van Dienst Regelingen van het ministerie eenvoudiger te herstellen indien er een foutieve kennisgeving is gedaan. Het doel is dat dit voor de veehouder op termijn zal leiden tot vermindering van de administratieve lasten.

Artikelen K t/m S

In deze artikelen wordt de hoogte van de I&R tarieven gewijzigd met ingang van 1 januari 2011. De wijziging wordt toegelicht in paragraaf 2 van deze toelichting.

§ 4. Administratieve lasten

De wijziging van de hoogte van de tarieven noch de andere inhoudelijke wijzigingen leiden tot een aanpassing van de administratieve lasten.

De tarieven als zodanig worden niet aangemerkt als kosten die voortvloeien uit bij wet of regelgeving ingevoerde informatieverplichtingen en gelden bijgevolg niet als administratieve lasten. Het zijn financiële lasten. De onderhavige regeling continueert de bepalingen van de voormalige regeling. De onderhavige wijziging van de tarieven heeft dan ook geen effect op de administratieve lasten.

De wijziging van de goedkeuringsprocedure van de merken voor varkens leidt tot lagere kosten voor de leveranciers van de merken. Ook de aanpassing van de registratie van de leveranciers heeft geen invloed op de administratieve lasten.

Ook de overige wijzigingen hebben geen effect op de administratieve lasten.

§ 5. Vaste verandermomenten (VVM)

Het LNV-beleid van vaste verandermomenten voor regelgeving houdt in dat nieuwe regelingen slechts op 1 januari of 1 juli in werking treden en publicatie minimaal twee maanden voorafgaand aan inwerkingtreding van de regeling plaatsvindt. Dit beleid is neergelegd in de brief van de Minister van LNV van 28 april 2008 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2007/08, 29 515 en 31 201, nr. 243).

Met onderhavige wijziging wordt het beleid van vaste verandermomenten niet volledig gevolgd. Publicatie twee maanden voorafgaand aan inwerkingtreding was niet mogelijk omdat het indexeringspercentage hiervoor niet tijdig bekend was.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker.

Naar boven