Besluit opsporingsvergunning gebied Peel

16 november 2009

Nr. ET/9204609

De Minister van Economische Zaken,

Procesverloop:

  • DSM Energie (Rijn) B.V. (hierna genoemd DSM) heeft een aanvraag ingediend voor een aanvraag voor een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen, voor een gebied gelegen in de provincies Limburg en Noord-Brabant, met een oppervlakte van 365,2 km2, voor de duur van 6 jaar. Deze aanvraag is ingediend op 27 januari 2009. De aanvraag is concurrerend met de aanvraag voor een opsporingsvergunning waarvoor een uitnodiging tot het indienen van concurrerende aanvragen is gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie van 29 oktober 2008 (2008/C274/06), van welke uitnodiging melding is gemaakt in de Staatscourant van 17 november 2008 (Stcrt. 2008, nr. 643), welke publicaties conform artikel 15, tweede lid, van de Mijnbouwwet gedaan zijn;

  • De eerste aanvrager is Queensland Gas Company Limited (hierna genoemd Queensland). Deze aanvrager heeft per schrijven van 29 mei 2008, ontvangen op 10 juni 2008, een aanvraag om een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen, voor de duur van 5 jaar ingediend, ingevolge artikel 6 van de Mijnbouwwet, voor een gebied gelegen in de provincies Limburg, Noord-Brabant, Gelderland en Overijssel, met een oppervlakte van 6447,5 km2;

  • TNO Bouw en Ondergrond, adviesgroep EZ (hierna genoemd TNO), heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken op 31 maart 2009 advies uitgebracht;

  • Staatstoezicht op de mijnen (hierna genoemd Sodm) heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken op 7 april 2009 advies uitgebracht;

  • De Colleges van Gedeputeerde Staten van de provincies Limburg en Noord-Brabant zijn, op grond van artikel 16 van de Mijnbouwwet, om advies gevraagd. Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Limburg heeft per brief van 11 juni 2009, ontvangen op 12 juni 2009, advies uitgebracht. Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant heeft bericht geen advies te geven;

  • De Mijnraad heeft op 20 mei 2009 advies uitgebracht (kenmerk MIJR/9081018) op grond van artikel 105, derde lid, van de Mijnbouwwet.

Gelet op de artikelen 6, 7, 9, 11, eerste tot en met derde lid, 12, 15, 16, 17 en 105, derde lid, van de Mijnbouwwet, alsmede artikel 1.3.7 van de Mijnbouwregeling;

Besluit:

Artikel 1

Aan DSM Energie (Rijn) B.V. (hierna te noemen de vergunninghouder) wordt een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen verleend.

Artikel 2

De vergunning geldt voor een gebied, genaamd Peel, dat ligt in de provincies Limburg en Noord-Brabant en dat als volgt is begrensd:

  • a. De rechte lijn van het punt A naar het punt B;

  • b. Vervolgens de rechte lijn van het punt B over het punt C tot het snijpunt met de rijksgrens;

  • c. Vervolgens van het onder b genoemde snijpunt met de rijksgrens tot het snijpunt met de lijn van het punt E over het punt D;

  • d. Vervolgens van het onder c laatst genoemde snijpunt met de rechte lijn over het punt D tot het punt E;

  • e. Vervolgens de rechte lijn van het punt E naar het punt A.

    De coördinaten van de vermelde punten zijn:

    Punt

    X

    Y

    A

    186396.00

    378000.00

    B

    202000.00

    378000.00

    C

    206932.00

    366760.00

    D

    200000.00

    345240.00

    E

    189000.00

    373000.00

    Bovenstaande coördinaten zijn weergegeven volgens het stelsel van de Rijksdriehoekmeting (RD) zoals vermeld in Artikel 1.2.2, onder a, van de Mijnbouwregeling (Stcrt. 19-12-2002, nr. 245).

    Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 365,2 km2.

Artikel 3

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 27 januari 2009 ontvangen aanvraag.

Artikel 4

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boring zal worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning wordt ten minste één boring geplaatst.

Artikel 5

De vergunning geldt, vanaf het tijdstip van inwerkingtreding nadat zij onherroepelijk is geworden, gedurende een tijdvak van 4 jaar.

Artikel 6

De vergunning treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken,

namens deze:

MT-lid directie Energiemarkt,

Y. Peters.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (ALP: L/L204), Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven