Regeling tot wijziging van enkele regelingen in verband met de Internationale Maritieme Code voor het vervoer van vaste lading in bulk (IMSBC-Code) en de tweejaarlijkstweejaarlijkse revisies van de internationale voorschriften voor het vervoer van gevaarlijkse stoffen over de weg (ADR), de binnenwateren (ADN) en het spoor (RID)

13 december 2010

Nr. VENW/BSK-2010/212902

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op Resolutie MSC.268(85) van de Maritieme Veiligheidscommissie van de Internationale Maritieme Organisatie van 4 december 2008 inzake de Internationale Maritieme Code voor het vervoer van vaste lading in bulk, artikel 10a van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, artikel 2 van het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen, alsmede op de artikelen 54 en 58 van het Schepenbesluit 2004;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. In de begripsbepaling van ‘Minister’ wordt ‘Minister van Verkeer en Waterstaat’ vervangen door: Minister van Infrastructuur en Milieu.

  • 2. Onder vervanging van de punt aan het slot van de begripsomschrijving van ‘RID’ door een puntkomma, wordt een begripsbepaling toegevoegd, luidende:

    IMSBC-Code: de bij resolutie MSC.268(85) van de Maritieme Veiligheidscommissie van de Internationale Maritieme Organisatie van de Verenigde Naties aangenomen Internationale Maritieme Code voor het vervoer van vaste lading in bulk (International Maritime Solid Bulk Cargoes Code).

B

Artikel 2, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Deze regeling is van toepassing op de volgende handelingen:

    • a. keuren of certificeren van verpakkingen, drukhoudende tanks, of de bouw en uitrusting van binnenvaartschepen, als bedoeld in de vermelde randnummers in de bijlage bij deze regeling;

    • b. classificeren van of vaststellen van vervoersvoorwaarden voor ontplofbare stoffen en voorwerpen, voor zelfontbranding vatbare stoffen of organische peroxiden, als bedoeld in de vermelde randnummers in de bijlage bij deze regeling;

    • c. classificeren van gevaarlijke vaste lading in bulk en afgeven van ladingcertificaten, als bedoeld in de IMSBC-Code.

C

In artikel 11 wordt ‘of’ vervangen door een komma en wordt na ‘de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen’ een zinsnede toegevoegd, luidende: of de IMSBC-Code.

D

Na artikel 19 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 19a

Een wijziging van de IMSBC-Code gaat voor de toepassing van deze regeling gelden met ingang van de dag waarop die wijziging internationaal in werking treedt, tenzij bij ministerieel besluit, dat in de Staatscourant wordt bekendgemaakt, een ander tijdstip wordt vastgesteld.

E

Bijlage 1 wordt vervangen door bijlage 1 bij deze regeling.

ARTIKEL II

De Regeling veiligheid zeeschepen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De begripsbepaling van ‘BC-Code’ vervalt.

2. In de begripsbepaling van ‘DSC-Code’ wordt ‘de IMCO’ vervangen door: de Intergouvernementele Maritieme Consultatieve Organisatie (IMCO) van de Verenigde Naties.

3. Na de begripsbepaling van ‘Houtvaartcode’ wordt een begripsbepaling ingevoegd, luidende:

IMSBC-Code:

de bij resolutie MSC.268(85) van de Maritieme Veiligheidscommissie van de IMO aangenomen Internationale Maritieme Code voor het vervoer van vaste lading in bulk (International Maritime Solid Bulk Cargoes Code);.

B

Artikel 43 komt te luiden:

Artikel 43. Bevoegde autoriteiten IMSBC-Code (IMO)

De bevoegde autoriteiten, bedoeld in de op grond van de hoofdstukken VI, deel Aen VII, deel A-1, van het SOLAS-verdrag toepasselijke IMSBC-code, zijn:

  • a. met betrekking tot het vervoer van radioactieve stoffen in vaste vorm in bulk, behorende tot klasse 7 van de IMSBC-Code: de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

  • b. met betrekking tot het vervoer van overige stoffen als bedoeld in de IMSBC-Code: de Minister van Infrastructuur en Milieu.

C

Artikel 45 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan de titel wordt toegevoegd: (IMO).

2. In onderdeel a wordt ‘de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer’ vervangen door: de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

3. In onderdeel b wordt ‘de Minister van Verkeer en Waterstaat’ vervangen door: de Minister van Infrastructuur en Milieu.

D

Bijlage 4 wordt vervangen door bijlage 2 bij deze regeling.

ARTIKEL III

De Regeling vervoer gevaarlijke stoffen met zeeschepen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel g komt te luiden:

  • g. IMSBC-Code: de bij resolutie MSC.268(85) van de Maritieme Veiligheidscommissie van de Internationale Maritieme Organisatie van de Verenigde Naties aangenomen Internationale Maritieme Code voor het vervoer van vaste lading in bulk (International Maritime Solid Bulk Cargoes Code);

2. In onderdeel k wordt ‘Groep B van de BC-Code’ vervangen door: de IMSBC-Code.

B

In de titel en het lichaam van artikel 6 wordt ‘BC-Code’ telkens vervangen door: IMSBC-Code.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2011.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen.

BIJLAGE 1

Bijlage behorend bij de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen

Tabel 1. Randnummers in het ADN

1.2.1 Openingsdruk, erkend veilige elektrische inrichting, monstername inrichting

2.2.1.1.3; 2.2.1.1.7.2, 2.2.1.3 Opmerking bij UN-nummer 0190

2.2.41.1.13

2.2.52.1.8, 2.2.52.1.13

3.2.3.33 i2

3.3.1, bijzondere bepaling 16 en 178

3.3.1, bijzondere bepaling 181, 237266, 271, 272 en 278, 645

3.3.1, bijzondere bepaling 288, 309 en 311

5.2.2.1.9 a) en b),

5.4.1.2.1.c), d) en g)

7.2.3.7.6

8.1.6.2, 8.1.6.3, 8.1.7

9.1.0.40.2.7, 9.3.1.23.1;

Tabel 2. Randnummers in het ADR

2.2.1.1.3, 2.2.1.1.7.2

2.2.1.3, Opmerking bij UN-nummer 0190

2.2.41.1.13, 2.2.52.1.8, 2.2.52.1.13

3.3.1, bijzondere bepalingen 16 en 178

3.3.1, bijzondere bepalingen 181, 237, 266, 271, 272 en 278

3.3.1, bijzondere bepalingen 288, 309, 311, 645

4.1.2.2.b)

4.1.3.6.2

4.1.4.1, P101

4.1.4.1, P201(1),

4.1.4.1, P405 (2) b)

4.1.4.1, P601 (3g)

4.1.4.1, P902, P905

4.1.4.2 IBC99, IBC520,

4.1.4.3 LP 99, LP902

4.1.5.15, 4.1.5.18

4.1.6.14, 4.1.7.2.2

4.1.10.4, MP21

4.2.1.7, 4.2.1.9.1, 4.2.13.1, 4.2.1.13.3

4.2.3.7.1, 4.2.5.1.1

4.2.5.2.6 T23

4.2.5.3 TP10, TP16, TP24

4.3.2.1.5, voetnoot 2

4.3.3.2.5, 4.3.5 TU39

5.2.2.1.9 a) en b)

5.4.1.2.1 c), d) en g)

6.1.3.1, 6.1.3.7, 6.1.3.8 i)

6.1.5.1.1, 6.1.5.1.3, 6.1.5.1.5, 6.1.5.1.8, 6.1.5.1.10,

6.2.1.3.6.5.4, 6.2.1.4.1, 6.2.1.5.1 opmerking, , 6.2.2.1.1 Opmerking 2, 6.2.2.5.2.1, 6.2.2.5.2.2, 6.2.2.5.3.2, 6.2.2.5.3.3, 6.2.2.5.4.1, 6.2.2.5.4.2, 6.2.2.5.4.4, 6.2.2.5.4.5, 6.2.2.5.4.6, 6.2.2.5.4.8, 6.2.2.5.4.9, 6.2.2.6.2.1, 6.2.2.6.2.2, 6.2.2.6.4.3, 6.2.2.7.8, 6.2.2.9.2 h), 6.2.2.10, , 6.2.3.5.1, 6.2.3.6.1, 6.2.5.4.2, 6.2.6.3.2.2, 6.2.6.3.3 a) en b)

