Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 1 september 2009, nr. WJZ/9149250, tot wijziging van hoofdstuk 9 Veiligheid kleine bedrijven van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 4, 5, eerste lid, 9, eerste en tweede lid, 15, 16, 17, eerste en vierde lid, 19, eerste lid, 25, 44, eerste en tweede lid, 48, eerste lid, en 50, tweede lid, van het Kaderbesluit EZ-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen wordt gewijzigd als volgt:

A

Hoofdstuk 9: Veiligheid kleine bedrijven komt te luiden:

HOOFDSTUK 9: VEILIGHEID KLEINE BEDRIJVEN

Artikel 9.1

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

pilotregeling:

hoofdstuk 9 van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen, zoals dat hoofdstuk luidde op 31 augustus 2009;

veiligheidsadviseur:

een onafhankelijke veiligheidsdeskundige:

  • 1°. die een diploma, certificaat of andere titel heeft behaald in ten minste één van de in bijlage 9.1 opgenomen opleidingen of in een gelijkwaardige opleiding;

  • 2°. die de cursus Adviseur Veiligheid Kleine Bedrijven van het Ministerie van Economische Zaken heeft gevolgd;

  • 3°. die een recente verklaring omtrent gedrag kan overleggen;

  • 4°. die voldoet aan de in bijlage 9.2 opgenomen gedragscode;

  • 5°. waarvan gebleken is dat de door hem gemaakte veiligheidsscans van voldoende kwaliteit zijn;

  • 6°. die tenminste vijf jaren relevante ervaring als veiligheidsadviseur heeft.

veiligheidsmaatregelen:

de in een veiligheidsscan genoemde maatregelen ten behoeve van de preventie van criminaliteit;

veiligheidsscan:

een door een veiligheidsadviseur uitgevoerd onderzoek naar te nemen maatregelen ten behoeve van de preventie van criminaliteit in één of meer vestigingen van een MKB-ondernemer of in de voor de bedrijfsvoering van een MKB-ondernemer relevante bedrijfsmiddelen en waarin in ieder geval wordt ingegaan op de te nemen organisatorische, bouwkundige en elektronische maatregelen en hun onderlinge samenhang.

Artikel 9.2

De minister verstrekt op aanvraag een subsidie aan:

  • a. een MKB-ondernemer als bedoeld in artikel 9.4 van de pilotregeling die een veiligheidsscan als bedoeld in artikel 9.1 van de pilotregeling heeft laten uitvoeren,

  • b. een MKB-ondernemer die vanaf 1 september 2009 een veiligheidsscan heeft laten uitvoeren of

  • c. een MKB-ondernemer die één of meer in de veiligheidsscan opgenomen veiligheidsmaatregelen treft.

Artikel 9.3

De subsidie, bedoeld in artikel 9.2, valt onder de de-minimis verordening.

Artikel 9.4
  • 1. In afwijking van artikel 11, eerste lid, van het Kaderbesluit EZ-subsidies komen voor subsidie in aanmerking de rechtstreeks aan de veiligheidsscan toe te rekenen gemaakte en betaalde kosten van de veiligheidsadviseur.

  • 2. In afwijking van artikel 11, eerste lid, van het Kaderbesluit EZ-subsidies komen voor subsidie in aanmerking de rechtstreeks aan de veiligheidsmaatregelen toe te rekenen gemaakte en betaalde kosten van derden.

  • 3. De kosten van de veiligheidsmaatregelen, bedoeld in het tweede lid, die periodiek terugkerende kosten met zich brengen, niet zijnde onderhoudskosten, komen voor één jaar voor subsidie in aanmerking.

  • 4. Artikel 10, tweede, derde en vijfde lid, van het Kaderbesluit EZ-subsidies zijn niet van toepassing.

Artikel 9.5
  • 1. De subsidie voor het doen uitvoeren van een veiligheidsscan bedraagt de subsidiabele kosten verminderd met € 50, maar niet meer dan € 300.

  • 2. Indien uit de veiligheidsscan blijkt dat de MKB-ondernemer veiligheidsmaatregelen kan treffen bedraagt de subsidie voor de veiligheidsmaatregelen 50 procent van de subsidiabele kosten maar niet meer dan € 10.000 per MKB-ondernemer.

