Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 18 maart 2009, nr. PO/OO/101528, houdende vaststelling van de drempel en de compensatieregeling bij de gewichtenregeling voor het schooljaar 2009–2010 (Regeling vaststelling van de drempel en de compensatieregeling bij de gewichtenregeling voor het schooljaar 2009–2010)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 123, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs en artikel II, achtste lid, van het Besluit van 19 mei 2006, houdende wijziging van het Besluit bekostiging WPO in verband met een wijziging van de gewichtenregeling en wijziging van het Besluit bekostiging WEC in verband met een wijziging in de groepsgrootte (Stb. 283);

Besluit:

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

wet:

Wet op het primair onderwijs;

besluit:

Besluit bekostiging WPO;

gewichtenregeling:

regeling neergelegd in artikel 27 van het besluit;

schoolgewicht:

schoolgewicht als bedoeld in artikel 27 van besluit.

Artikel 2. Vaststelling percentage drempel gewichtenregeling

Voor het schooljaar 2009–2010 wordt het percentage, bedoeld in artikel II, achtste lid, van het Besluit van 19 mei 2006, houdende wijziging van het Besluit bekostiging WPO in verband met een wijziging van de gewichtenregeling en wijziging van het Besluit bekostiging WEC in verband met een wijziging in de groepsgrootte (Stb. 283), vastgesteld op 6.

Artikel 3. Compensatie gewichtenregeling

  • 1. Een school ontvangt per vestiging compensatiebekostiging indien op vestigingsniveau C kleiner is dan A en C/D kleiner is dan A/B waarbij:

    • A = het schoolgewicht van de vestiging van de school op 1 oktober 2005 en voor scholen die per 1 augustus 2006 dan wel 1 augustus 2007 voor bekostiging in aanmerking zijn gebracht het schoolgewicht op 1 oktober 2006 respectievelijk 1 oktober 2007;

    • B = het leerlingenaantal van de vestiging op 1 oktober 2005 en voor scholen die per 1 augustus 2006 dan wel 1 augustus 2007 voor bekostiging in aanmerking zijn gebracht het leerlingenaantal op 1 oktober 2006 respectievelijk 1 oktober 2007;

    • C = het schoolgewicht van de vestiging op 1 oktober 2008 vermeerderd met de tot schoolgewicht omgerekende middelen die zullen worden toegekend op grond van artikel 28a van het besluit wanneer Stb. 2009, 59 inwerking treedt. De omrekening geschiedt door deze middelen te delen door een bedrag dat wordt bekend gemaakt bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld;

    • D = het leerlingenaantal van de vestiging op 1 oktober 2008.

  • 2. Compensatiebekostiging is een compensatiehoeveelheid vermenigvuldigd met een bedrag.

    De compensatiehoeveelheid wordt vastgesteld op 50% van de laagste waarde van A–C en (A/B–C/D) × D en wordt vervolgens rekenkundig afgerond op een geheel getal. Het bedrag waarmee wordt vermenigvuldigd wordt bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld, bekendgemaakt. Hierin worden ook het moment van betaling en het betaalritme bekendgemaakt.

  • 3. Voor de vaststelling van het leerlingenaantal en schoolgewicht, bedoeld in het eerste lid, voor het bepalen van A en B, geldt ingeval van samenvoeging van scholen per 1 augustus 2006, per 1 augustus 2007, per 1 augustus 2008 of per 1 augustus 2009, het aantal leerlingen van alle bij de samenvoeging betrokken scholen.

Artikel 4. Aanvullende compensatie

  • 1. Scholen die op basis van een of meerdere vestigingen in aanmerking komen voor de compensatie, zoals bedoeld in artikel 3, komen op vestigingsniveau in aanmerking voor aanvullende compensatie indien op vestigingsniveau C+E+F kleiner is dan A+G–H waarbij:

    • A = het schoolgewicht van de vestiging op 1 oktober 2005 en voor scholen die per 1 augustus 2006 dan wel 1 augustus 2007 voor bekostiging in aanmerking zijn gebracht het schoolgewicht op 1 oktober 2006 respectievelijk 1 oktober 2007;

    • C = het schoolgewicht van de vestiging op 1 oktober 2008 vermeerderd met de tot schoolgewicht omgerekende middelen die zullen worden toegekend op grond van artikel 28a van het besluit wanneer Stb. 2009, 59 inwerking treedt;

    • E = de compensatiehoeveelheid op basis van de vestiging zoals bedoeld in artikel 3, tweede lid;

    • F= de tot eenheid schoolgewicht omgerekende middelen van de vestiging die zijn toegekend op grond van artikel 9, derde lid, van de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld en op basis van het aantal leerlingen en het schoolgewicht van de vestiging worden toegerekend aan de vestiging;

    • G = de tot schoolgewicht omgerekende middelen van de vestiging die zijn toegekend op grond artikel 9, derde lid, van de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2006–2007 wordt vastgesteld en op basis van het aantal leerlingen en het schoolgewicht van de vestiging worden toegerekend aan de vestiging;

    • H = een drempel per vestiging uitgedrukt in schoolgewicht die bekend wordt gemaakt bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld.

  • 2. De omrekening onder C, F en G geschiedt door de daar bedoelde middelen te delen door een bedrag dat wordt bekend gemaakt bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld en wordt afgerond op een geheel getal.