6.3.4.2, 6.3.4.3, 6.3.5.1.1, 6.3.5.1.3, 6.3.5.1.5, 6.3.5.1.7, 6.3.5.1.8

6.5.1.1.3

6.5.4.4.1, 6.5.4.4.4, 6.5.6.1.1, 6.5.6.2.1, 6.5.6.2.3,

6.6.5.1.1, 6.6.5.1.3, 6.6.5.1.5, 6.6.5.1.7, 6.6.5.1.8,

6.7.2.2.1, 6.7.2.2.10, 6.7.2.2.14

6.7.2.3.1, 6.7.2.3.3.1

6.7.2.4.3, 6.7.2.6.2, 6.7.2.6.3, 6.7.2.6.4, 6.7.2.7.1, 6.7.2.8.3, 6.7.2.10.1, 6.7.2.12.2.4, 6.7.2.18.1, 6.7.2.19.5, 6.7.2.19.9, 6.7.2.19.10

6.7.3.2.1, 6.7.3.2.11, 6.7.3.3.3.1, 6.7.3.7.3, 6.7.3.8.1.2, 6.7.3.14.1, 6.7.3.15.3, 6.7.3.15.5, 6.7.3.15.9, 6.7.3.15.10,

6.7.4.1, 6.7.4.2.1, 6.7.4.2.8.1, 6.7.4.2.8.2, 6.7.4.2.14, 6.7.4.3.3.1, 6.7.4.5.10, 6.7.4.6.4, 6.7.4.7.4, 6.7.4.13.1, 6.7.4.14.3, 6.7.4.14.6 b), 6.7.4.14.10,

6.7.5.2.9, 6.7.5.4.1, 6.7.5.4.3, 6.7.5.11.1

6.7.5.12.3, 6.7.5.12.7

6.8.2.1.4, 6.8.2.1.16, 6.8.2.1.19

6.8.2.1.20

6.8.2.1.23, 6.8.2.2.2, 6.8.2.2.10

6.8.2.3.1, 6.8.2.3.3, 6.8.2.4.1 voetnoot3, 6.8.2.4.2 voetnoot3, 6.8.2.4.5 (als erkend deskundige), 6.8.2.7

6.8.3.2.16, 6.8.3.2.26, 6.8.3.4.4

6.8.3.4.6 b), 6.8.3.4.7

6.8.3.4.11, 6.8.3.4.12, 6.8.3.4.16, 6.8.3.7

6.8.4 TA2, 6.8.4 TT2, 6.8.4 TT7, 6.8.5.2.2

6.9.2.1, 6.9.2.5, 6.9.2.13, 6.9.2.14.4, 6.9.2.14.5, 6.9.4.2.4, 6.9.4.4.1, 6.9.5.3,

6.11.4.4, 6.12.3.1.2, 6.12.3.1.3, 6.12.3.2.2, 6.12.3.6, 6.12.5

7.5.2.2a)

Tabel 3. Randnummers in het RID

2.2.1.1.3, 2.2.1.1.7.2

2.2.1.3, Opmerking bij UN-nummer 0190

2.2.41.1.13, 2.2.52.1.8, 2.2.52.1.13

3.3.1, bijzondere bepalingen 16 en 178

3.3.1, bijzondere bepalingen 181, 237, 266, 271, 272 en 278

3.3.1, bijzondere bepalingen 288, 309, 311, 645

4.1.2.2.b), 4.1.3.6.2

4.1.4.1, P101

4.1.4.1, P201(1)

4.1.4.1, P405 (2) b)

4.1.4.1, P601 (3) g)

4.1.4.1, P902, 4.1.4.1, P905

4.1.4.2 IBC99, 4.1.4.2 IBC520, 4.1.4.3 LP99

4.1.4.3 LP902

4.1.5.15, 4.1.5.18

4.1.6.14, 4.1.7.2.2

4.1.10.4, MP21

4.2.1.7, 4.2.1.9.1

4.2.1.13.1, 4.2.1.13.3

4.2.3.7.1, 4.2.5.1.1

4.2.5.2.6 T23

4.2.5.3 TP10, TP16, TP24

4.3.2.1.5, voetnoot 2

4.3.3.2.5

4.3.5 TU39

5.2.2.1.9 a) en b)

