De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Gelet op de artikelen 24, derde lid, 30, tweede lid, en 67, tweede lid, van de Wet Kinderopvang;
Besluit:
ARTIKEL I. WIJZIGING REGELING WET KINDEROPVANG
Artikel 3 van de Regeling Wet kinderopvang komt te luiden:
Artikel 3. Toeslag
Het vast te stellen bedrag, bedoeld in de artikelen 24, eerste tot en met derde lid, en 30, eerste en tweede lid, van de wet
komt overeen met:
a. 4,5% van de kosten van kinderopvang, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de wet voor een eerste kind dat gebruik maakt van
kinderopvang; of
b. 3,5% van de kosten van kinderopvang, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de wet voor ieder tweede of volgende kind dat gebruik
maakt van kinderopvang.
ARTIKEL II. VERVANGING BIJLAGE
Het bij deze regeling als bijlage behorende model jaarverslag, bedoeld in artikel 12, vierde lid, wordt vervangen door het
model gemeentelijk jaarverslag Wet kinderopvang 2008.
ARTIKEL III. INWERKINGTREDING
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst
en werkt terug tot en met 1 januari 2009.
TOELICHTING
Algemeen
De onderhavige regeling tot wijziging van de Regeling Wet kinderopvang bevat een tweetal wijzigingen. In de eerste plaats
wordt de door de gemeente en het Uitvoeringsinstituut te verstrekken toeslag, bedoeld in de artikelen 24, eerste tot en met
derde lid, en 30, eerste en tweede lid, van de Wet Kinderopvang, verhoogd. In de tweede plaats vindt een actualisering plaats
van het model van het gemeentelijk jaarverslag.
Verhoging toeslag
Met het Besluit houdende wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in de kosten kinderopvang in verband
met een correctie van de percentagetabellen kinderopvangtoeslag (Stb. 2008, 215), is de tegemoetkoming van het Rijk, als percentage van de kosten van kinderopvang, met ingang van 1 januari 2009 naar beneden
bijgesteld.
Dit heeft er onder meer in geresulteerd dat de tegemoetkoming van het Rijk voor de laagste inkomens is vastgesteld op 62,2%
voor het eerste kind, in plaats van op 63,2% in 2008.
Hierdoor is de op grond van artikel 3 van de Regeling Wet kinderopvang vastgestelde toeslag van 3,5% van de kosten voor kinderopvang
voor de ouder, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdelen c, e, f, h of i, of zijn partner als bedoeld in artikel 22, tweede
lid, van de Wet kinderopvang niet langer geheel kostendekkend als het gaat om de opvang van het eerste kind. Het doel van
de toeslag was echter juist het treffen van een kostendekkende voorziening voor alleenstaande ouders of ouders met een uitkering,
die een traject volgen dat gericht is op de arbeidsinschakeling of re-integratie. Dit wordt alsnog bereikt door met de onderhavige
regeling de toeslag voor de kosten van kinderopvang van het eerste kind te verhogen naar 4,5%. De betreffende ouders ondervinden
dan geen financiële drempel als gevolg van kosten voor kinderopvang, die bij het volgen van het traject van arbeidsinschakeling
of re-integratie moeten worden gemaakt.
Met de verhoging van 3,5 naar 4,5% is macro een bedrag van ongeveer € 200.000 gemoeid. Een toevoeging van dit bedrag aan het
Gemeentefonds zou door de verdeelsystematiek niet leiden tot een substantiële bijdrage per gemeente aan de algemene uitkering.
In overleg met de VNG is afgesproken om die reden niet over te gaan tot een extra toevoeging.
Actualisering van het model gemeentelijk jaarverslag
Ten behoeve van het tweedelijnstoezicht door de Inspectie van het Onderwijs stelt het college van burgemeesters en wethouders
op grond van artikel 67 van de Wet kinderopvang jaarlijks een verslag vast van alle werkzaamheden die hij en de toezichthouders
in het kader van de Wet kinderopvang hebben verricht. Om te bereiken dat de tweedelijnstoezichthouder zich kan baseren op
de in het verslag opgenomen gegevens dient het verslag aan gestandaardiseerde eisen te voldoen. Om die reden is een landelijk
model opgesteld. Dit model wordt met de onderhavige wijziging van de Regeling Wet kinderopvang geactualiseerd. Het model is
te raadplegen op www.ocw.nl en www.onderwijsinspectie.nl.
Artikelsgewijs
Artikel I. Wijziging Regeling Wet kinderopvang
Met dit onderdeel wordt de hoogte van de toeslag, waarmee door de gemeente en het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
extra wordt tegemoetgekomen in de kosten van kinderopvang van alleenstaande ouders en ouders in een uitkeringssituatie die
deelnemen aan een traject gericht op arbeidsinschakeling, aangepast. De toeslag wordt verhoogd van 3,5% naar 4.5% van de kosten
van kinderopvang voor het eerste kind, bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet Kinderopvang.
Artikel II. Vervanging bijlage
Met dit onderdeel wordt het bij de Regeling Wet kinderopvang als bijlage gevoegde model jaarverslag vervangen door het model
gemeentelijk verslag Wet kinderopvang 2008. Het gewijzigde model wordt ter inzage gelegd bij het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap en wordt bekend gemaakt op www.ocw.nl en www.onderwijsinspectie.nl.
Artikel III. Inwerkingtreding
De onderhavige regeling heeft terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2009. De verhoging van de toeslag is een begunstigende
bepaling voor de ontvanger van de toeslag. De verslaglegging door gemeenten over het kalenderjaar 2008 dient te gebeuren op
basis van het bij de onderhavige regeling behorende gewijzigde model. Dit nieuwe model is reeds aan gemeenten bekendgemaakt.
Aan de terugwerkende kracht zijn derhalve geen bezwaren verbonden.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
S.A.M. Dijksma.