De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Gelet op artikel 123, eerste lid, van
de Wet op het primair onderwijs en artikel II, achtste lid, van het Besluit van
19 mei 2006, houdende wijziging van het Besluit bekostiging WPO in verband met
een wijziging van de gewichtenregeling en wijziging van het Besluit bekostiging
WEC in verband met een wijziging in de groepsgrootte (Stb. 283);
Besluit:
Artikel 1. Definities
In deze regeling wordt verstaan onder:
- wet:
Wet op het primair onderwijs;
- besluit:
Besluit bekostiging WPO;
- gewichtenregeling:
regeling neergelegd in artikel 27 van het besluit;
- schoolgewicht:
schoolgewicht als bedoeld in artikel 27 van besluit.
Artikel 2. Vaststelling percentage drempel gewichtenregeling
Voor het schooljaar 2009–2010 wordt het percentage, bedoeld in
artikel II, achtste lid, van het Besluit van 19 mei 2006, houdende wijziging
van het Besluit bekostiging WPO in verband met een wijziging van de
gewichtenregeling en wijziging van het Besluit bekostiging WEC in verband met
een wijziging in de groepsgrootte (Stb. 283), vastgesteld op 6.
Artikel 3. Compensatie gewichtenregeling
1. Een school ontvangt per vestiging compensatiebekostiging indien
op vestigingsniveau C kleiner is dan A en C/D kleiner is dan A/B waarbij:
A = het schoolgewicht van de vestiging van de school op 1 oktober
2005 en voor scholen die per 1 augustus 2006 dan wel 1 augustus 2007 voor
bekostiging in aanmerking zijn gebracht het schoolgewicht op 1 oktober 2006
respectievelijk 1 oktober 2007;
B = het leerlingenaantal van de vestiging op 1 oktober 2005 en
voor scholen die per 1 augustus 2006 dan wel 1 augustus 2007 voor bekostiging
in aanmerking zijn gebracht het leerlingenaantal op 1 oktober 2006
respectievelijk 1 oktober 2007;
C = het schoolgewicht van de vestiging op 1 oktober 2008
vermeerderd met de tot schoolgewicht omgerekende middelen die zullen worden
toegekend op grond van artikel 28a van het besluit wanneer
Stb. 2009, 59
inwerking treedt. De omrekening geschiedt door deze middelen te delen door een
bedrag dat wordt bekend gemaakt bij de ministeriële regeling op grond van
artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar
2009–2010 wordt vastgesteld;
D = het leerlingenaantal van de vestiging op 1 oktober 2008.
2. Compensatiebekostiging is een compensatiehoeveelheid
vermenigvuldigd met een bedrag.
De compensatiehoeveelheid wordt vastgesteld op 50% van de laagste
waarde van A–C en (A/B–C/D) × D en wordt vervolgens rekenkundig afgerond op een
geheel getal. Het bedrag waarmee wordt vermenigvuldigd wordt bij de
ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele
bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld, bekendgemaakt.
Hierin worden ook het moment van betaling en het betaalritme
bekendgemaakt.
3. Voor de vaststelling van het leerlingenaantal en schoolgewicht,
bedoeld in het eerste lid, voor het bepalen van A en B, geldt ingeval van
samenvoeging van scholen per 1 augustus 2006, per 1 augustus 2007, per
1 augustus 2008 of per 1 augustus 2009, het aantal leerlingen van alle bij de
samenvoeging betrokken scholen.
Artikel 4. Aanvullende compensatie
1. Scholen die op basis van een of meerdere vestigingen in
aanmerking komen voor de compensatie, zoals bedoeld in artikel 3, komen op
vestigingsniveau in aanmerking voor aanvullende compensatie indien op
vestigingsniveau C+E+F kleiner is dan A+G–H waarbij:
A = het schoolgewicht van de vestiging op 1 oktober 2005 en voor
scholen die per 1 augustus 2006 dan wel 1 augustus 2007 voor bekostiging in
aanmerking zijn gebracht het schoolgewicht op 1 oktober 2006 respectievelijk
1 oktober 2007;
C = het schoolgewicht van de vestiging op 1 oktober 2008
vermeerderd met de tot schoolgewicht omgerekende middelen die zullen worden
toegekend op grond van artikel 28a van het besluit wanneer
Stb. 2009, 59
inwerking treedt;
E = de compensatiehoeveelheid op basis van de vestiging zoals
bedoeld in artikel 3, tweede lid;
F= de tot eenheid schoolgewicht omgerekende middelen van de
vestiging die zijn toegekend op grond van artikel 9, derde lid, van de
ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele
bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld en op basis van het
aantal leerlingen en het schoolgewicht van de vestiging worden toegerekend aan
de vestiging;
G = de tot schoolgewicht omgerekende middelen van de vestiging
die zijn toegekend op grond artikel 9, derde lid, van de ministeriële regeling
op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging voor het
schooljaar 2006–2007 wordt vastgesteld en op basis van het aantal leerlingen en
het schoolgewicht van de vestiging worden toegerekend aan de vestiging;
H = een drempel per vestiging uitgedrukt in schoolgewicht die
bekend wordt gemaakt bij de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van
de wet waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt
vastgesteld.
2. De omrekening onder C, F en G geschiedt door de daar bedoelde
middelen te delen door een bedrag dat wordt bekend gemaakt bij de ministeriële
regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de personele bekostiging
voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld en wordt afgerond op een geheel
getal.