5.4.1.2.1.c), d) en g)

6.1.3.1 g), 6.1.3.7, 6.1.3.8 i)

6.1.5.1.1, 6.1.5.1.3, 6.1.5.1.5, 6.1.5.1.8, 6.1.5.1.10,

6.2.1.3.6.5.4, 6.2.1.4.1, 6.2.1.5.1., , 6.2.2.5.2.1, 6.2.2.5.2.2, 6.2.2.5.3.2, 6.2.2.5.3.3, 6.2.2.5.4.1.1, 6.2.2.5.4.2, 6.2.2.5.4.4, 6.2.2.5.4.5, 6.2.2.5.4.6, 6.2.2.5.4.8, 6.2.2.5.4.9, 6.2.2.6.2.1, 6.2.2.6.2.2, , 6.2.2.6.4.3, 6.2.2.7.8, 6.2.2.9.2 h), 6.2.2.10, 6.2.3.5.1, 6.2.3.6.1, 6.2.5.4.2, 6.2.6.3.2.2, , 6.2.6.3.3 a) en b)

6.3.4.2, 6.3.4.3, 6.3.5.1.1, 6.3.5.1.3, 6.3.5.1.5, 6.3.5.1.7, 6.3.5.1.8

6.5.1.1.3

6.5.4.4.1, 6.5.4.4.4, 6.5.6.1.1, 6.5.6.2.1, 6.5.6.2.3,

6.6.5.1.1, 6.6.5.1.3, 6.6.5.1.5, 6.6.5.1.7, 6.6.5.1.8, 6.6.5.4.3

6.7.2.2.1, 6.7.2.2.10, 6.7.2.2.14

6.7.2.3.1, 6.7.2.3.3.1

6.7.2.4.3, 6.7.2.6.2, 6.7.2.6.3, 6.7.2.6.4, 6.7.2.7.1, 6.7.2.8.3, 6.7.2.10.1, 6.7.2.12.2.4, 6.7.2.18.1, 6.7.2.19.5, 6.7.2.19.9, 6.7.2.19.10

6.7.3.2.1, 6.7.3.2.11, 6.7.3.3.3.1, 6.7.3.7.3, 6.7.3.8.1.2, 6.7.3.14.1, 6.7.3.15.3, 6.7.3.15.5, 6.7.3.15.9, 6.7.3.15.10, 6.7.4.1, 6.7.4.2.1, 6.7.4.2.8.1, 6.7.4.2.8.2, 6.7.4.2.14, 6.7.4.3.3.1, 6.7.4.5.10, 6.7.4.6.4, 6.7.4.7.4, 6.7.4.13.1, 6.7.4.14.3, 6.7.4.14.6 b), 6.7.4.14.10

6.7.5.2.9, 6.7.5.4.1, 6.7.5.4.3, 6.7.5.11.1

6.7.5.12.3, 6.7.5.12.7

6.8.2.1.2, 6.8.2.1.4, 6.8.2.1.16, 6.8.2.1.19

6.8.2.1.20, 6.8.2.1.23, 6.8.2.1.29

6.8.2.2.2, 6.8.2.2.10,

6.8.2.3.1, 6.8.2.3.3, 6.8.2.4.1 voetnoot 10, 6.8.2.4.2, voetnoot 10, 6.8.2.4.5 (als erkend deskundige)

6.8.3.2.16, 6.8.3.2.26, 6.8.3.4.4

6.8.3.4.6 b)

6.8.3.4.7,6.8.3.4.11, 6.8.3.4.12, 6.8.3.4.16

6.8.4 TA4, TT2, TT7

6.8.4 TA2

6.8.5.2.2

6.9.2.1, 6.9.2.5, 6.9.2.13, 6.9.2.14.4, 6.9.2.14.5, 6.9.4.2.4, 6.9.4.4.1, 6.9.5.3

6.11.4.4 (Code BK1)

7.3.3, VW12, VW13

7.5.2.2 voetnoot a)

BIJLAGE 2

TOELICHTING

Algemeen

Met deze regeling worden de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen, de Regeling veiligheid zeeschepen (hierna: Rvz) en de Regeling vervoer gevaarlijke stoffen met zeeschepen gewijzigd om uitvoering te geven aan de Internationale Maritieme Code voor het vervoer van vaste lading in bulk (International Maritime Solid Bulk Cargoes Code, hierna: IMSBC-Code). Daarnaast worden de tabellen in de bij de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen, behorende bijlage aangepast aan de tweejaarlijkse revisies van de Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (het ADR), het Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (het RID) en de Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren (het ADN).