  • 3. Indien de aanvrager niet tevens subsidie vraagt voor de uitvoering van de in de veiligheidsscan opgenomen veiligheidsmaatregelen, wordt de subsidie met betrekking tot de veiligheidsscan vastgesteld zonder voorafgaande beschikking tot subsidieverlening.

Artikel 9.6

De minister verdeelt het subsidieplafond op volgorde van binnenkomst van de aanvragen.

Artikel 9.7
  • 1. De minister beslist afwijzend op een aanvraag:

    • a. voor zover de aanvraag betrekking heeft op een vestiging of de daarbij behorende bedrijfsmiddelen waarvoor reeds eerder subsidie is verstrekt op grond van dit hoofdstuk of de pilotregeling;

    • b. voor zover een veiligheidsmaatregel wettelijk niet is toegestaan;

    • c. indien de MKB-ondernemer geen Kamer van Koophandel-nummer heeft;

    • d. indien de aanvrager een MKB-ondernemer zonder vestigingen is, die meer dan tien fulltime-equivalents werknemers in dienst heeft;

    • e. indien de aanvrager een MKB-ondernemer met minder dan zes vestigingen is en bij één van die vestigingen meer dan tien fulltime-equivalents werknemers in dienst zijn;

    • f. indien de MKB-ondernemer meer dan vijf vestigingen heeft;

    • g. indien de veiligheidsscan niet wordt uitgevoerd of de veiligheidsmaatregelen niet worden getroffen ten behoeve van de bedrijfsuitoefening van de MKB-ondernemer in Nederland;

    • h. voor zover de veiligheidsscan of veiligheidsmaatregelen geen betrekking hebben op de bedrijfsuitoefening van de MKB-ondernemer;

    • i. indien de aanvraag om subsidie voor het treffen van een veiligheidsmaatregel voor een vestiging of een bedrijfsmiddel niet gelijktijdig met een aanvraag om subsidie voor de betrokken veiligheidsscan is ingediend;

    • j. indien een veiligheidsscan op het moment van het indienen van de aanvraag om subsidie, bedoeld in artikel 9.2, ouder is dan zes maanden.

  • 2. De afwijzingsgronden, genoemd in artikel 23, onderdelen b, c, d, e, f en h, van het Kaderbesluit EZ-subsidies zijn niet van toepassing.

Artikel 9.8
  • 1. De subsidie-ontvanger is, tenzij de minister anders heeft beschikt, verplicht binnen zes maanden na de datum van de beschikking tot subsidieverlening de veiligheidsmaatregelen getroffen te hebben indien hem ten behoeve van deze veiligheidsmaatregelen op grond van artikel 9.2 subsidie is verleend.

  • 2. De subsidie-ontvanger laat, voor zover mogelijk, de veiligheidsmaatregelen treffen door een erkend bedrijf of met behulp van een erkend product.

  • 3. De veiligheidsadviseur is niet betrokken bij de verwezenlijking van de in zijn veiligheidsscan opgenomen veiligheidsmaatregelen.

  • 4. De verplichtingen, genoemd in artikel 37, 38, eerste lid, onderdelen b, c en d, 39, 40 en 41, van het Kaderbesluit EZ-subsidies zijn niet van toepassing.

Artikel 9.9

In afwijking van de artikelen 45 tot en met 47 van het Kaderbesluit EZ-subsidies worden door de minister geen voorschotten verstrekt.

Artikel 9.10

Het formulier voor het indienen van een aanvraag voor:

  • a. een subsidie als bedoeld in artikel 9.2 is opgenomen in bijlage 9.3;

  • b. een subsidievaststelling ten aanzien van andere gevallen dan bedoeld in artikel 9.5, derde lid, is opgenomen in bijlage 9.4.

ARTIKEL II

1. Bijlage 9.1 van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen wordt vervangen door de in de bijlage 1 bij deze regeling opgenomen bijlage 9.1.

2. Bijlage 9.2 van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen wordt vervangen door de in de bijlage 2 bij deze regeling opgenomen bijlage 9.2.

3. Aan de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen wordt toegevoegd de in de bijlage 3 bij deze regeling opgenomen bijlage 9.3.

