Regeling tot wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie en de Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart

29 juni 2010

Nr. CEND/HDJZ-2010/914 sector SCH

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 2, onderdeel c, 3, tweede lid, onderdelen a, b en f, en 4 van de Kaderwet subsidies Verkeer en Waterstaat;

Besluit:

ARTIKEL I

De Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie wordt gewijzigd als volgt:

A

Aan artikel 1 worden, onder vervanging van de punt aan het eind door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

l. samenwerkingsverband:

samenwerkingsverband bestaande uit twee of meer zeescheepvaartondernemingen;

m. penvoerder:

door de in een samenwerkingsverband verenigde ondernemingen aangewezen rechtspersoon die namens dit samenwerkingsverband optreedt.

B

In artikel 2, eerste lid, wordt na ‘zeescheepvaartonderneming’ ingevoegd: of aan een penvoerder ten behoeve van zijn samenwerkingsverband.

C

Artikel 5 wordt gewijzigd als volgt:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. De Minister kan jaarlijks het subsidieplafond voor grote projecten verhogen met de tot 1 november van dat jaar onbenut gebleven middelen voor kleine projecten.

D

In de artikelen 10, eerste lid, 26, eerste lid, en 30 worden telkenmale ‘Senternovem’ en ‘SenterNovem’ vervangen door: Agentschap NL.

E

In artikel 12 wordt ‘In 2010 moet de aanvraag uiterlijk op 30 juni zijn ontvangen.’ vervangen door: In 2011 moet de aanvraag uiterlijk op 31 maart zijn ontvangen.

F

Artikel 28 komt te luiden:

Artikel 28

De Minister verstrekt een voorschot tot ten hoogste 80 procent van het te verlenen subsidiebedrag.

ARTIKEL II

De Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart wordt gewijzigd als volgt:

A

In de artikelen 10, eerste lid, 25, eerste lid, en 27, eerste lid, wordt telkenmale ‘SenterNovem’ vervangen door: Agentschap NL.

B

In artikel 12, eerste lid, wordt ‘in 2011 aanvragen tot 1 juli van dat jaar’ vervangen door: in 2010 aanvragen tot 1 september van dat jaar.

C

In artikel 15 wordt ‘juli’ vervangen door: april.

D

Artikel 29 komt te luiden:

Artikel 29

De Minister verstrekt een voorschot tot ten hoogste 80 procent van het te verlenen subsidiebedrag.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings.

TOELICHTING

Algemeen

De onderhavige regeling wijzigt in artikel I de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie en in artikel II de Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart.

De wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie bevat vooral wetgevingstechnische aanpassingen die het gebruik van de regeling voor de doelgroep vergemakkelijken. Doel van deze wijziging is onder andere de administratieve lasten voor het bedrijfsleven terug te dringen doordat voortaan geen aanvraag meer nodig is om een voorschot te verkrijgen. Daarnaast beoogt deze wijziging om via een ruimhartiger bevoorschottingsregime meer tegemoet te komen aan de liquiditeitsbehoefte van de subsidieontvangers. Ten slotte beantwoordt de wijziging aan de wens die is geuit vanuit het bedrijfsleven om het mogelijk te maken samenwerkingsverbanden van zeescheepvaartondernemingen in aanmerking te laten komen voor een subsidie.

Ook de wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart beoogt het bevoorschottingsregime van die regeling te versoepelen door voortaan voorschotten te verstrekken zonder dat daartoe een aanvraag nodig is en het maximum bedrag dat jaarlijks aan voorschotten uitgekeerd kan worden te laten vervallen. Bij de vorige wijziging van deze regeling van 6 februari 20091 was het al mogelijk gemaakt om desgewenst ambtshalve een voorschot te verstrekken, naast de mogelijkheid van verstrekking op aanvraag.

Vaste verandermomenten

Deze wijzigingen waren al in het najaar van 2009 in voorbereiding, maar zijn aangehouden tot in het voorjaar van 2010 de subsidieplafonds bekend konden worden gemaakt. Dat was pas mogelijk nadat meer duidelijkheid bestond over de inhoud van de voorjaarsnota. Derhalve vallen deze wijzigingen nog niet onder de kabinetsafspraken van december 2009 (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309), met betrekking tot vaste verandermomenten voor ministeriële regelingen.

Administratieve lasten

De wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie leidt tot:

  • een daling van de administratieve lasten doordat de kosten voor het opstellen van een overzicht van de liquiditeitsbehoefte en het opstellen van een aanvraagbrief voor een voorschot komen te vervallen. Uitgaande van naar verwachting 15 te honoreren aanvragen gaat het om een daling van € 875,–;

  • een verhoging van de lasten in het geval men ervoor kiest als samenwerkingsverband een aanvraag in te dienen. Er zal dan een samenwerkingsovereenkomst moeten worden gesloten. Uitgaande van drie van dergelijke samenwerkingsverbanden zijn deze lasten berekend op € 336,–.

Per saldo is derhalve sprake van een daling van de lasten ten opzichte van de huidige regeling.

De afschaffing van de aanvraagprocedure ter verkrijging van een voorschot, op grond van de Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart, leidt tot een lastenbesparing van € 320,–, uitgaande van naar verwachting 12 te honoreren aanvragen.

De regeling is voorgelegd aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten, dat besloot de regeling niet te selecteren voor een toets op de gevolgen voor de administratieve lasten.

Artikelsgewijs

De onderdelen A en B van artikel I maken het mogelijk dat niet alleen individuele ondernemingen, maar ook samenwerkingsverbanden van zeescheepvaartondernemingen een subsidie op grond van de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie kunnen aanvragen.

Artikel I, onderdeel C, voegt een tweede lid aan artikel 5 van de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie toe, waardoor budgetoverheveling van het budget voor kleine projecten naar dat voor grote projecten mogelijk wordt. Uit ervaringen in het verleden is dit wenselijk gebleken.

De wijziging in artikel I, onderdeel D, houdt verband met de naamsverandering van Senternovem in Agentschap NL.

De wijziging van de sluitingsdatum in artikel I, onderdeel E, is nodig omdat de behandelingsduur van aanvragen meer tijd blijkt te vergen.

Daarnaast wordt met onderdeel F van artikel I het bevoorschottingsregime van die regeling verruimd. Ingevolge het nieuwe artikel 28 van de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie worden voorschotten krachtens die regeling niet meer op aanvraag verstrekt, maar ambtshalve. De hoogte van de te verstrekken voorschotten wordt opgetrokken van ten hoogste 60 procent naar ten hoogste 80 procent. Aanleiding hiervoor is dat het voor bedrijven onder de huidige crisisomstandigheden vaak bezwaarlijk is om 40 procent van de subsidie voor te schieten. Aanvragers aan wie vóór het in werking treden van deze wijziging een voorschot van zestig procent of minder is verstrekt ontvangen een aanvulling hierop tot ten hoogste 80 procent.

De wijziging in artikel II, onderdeel B, behelst dat op grond van de Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart subsidie voor grote projecten nog tot september 2010 kan worden aangevraagd. In verband met de financiële crisis is de voor 2011 beoogde tender van de regeling geschrapt.

De wijziging in onderdeel C van artikel II is nodig omdat de behandelingsduur van aanvragen meer tijd blijkt te vergen.

Artikel II, onderdeel D, voorziet voor de Tijdelijke subsidieregeling innovatie binnenvaart in een zelfde bevoorschottingsregeling als voor de Tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings.

Naar boven