De IMSBC-Code

De IMSBC-Code is op 4 december 2008 met resolutie MSC.268(85) door de Maritieme Veiligheidscommissie van de Internationale Maritieme Organisatie aangenomen en ziet op het vervoer van (gevaarlijke) vaste lading in bulk door zeeschepen. Met ingang van 1 januari 2011 vervangt de IMSBC-Code de bij resolutie A.434(XI) door de Algemene Vergadering van de IMO aangenomen BC-Code (Code of Safe Practice for Solid Bulk Cargoes). Het belangrijkste verschil tussen deze twee Codes is dat de toepassing van de IMSBC-Code op grond van het SOLAS-verdrag1 internationaal verplicht is gesteld. In de voorschriften VI/1-2 en VII/7-5 van het SOLAS-verdrag is bepaald dat het vervoer van vaste lading in bulk anders dan graan respectievelijk het vervoer van gevaarlijke stoffen in vaste vorm in bulk moet plaatsvinden in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van de IMSBC-Code. Deze voorschriften gelden voor zeeschepen die, ongeacht het brutotonnage, gebruikt worden voor het maken van internationale reizen. De bepalingen ten aanzien van het vervoer van (gevaarlijke) vaste lading in bulk zijn vervat in de artikelen 52 en 56, eerste lid, van het Schepenbesluit 2004 en zijn van toepassing op zeeschepen in zowel de internationale als de nationale vaart. De BC-Code had daarentegen een niet-verbindend karakter. Het stond de landen die partij zijn bij het SOLAS-verdrag vrij deze Code verplicht te stellen in hun nationale regelgeving. Ten aanzien van het vervoer van (gevaarlijke) vaste lading in bulk was de BC-Code verplicht gesteld in het oude artikel 43, eerste lid, van de Rvz en artikel 6 van de Regeling vervoer gevaarlijke stoffen met zeeschepen. De verwijzingen in de Rvz en de Regeling vervoer gevaarlijke stoffen met zeeschepen naar de BC-Code worden met deze wijzigingsregeling aangepast.

Ladingonderzoek door erkende instanties

Ten aanzien van bepaalde gevaarlijke vaste lading in bulk wordt in de IMSBC-Code bepaald dat voorafgaand aan het laden een ladingonderzoek moet worden uitgevoerd teneinde de eigenschappen van de lading vast te stellen. Indien de lading aan de gestelde eisen voldoet, wordt een ladingcertificaat aan de verlader, en vervolgens aan de kapitein van het schip uitgereikt. De IMSBC-Code bepaalt dat het ladingonderzoek en de afgifte van ladingcertificaten moeten worden uitgevoerd door personen of instanties die hiervoor zijn aangewezen door de administratie van het land waar geladen wordt. De wijziging van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen voorziet hierin.

Bij het vaststellen van de eigenschappen van de lading kan worden gedacht aan het nemen van monsters van een stof om het vochtgehalte, de oxiderende eigenschappen, de mate van reactiviteit met water of de mogelijkheid tot broei of zelfontbranding te bepalen. In aanhangsel 1 bij de IMSBC-Code is per soort vaste bulklading aangegeven aan welke eisen deze stof moet voldoen. Bijvoorbeeld ten aanzien van de stuwage, de belading, het lossen en het nemen van voorzorgsmaatregelen. In aanhangsel 2 zijn vervolgens gedetailleerde testprocedures opgenomen die ofwel algemeen van toepassing zijn ofwel van toepassing zijn op specifieke bulklading, zoals bijvoorbeeld ten aanzien van lading die kan verpappen.

