Besluit van de Vice-President van de Raad van State van 1 september 2009, nr. BO/09-01295, tot het verlenen van machtiging aan P-Direkt

De Vice-President van de Raad van State,

Handelend in overeenstemming met het Kabinetsbesluit van 4 juli 2003 tot oprichting van een Shared Service Center HRM voor Personeelsregistratie en Salarisadministratie;

Gelet op artikel 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 80 lid 2 en 81 lid 1 van de Comptabiliteitswet 2001 en artikel 1 van de Instructies voor de Secretaris van de Raad van State (zie Mandaatregeling Raad van State, Stcrt 2004, 173);

Besluit:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. P-Direkt:

de baten-lastendienst, ingesteld bij besluit van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Financiën van 11 februari 2009;

b. machtiging:

de bevoegdheid om in naam van de Vice-President van de Raad van State handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 2

  • 1. De directeur P-Direkt wordt gemachtigd tot het verrichten van feitelijke handelingen die verband houden met de dienstverlening van P-Direkt aan Raad van State. Voor handelingen die niet noodzakelijk zijn voor deze dienstverlening of voor de opzet en werking van P-direct dient de directeur vooraf en schriftelijk toestemming te vragen aan de Vice-President van de Raad van State. Dit behelst nadrukkelijk de verstrekking van gegevens aan anderen dan de Raad van State.

  • 2. Met betrekking tot de Wet bescherming persoonsgegevens:

    • a. De directeur P-Direkt wordt gemachtigd om in het kader van de dienstverlening aan de Raad van State verwerkingen van persoonsgegevens uit te voeren als bewerker in de zin van artikel 1, eerste lid, onder e, van de Wet bescherming persoonsgegevens. De verwerking van persoonsgegevens vindt plaats overeenkomstig het Normenkader Informatiebeveiliging.

      De machtiging wordt geacht te gelden als bewerkersovereenkomst in de zin van artikel 14, tweede lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens.

    • b. De directeur P-Direkt heeft geen machtiging tot uitvoering van artikel 36 van de Wet bescherming persoonsgegevens dan na een besluit van of namens de Vice-President van de Raad van State.

  • 3. Met betrekking tot de Archiefwet 1995 wordt de directeur van P-Direkt gemachtigd:

    • a. om op basis van het daartoe strekkende besluit van de Vice-President van de Raad van State papieren documenten door reproducties te vervangen teneinde de aldus vervangen papieren documenten te vernietigen, overeenkomstig artikel 7 van de Archiefwet 1995;

    • b. om papieren documenten te scannen en de gescande documenten aan het digitale dossier toe te voegen, waarbij de originele papieren documenten worden bewaard totdat vervanging als bedoeld in het derde lid, onder a, is toegestaan;

    • c. om op basis van een daartoe strekkend besluit van of namens de Vice-President van de Raad van State de archiefbescheiden te vernietigen overeenkomstig artikel 3 van de Archiefwet 1995.

Artikel 3

De uitoefening van de machtiging, bedoeld in artikel 2, geschiedt met inachtneming van de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en richtlijnen.

Artikel 4

De directeur P-Direkt kan met betrekking tot zijn bevoegdheden, bedoeld in artikel 2, machtiging verlenen aan één of meer onder hem ressorterende functionarissen.

Artikel 5

  • 1. De machtiging geldt voor de duur van de dienstverlening van P-Direkt aan de Raad van State.

  • 2. De uitoefening van de machtiging vindt plaats vanaf de datum waarop de Raad van State gebruik maakt van de dienstverlening van P-Direkt.

Artikel 6

De machtiging die is verleend aan het Facilitair SalarisCentrum ten behoeve van salarisbetalingen aan ambtenaren van de Raad van State wordt vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit geacht te zijn verleend aan P-Direkt.

Artikel 7

  • 1. Dit besluit zal in de Staatscourant worden gepubliceerd.

  • 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

  • 3. Alle besluiten van voor inwerkingtreding van dit besluit, inhoudende een machtiging aan P-Direkt of zijn rechtsvoorganger tot het verrichten van feitelijke handelingen op het gebied van personeels- en salarisadministratie, worden ingetrokken per datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Den Haag, 1 september 2009

De Vice-President van de Raad van State,

namens deze:

de Secretaris van de Raad van State,

R. van der Brug.

Naar boven