Besluit mandaat, volmacht en machtiging voorzitter en plaatsvervangend voorzitter Regionaal Beheersteam Noordzeerampen

6 november 2009

Nr. CEND/HDJZ-2009/1231 sector SCH

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 5, eerste lid, 6, eerste lid, en 9 van de Wet bestrijding ongevallen Noordzee;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. De bevoegdheid van de Minister van Verkeer en Waterstaat, voortvloeiend uit de artikelen 5, eerste lid, 6, eerste lid, en 9 van de Wet bestrijding ongevallen Noordzee, wordt gemandateerd aan de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter van het Regionaal Beheersteam Noordzeerampen, vastgesteld bij het Besluit Rampenplan voor de Noordzee 2009.

  • 2. Aan de functionarissen genoemd in het eerste lid, wordt tevens volmacht en machtiging verleend ten aanzien van het bepaalde in het eerste lid.

Artikel 2

  • 1. Documenten die ondertekend worden op grond van dit besluit worden gesteld op briefpapier van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat met het hoofd:

    ‘MINISTERIE VAN VERKEER EN WATERSTAAT’,

    en daaronder de vermelding ‘Rijkswaterstaat’.

  • 2. Een document als bedoeld in het eerste lid, vastgesteld op grond van artikel 1, eerste lid, door de voorzitter van het Regionaal Beheersteam Noordzeerampen, vermeldt aan het slot:

    ‘DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

    namens deze,

    DE VOORZITTER VAN HET REGIONAAL BEHEERSTEAM NOORDZEERAMPEN,’,

    Gevolgd door de handtekening en de naam van de voorzitter.

  • 3. Een document als bedoeld in het eerste lid, vastgesteld op grond van artikel 1, eerste lid, door de plaatsvervangend voorzitter van het Regionaal Beheersteam Noordzeerampen, vermeldt aan het slot:

    ‘DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

    namens deze,

    DE PLV VOORZITTER VAN HET REGIONAAL BEHEERSTEAM NOORDZEERAMPEN,’,

    Gevolgd door de handtekening en de naam van de plaatsvervangend voorzitter.

  • 4. In geval van volmacht of machtiging luidt de ondertekening als volgt:

    ‘NAMENS DE STAAT DER NEDERLANDEN,

    DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

    namens deze,

    DE VOORZITTER’, respectievelijk ‘DE PLV VOORZITTER VAN HET REGIONAAL BEHEERSTEAM NOORDZEERAMPEN.’,

    Gevolgd door de handtekening en de naam van de gevolmachtigde of de gemachtigde functionaris.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag waarop het Besluit Rampenplan voor de Noordzee 2009 in werking treedt.

Dit besluit zal met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa.

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop het in werking is getreden een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, ter attentie van Hoofddirectie Juridische Zaken, sector Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, postbus 20906, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten:

  • a. naam en adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk);

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Naar boven