In Tractatenblad 2009, 84 is bekendgemaakt dat met resolutie MSC.268(85) de IMSBC-Code is aangenomen en gelijktijdig met wijzigingen van het SOLAS-verdrag op 1 januari 2011 in werking zal treden. Tevens is meegedeeld dat de tekst van de Code ter inzage ligt in de bibliotheek van de Hoofddirectie Juridische Zaken, Koningskade 4 te Den Haag. Dit geldt eveneens voor de Nederlandse vertaling van de Code. Op het internet van de Inspectie Verkeer en Waterstaat is de tekst bij wijze van service te raadplegen via www.ivw.nl/onderwerpen/koopvaardij/lading/imsbccode.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel B

In artikel 2 wordt het toepassingsbereik van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen uitgebreid tot handelingen op grond van de IMSBC-Code, te weten het classificeren van gevaarlijke vaste lading in bulk en het afgeven van bijbehorende ladingcertificaten. Door het uitbreiden van het toepassingsbereik zijn de overige artikelen van de bovengenoemde regeling, bijvoorbeeld de bepalingen met betrekking tot bijvoorbeeld de gegevens die bij de aanvraag tot erkenning moeten worden verstrekt (artikel 3), de geldigheidsduur van de erkenning (artikel 5), de organisatorische en inhoudelijke vereisten (artikelen 7 tot en met 18, met uitzondering van artikel 11) ook van toepassing op instanties die erkend worden voor het uitvoeren van taken volgend uit de IMSBC-Code.

Artikel I, onderdeel C

Met de wijziging van artikel 11 wordt geregeld dat de erkende instantie het classificeren van gevaarlijke vaste lading in bulk en het afgeven van ladingcertificaten in ieder geval uitvoert in overeenstemming met de op die handelingen toepasselijke voorschriften van de IMSBC-Code.

Artikel I, onderdeel D

Artikel 19a bepaalt dat wijzigingen van de IMSBC-Code, waar dynamisch naar wordt verwezen, voor de toepassing van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen in beginsel gaan gelden op het moment dat die wijziging internationaal in werking treedt. Het artikel biedt echter ook de mogelijkheid om bij ministerieel besluit van dit beginsel af te wijken. Hiervan kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt indien een wijziging van de Code de mogelijkheid biedt om versneld toegepast te worden. Evenals resolutie MSC.268(85), de resolutie waarmee de IMSBC-Code is aangenomen, zullen wijzigingen van de Code in het Tractatenblad worden bekendgemaakt.

Artikel I, onderdeel E

Tweejaarlijks worden de voorschriften van het ADR, het RID en het ADN gewijzigd aan de nieuwe stand van de wetenschap en de techniek. Als gevolg van die wijzigingen is een aantal randnummers toegevoegd en vernummerd. De tabellen van de bij de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen behorende bijlage worden met die nummerwijzigingen in overeenstemming gebracht.

Artikel II, onderdeel A

Gelijktijdig met de inwerkingtreding van de IMSBC-Code wordt diens voorloper, de BC-Code, ingetrokken. In artikel 1, eerste lid, van de Rvz kan om die reden de begripsbepaling van de BC-Code komen te vervallen. Aangezien in deze begripsbepaling de naam van de IMCO (de Intergouvernementele Maritieme Consultatieve Organisatie), de voorloper van de IMO, voluit was geschreven is die zinsnede vervolgens in de begripsbepaling van de DSC-Code (Dynamically Supported Craft Code) opgenomen.

Artikel II, onderdelen B en C

Vanwege de dynamische verwijzingen in de artikelen 52 en 56, eerste lid, van het Schepenbesluit 2004 naar de hoofdstukken VI, deel A, en VII, deel A-1, van het SOLAS-verdrag zijn de bepalingen van de IMSBC-Code verplicht voor zowel conventieschepen als voor non-conventieschepen. Het oorspronkelijke artikel 43, eerste lid, van de Rvz is daarmee overbodig geworden.

In artikel 43, tweede lid, en artikel 45 zijn voorts de verwijzingen naar de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de Minister van Verkeer en Waterstaat aangepast aan de nieuwe indeling van departementen. Op grond van het Koninklijk Besluit van 14 oktober 2010 (Stcrt. 2010, 16525) houdende opheffing van de ministeries van Volkshuisvestiging, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en van Verkeer en Waterstaat en instelling van een ministerie van Infrastructuur en Milieu, is de Minister van Infrastructuur en Milieu de bevoegde autoriteit ten aanzien van het vervoer van vaste lading in bulk, niet zijnde radioactieve stoffen in bulk. Met betrekking tot laatstgenoemde categorie stoffen is namelijk op grond van het Koninklijk Besluit van eveneens 14 oktober 2010 (Stcrt. 2010, 16584) houdende opheffing van de ministeries van Economische Zaken en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en instelling van een ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie de bevoegde autoriteit.

