Rectificatie Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 4 augustus 2010, nr. DJZ/BR/0346-10, houdende wijziging van de Sanctieregeling Somalië 2003

In de Staatscourant van 17 augustus 2010 is bovenstaande regeling met nr. 12768 gepubliceerd. Per abuis is onder artikel II de aanduiding voor lid 2 weggevallen en is de nummering onder wijzigingsartikel I c, lid 3 verlopen, waardoor onduidelijkheid is ontstaan.

Waar in Artikel I c, lid 3, staat:

  • 3. Er worden vier nieuwe leden toegevoegd, luidende:

    • 1. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van Verordening (EU) nr. 356/2010 is de Minister van Financiën.

    • 2. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5, eerste en tweede lid, en artikel 6, aanhef, van Verordening (EU) nr. 356/2010 is, wat betreft de beschikbaarstelling van bepaalde tegoeden, bedoeld in voornoemde artikelen, de Minister van Financiën.

    • 3. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5, eerste en tweede lid, en artikel 6, aanhef, van Verordening (EU) nr. 356/2010 is, wat betreft de beschikbaarstelling van economische middelen, bedoeld in voornoemde artikelen, de Minister van Economische Zaken.

    • 4. De bevoegde autoriteiten, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 356/2010 zijn, elk voor het gebied waartoe hun competentie zich op grond van dat lid uitstrekt:

      • de Minister van Economische Zaken;

      • de Minister van Financiën.

Moet staan:

  • 3. Er worden vier nieuwe leden toegevoegd, luidende:

    • 2. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van Verordening (EU) nr. 356/2010 is de Minister van Financiën.

    • 3. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5, eerste en tweede lid, en artikel 6, aanhef, van Verordening (EU) nr. 356/2010 is, wat betreft de beschikbaarstelling van bepaalde tegoeden, bedoeld in voornoemde artikelen, de Minister van Financiën.

    • 4. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5, eerste en tweede lid, en artikel 6, aanhef, van Verordening (EU) nr. 356/2010 is, wat betreft de beschikbaarstelling van economische middelen, bedoeld in voornoemde artikelen, de Minister van Economische Zaken.

    • 5. De bevoegde autoriteiten, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 356/2010 zijn, elk voor het gebied waartoe hun competentie zich op grond van dat lid uitstrekt:

      • de Minister van Economische Zaken;

      • de Minister van Financiën.

Waar in Artikel II staat:

  • 1. Het is verboden om militaire goederen, alsmede militaire technologie, aangewezen in de Uitvoeringsregeling strategische goederen dan wel bedoeld in artikel 2 van de Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 7 december 2006 houdende strafbaarstelling ongeoorloofde overdracht programmatuur en technologie van strategische goederen door middel van elektronische media, faxapparaten of telefoon, dan wel onderdelen daarvan, direct of indirect te verkopen, te leveren, over te dragen aan, dan wel door of uit te voeren naar entiteiten of personen in Somalië of voor gebruik in Somalië, ongeacht het land van herkomst.

    Het eerste lid is niet van toepassing in geval het een levering, verkoop of overdracht betreft van:

Moet staan:

  • 1. Het is verboden om militaire goederen, alsmede militaire technologie, aangewezen in de Uitvoeringsregeling strategische goederen dan wel bedoeld in artikel 2 van de Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 7 december 2006 houdende strafbaarstelling ongeoorloofde overdracht programmatuur en technologie van strategische goederen door middel van elektronische media, faxapparaten of telefoon, dan wel onderdelen daarvan, direct of indirect te verkopen, te leveren, over te dragen aan, dan wel door of uit te voeren naar entiteiten of personen in Somalië of voor gebruik in Somalië, ongeacht het land van herkomst.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing in geval het een levering, verkoop of overdracht betreft van:

Naar boven