3. De aanvullende compensatie bedraagt G-F+E-H rekenkundig afgerond
op een geheel getal vermenigvuldigd met het bedrag dat wordt bekend gemaakt bij
de ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet waarbij de
personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt vastgesteld.
Artikel 5. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na
plaatsing in de Staatscourant en vervalt met ingang van 1 augustus 2010.
Artikel 6. Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaststelling van de
drempel en de compensatieregeling bij de gewichtenregeling voor het schooljaar
2009–2010.
TOELICHTING
In de nota van toelichting bij het Besluit van 19 mei 2006,
houdende wijziging van het Besluit bekostiging WPO in verband met een wijziging
van de gewichtenregeling en wijziging van het Besluit bekostiging WEC in
verband met een wijziging in de groepsgrootte (Stb. 283) is opgenomen dat een
compensatiebekostigingsregeling tot stand kan worden gebracht om negatieve
herverdelingseffecten te beperken. Deze regeling is neergelegd in artikel 3. De
compensatiebekostiging wordt vastgesteld per vestiging van een school; de
omvang ervan wordt vastgesteld door een compensatiehoeveelheid te
vermenigvuldigen met een bedrag.
Een school heeft recht op compensatie bij de gewichtenregeling
onder twee voorwaarden.
1. Het schoolgewicht op telmoment 1 oktober 2008 moet zijn
afgenomen ten opzichte van het schoolgewicht op telmoment 1 oktober 2005,
en;
2. Het relatieve schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2008 (het
schoolgewicht van 1 oktober 2008 gedeeld door het leerlingaantal van 1 oktober
2008) moet zijn afgenomen ten opzichte van het relatieve schoolgewicht van
telmoment 1 oktober 2005 (het schoolgewicht van 1 oktober 2005 gedeeld door het
leerlingaantal van 1 oktober 2005).
De compensatiehoeveelheid bedraagt 50% van het verschil
tussen:
– het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2005, waarbij deze
wordt vermenigvuldigd met de relatieve ontwikkeling van het totale
leerlingaantal aan de school tussen telmoment 1 oktober 2005 en telmoment
1 oktober 2008, en;
– het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2008.
De resulterende compensatiehoeveelheid kan daarbij nooit groter
zijn dan 50% van de afname van het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2008
ten opzichte van het schoolgewicht van telmoment 1 oktober 2005.
Voor de berekening van de compensatiebekostiging wordt de aldus
berekende compensatiehoeveelheid vermenigvuldigd met een bij ministeriële
regeling vast te stellen bedrag.
De factor 50% binnen de berekening van de compensatiehoeveelheid
hangt samen met de gefaseerde afbouw van de compensatieregeling.
Voor nieuwe scholen die nog niet op 1 oktober 2005 een
leerlingtelling hebben gehad, wordt gekeken naar de telling van 1 oktober 2006.
Het schoolgewicht op basis van 1 oktober 2008 wordt bepaald inclusief de
impulsgelden die op grond van artikel 28a van het besluit zullen worden
ontvangen indien Stb. 2009,
59 inwerking treedt. Het impulsbedrag zal ruim € 1300,– bedragen.
Voor wat betreft de prijs van de compensatie: in de prijs worden de
personele effecten van het schoolgewicht, de doorwerking in de materiële kosten
en de effecten op het budget personeel- en arbeidsmarktbeleid meegenomen en de
prijscompensatie wordt toegepast. De prijs wordt in een separate regeling, de
regeling waarbij de personele bekostiging voor het schooljaar 2009–2010 wordt
vastgesteld, bekend gemaakt. Hierin worden ook het moment van betaling en het
betaalritme bekend gemaakt.
Verder worden met deze regeling nog scholen gecompenseerd die ná
bijtelling van bovengenoemde compensatieregeling en de schoolspecifieke
middelen die zij ontvangen op grond van artikel 9, vierde lid, van de Regeling
bekostiging personeel 2009–2010 er op achteruitgaan ten opzichte van het
schooljaar 2006–2007 inclusief de voor dat schooljaar toegekende
schoolspecifieke middelen. Voorwaarde daarbij is dat zij ten minste
achteruitgaan met een hoeveelheid schoolgewicht die wordt vastgesteld bij de
ministeriële regeling op grond van artikel 120 van de wet. Met uitzondering van
het effect van een leerlingdaling wordt de achteruitgang boven die drempel
volledig gecompenseerd. De drempel zal uitgedrukt in geld ongeveer € 6.000,–
bedragen.
Administratieve lasten
De regeling brengt geen administratieve lasten met zich mee.
Vaste verandermomenten
De regeling treedt niet in werking op een van de vaste
inwerkingtredingdata. Omdat voor de vaststelling van de criteria van de
regeling de leerling-telling van 1 oktober 2008 beschikbaar moest zijn, is
eerdere publicatie niet mogelijk. Een latere inwerkingtreding is ook niet
mogelijk, aangezien de regeling van invloed is op de formatievaststelling voor
het schooljaar 2009–2010. De berekening daarvan door CFI en
informatieverschaffing daarover aan de scholen vindt plaats in het voorjaar.
Aangezien deze regeling slechts handelingen vereist van CFI en niet van de
scholen, zijn er geen nadelige gevolgen van het niet in werking treden op een
van de vaste inwerkingtredingdata. Bovendien is de regeling begunstigend voor
de scholen aangezien hiermee een compensatieregeling wordt aangeboden voor de
negatieve herverdelingseffecten van de gewichtenregeling, zoals die met ingang
van 1 augustus 2006 in werking is getreden.
De Staatssecretaris van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
S.A.M. Dijksma.