Artikel II, onderdeel D

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om bijlage 4 bij de Rvz te vervangen door een nieuwe bijlage. Bijlage 4 bevat de in artikel 19, tweede lid, van de Rvz genoemde kaart met zeegebieden van de klassen A, B, C en D, als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van richtlijn 2009/45/EG. De nieuwe kaart bevat ten opzichte van de oude kaart wijzigingen met betrekking tot de grens tussen België en Nederland. Daarnaast is het coördinatensysteem aangepast aan de huidige standaard.

Artikel III

In de Regeling vervoer gevaarlijke stoffen met zeeschepen die ziet op het vervoer van gevaarlijke stoffen waaronder gevaarlijke vaste lading in bulk, met zeeschepen over enkele binnenwateren, zijn door middel van wijzigingsartikel II tenslotte de verwijzingen naar de BC-Code telkens vervangen door verwijzingen naar de IMSBC-Code. In artikel 1, onderdeel k, vervalt bovendien de zinsnede ‘Groep B’. Dit houdt verband met het feit dat op grond van de IMSBC-Code ook het vervoer van stoffen anders dan die van Groep B (stoffen met chemische gevaren) gevaarlijk kan zijn voor de mens, het milieu en het schip.

Administratieve lasten en vaste verandermomenten

Aan deze wijzigingsregeling is een verhoging van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven verbonden. Benadrukt wordt dat deze verhoging enkel ziet op het vaststellen van de criteria voor de erkenning voor het doen van onderzoeken in verband met de IMSBC-Code. Ten aanzien van het vervoer van (gevaarlijke) vaste lading in bulk is namelijk geen verhoging van de administratieve lasten, bijvoorbeeld met betrekking tot de kosten die door de erkende instanties in rekening worden gebracht voor de afgifte van een ladingcertificaat aan de verlader, verbonden. Bij het uitvoering geven aan de IMSBC-Code in Nederlandse regelgeving zijn, ten opzichte van omzetting van de BC-Code, met betrekking tot het vervoer van lading geen nieuwe informatieverplichtingen verplicht gesteld.

De kosten voor de aanvraag van een erkenning voor het doen van onderzoeken in verband met de IMSBC-Code bedragen per instantie € 320 (€ 80 x 4 uur). Aangezien het besluit tot erkenning een geldigheidsduur heeft van 10 jaar, komt het bedrag op jaarbasis uit op € 32. Daarnaast is per instantie een jaarlijks bedrag van € 320 (€ 80 x 4 uur) verbonden voor structurele kosten. Deze kosten houden verband met het voldoen aan de jaarlijkse rapportageverplichting respectievelijk het bijhouden van een register. Per instantie bedragen daarmee de jaarlijkse kosten € 352 (€ 32 + € 320). Zoals tot op heden bekend is, komen waarschijnlijk drie instanties voor erkenning in aanmerking. De totale administratieve lasten behorend bij deze regeling komen in dat geval uit op € 1056 (3 x € 352).

Een ontwerp-regeling is aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) ter toetsing aangeboden. Op 25 november 2010 heeft Actal besloten deze wijzigingsregeling niet te selecteren voor een advies op grond van de door het College gehanteerde selectiecriteria.

Voor de inwerkingtreding van deze regeling wordt geen gebruik gemaakt van de vaste verandermomenten voor wet- en regelgeving. Dit houdt verband met het feit dat met deze regeling internationale voorschriften worden omgezet en daarom aansluiting wordt gezocht bij de inwerkingtreding van die voorschriften op internationaal niveau.

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen.


XNoot
1

SOLAS-verdrag: het op 1 november 1974 te Londen tot stand gekomen Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee (Trb. 1976, 157) en de bij dat verdrag behorende bindende protocollen, aanhangsels en bijlagen.

Naar boven