  • 3. De aanvullende compensatie bedraagt G-F+E-H rekenkundig afgerond op een geheel getal vermenigvuldigd met het bedrag dat wordt bekend gemaakt bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld.

Artikel 5. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na plaatsing in de Staatscourant en vervalt met ingang van 1 augustus 2010.

Artikel 6. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaststelling van de drempel en de compensatieregeling bij de gewichtenregeling voor het schooljaar 2009–2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

S.A.M. Dijksma.

TOELICHTING

In de nota van toelichting bij het Besluit van 19 mei 2006, houdende wijziging van het Besluit bekostiging WPO in verband met een wijziging van de gewichtenregeling en wijziging van het Besluit bekostiging WEC in verband met een wijziging in de groepsgrootte (Stb. 283) is opgenomen dat een compensatiebekostigingsregeling tot stand kan worden gebracht om negatieve herverdelingseffecten te beperken. Deze regeling is neergelegd in artikel 3. De compensatiebekostiging wordt vastgesteld per vestiging van een school; de omvang ervan wordt vastgesteld door een compensatiehoeveelheid te vermenigvuldigen met een bedrag.

Een school heeft recht op compensatie bij de gewichtenregeling onder twee voorwaarden.

  • 1. Het schoolgewicht op telmoment 1 oktober 2008 moet zijn afgenomen ten opzichte van het schoolgewicht op telmoment 1 oktober 2005, en;

  • 2. Het relatieve schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2008 (het schoolgewicht van 1 oktober 2008 gedeeld door het leerlingaantal van 1 oktober 2008) moet zijn afgenomen ten opzichte van het relatieve schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2005 (het schoolgewicht van 1 oktober 2005 gedeeld door het leerlingaantal van 1 oktober 2005).

De compensatiehoeveelheid bedraagt 50% van het verschil tussen:

  • het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2005, waarbij deze wordt vermenigvuldigd met de relatieve ontwikkeling van het totale leerlingaantal aan de school tussen telmoment 1 oktober 2005 en telmoment 1 oktober 2008, en;

  • het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2008.

De resulterende compensatiehoeveelheid kan daarbij nooit groter zijn dan 50% van de afname van het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2008 ten opzichte van het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2005.

Voor de berekening van de compensatiebekostiging wordt de aldus berekende compensatiehoeveelheid vermenigvuldigd met een bij ministeriële regeling vast te stellen bedrag.

De factor 50% binnen de berekening van de compensatiehoeveelheid hangt samen met de gefaseerde afbouw van de compensatieregeling.

Voor nieuwe scholen die nog niet op 1 oktober 2005 een leerlingtelling hebben gehad, wordt gekeken naar de telling van 1 oktober 2006. Het schoolgewicht op basis van 1 oktober 2008 wordt bepaald inclusief de impulsgelden die op grond van artikel 28a van het besluit zullen worden ontvangen indien Stb. 2009, 59 inwerking treedt. Het impulsbedrag zal ruim € 1300,– bedragen.

Voor wat betreft de prijs van de compensatie: in de prijs worden de personele effecten van het schoolgewicht, de doorwerking in de materiële kosten en de effecten op het budget personeel- en arbeidsmarktbeleid meegenomen en de prijscompensatie wordt toegepast. De prijs wordt in een separate regeling, de regeling waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld, bekend gemaakt. Hierin worden ook het moment van betaling en het betaalritme bekend gemaakt.

Verder worden met deze regeling nog scholen gecompenseerd die ná bijtelling van bovengenoemde compensatieregeling en de schoolspecifieke middelen die zij ontvangen op grond van artikel 9, vierde lid, van de Regeling bekostiging personeel 2009–2010 er op achteruitgaan ten opzichte van het schooljaar 2006–2007 inclusief de voor dat schooljaar toegekende schoolspecifieke middelen. Voorwaarde daarbij is dat zij ten minste achteruitgaan met een hoeveelheid schoolgewicht die wordt vastgesteld bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet. Met uitzondering van het effect van een leerlingdaling wordt de achteruitgang boven die drempel volledig gecompenseerd. De drempel zal uitgedrukt in geld ongeveer € 6.000,– bedragen.

Administratieve lasten

De regeling brengt geen administratieve lasten met zich mee.

Vaste verandermomenten

De regeling treedt niet in werking op een van de vaste inwerkingtredingdata. Omdat voor de vaststelling van de criteria van de regeling de leerling-telling van 1 oktober 2008 beschikbaar moest zijn, is eerdere publicatie niet mogelijk. Een latere inwerkingtreding is ook niet mogelijk, aangezien de regeling van invloed is op de formatievaststelling voor het schooljaar 2009–2010. De berekening daarvan door CFI en informatieverschaffing daarover aan de scholen vindt plaats in het voorjaar. Aangezien deze regeling slechts handelingen vereist van CFI en niet van de scholen, zijn er geen nadelige gevolgen van het niet in werking treden op een van de vaste inwerkingtredingdata. Bovendien is de regeling begunstigend voor de scholen aangezien hiermee een compensatieregeling wordt aangeboden voor de negatieve herverdelingseffecten van de gewichtenregeling, zoals die met ingang van 1 augustus 2006 in werking is getreden.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

S.A.M. Dijksma.

Naar boven