Met deze wijziging van artikel 2.1, tweede lid, van de Regeling universele dienstverlening en eindgebruikersbelangen wordt
de tariefstructuur van het bereikbaarheidsabonnement vereenvoudigd. Artikel 2.1, tweede lid, regelt de betaalbaarheid van
het bereikbaarheidsabonnement door maximumtarieven vast te stellen voor de gebruiksafhankelijke tarieven.
Voor de inwerkingtreding van deze regeling werden verschillende maximumtarieven gehanteerd voor gesprekken die werden gevoerd
in de piekuren of in de daluren. Daarnaast werd een verschillend tarief gehanteerd voor gesprekken die binnen of buiten het
basistariefgebied werden gevoerd. Met deze regeling vervalt het tariefonderscheid voor gesprekken gevoerd tijdens piek- en
daluren en binnen en buiten het basistariefgebied. De tarieven worden vervangen door één tarief van € 0,132 per minuut met
een starttarief van € 0,057 per gesprek.
Deze vereenvoudiging past in de ontwikkeling dat de tarieven tegenwoordig minder afhankelijk zijn van het gebruik (zogenaamde
‘flat fee’ tarieven). Daarnaast raakt het onderscheid binnen en buiten het basistariefgebied achterhaald. Voor KPN, de huidige
aanbieder van het bereikbaarheidsabonnement, maakt het wat kosten betreft namelijk relatief weinig uit of er binnen of buiten
het basistariefgebied wordt gebeld. Verder wordt met deze vereenvoudiging de tarifering voor de consument transparanter en
duidelijker. Ten slotte brengt de wijziging voor KPN een vereenvoudiging van de interne processystemen met zich mee.
De effecten van deze vereenvoudiging zijn door KPN berekend. Voor KPN zijn deze nieuwe tarieven omzetneutraal. Naar verwachting
zal de wijziging neutraal uitwerken voor 43% van de consumenten met dit abonnement. Circa 37% van de consumenten die veel
binnen het basistariefgebied bellen, gaan vermoedelijk meer betalen. Van de consumenten met het bereikbaarheidsabonnement
gaat ongeveer 20% minder betalen; het betreft vooral consumenten die veel gesprekken voeren buiten het basistariefgebied.
Voor consumenten die relatief meer moeten betalen, geldt dat er goedkopere alternatieven voorhanden zijn in de vorm van een
belabonnement (artikel 2.5, derde lid, onder a, van het Besluit universele dienstverlening en eindgebruikersbelangen) of bellen
met een mobiele telefoon (met abonnement of prepaid).
Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) is in de gelegenheid gesteld een
uitvoerbaarheids- en handhaafbaarheidstoets op de ontwerp-regeling uit te voeren. Bij brief van 25 november 2008, kenmerk
OPTA/ACNB/2009/203524 heeft het college in dit kader een advies uitgebracht. Het college voorziet bij deze wijziging geen
problemen in de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid en is van mening dat de voorgenomen wijziging van de regeling uitvoerbaar
is.