4. Aan de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen wordt toegevoegd de in de bijlage 4 bij deze regeling opgenomen bijlage 9.4.

ARTIKEL III

In de tabel in artikel 1 van de Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2009 wordt na punt 1.10 ingevoegd:

1.11

Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen (Veiligheid kleine bedrijven)

9.2

 

01-09 t/m 31-12

€ 11.500.000

ARTIKEL IV

Op aanvragen om subsidie krachtens hoofdstuk 9 van de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen die vóór de inwerkingtreding van deze regeling zijn ingediend en op subsidies die vóór de inwerkingtreding van deze regeling zijn verstrekt, blijft dat hoofdstuk van toepassing zoals dat onmiddellijk voor dat tijdstip luidde.

ARTIKEL V

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 1 september 2009

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk.

BIJLAGE 1

stcrt-2009-13361-001.png

BIJLAGE 2

stcrt-2009-13361-002.png

BIJLAGE 3

stcrt-2009-13361-003.pngstcrt-2009-13361-004.png

BIJLAGE 4

stcrt-2009-13361-005.pngstcrt-2009-13361-006.png

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Algemeen

Deze regeling wijzigt de Subsidieregeling starten, groeien en overdragen van ondernemingen. Met deze wijziging wordt beoogd de veiligheid bij kleine bedrijven te vergroten. Uit onderzoeken en gesprekken met ondernemers en deskundigen is gebleken dat kleine bedrijven minder preventieve maatregelen nemen tegen criminaliteit dan grotere bedrijven. Achtergrond daarvan is vooral het gebrek aan tijd van de ondernemer om zich te verdiepen in welke maatregelen effectief zijn én onvoldoende financiële middelen. Aangezien criminaliteit een grote kostenpost van kleine bedrijven is, heeft de Staatssecretaris van Economische Zaken (hierna: de staatssecretaris) besloten om het inwinnen van advies over effectieve veiligheidsmaatregelen en het daadwerkelijk nemen van deze veiligheidsmaatregelen financieel te stimuleren.1

Vanaf 1 februari 2009 tot en met 31 augustus 2009 heeft er een pilot plaatsgevonden in de gemeenten Rotterdam, Utrecht, Deventer, in winkelgebieden en bedrijventerreinen met Keurmerk Veilig Ondernemen en bij de leden van CBW-MITEX (winkels voor mode, schoenen en sport). Het doel van de pilot was om de systematiek van de veiligheidsscans en de veiligheidsmaatregelen te testen. Hierbij is gestreefd de administratieve lasten en de uitvoeringskosten zo laag mogelijk te houden. De ervaringen die tijdens deze pilot zijn opgedaan zijn verwerkt in de huidige regeling die voor alle kleine bedrijven in Nederland geldt.

Op grond van deze nieuwe regeling kunnen alle kleine bedrijven met maximaal 10 fte en/of MKB-ondernemers met maximaal vijf vestigingen met alle maximaal 10 fte in Nederland in aanmerking komen voor subsidie.

De drie meest toonaangevende wijzigingen in de landelijke regeling ten opzichte van de pilot zijn:

  • 1. De relatie tussen de subsidiegever en de subsidie ontvanger is in deze versterkt. Alle betalingen lopen nu rechtstreeks tussen de uitvoeringsorganisatie SenterNovem en de subsidieaanvrager. Hiermee is de rol van de veiligheidsadviseur tijdens het landelijke project zakelijker geworden dan ten opzichte van de pilot, tijdens welke de veiligheidsadviseurs direct door SenterNovem uitbetaald werden.

  • 2. Tijdens de pilot zijn veiligheidsadviseurs aangewezen door de verschillende gemeenten, het Hoofdbedrijfschap Detailhandel, CBW-MITEX en MKB-Nederland. In de landelijke regeling moeten veiligheidsadviseurs aan materiële criteria voldoen en kunnen zij zich aanmelden bij SenterNovem. Hierdoor kan de MKB-ondernemer kiezen uit meer mogelijke veiligheidsadviseurs en kan de markt effectiever haar werk doen.

  • 3. Tijdens de pilot konden alleen bedrijven in pilotgebieden subsidie aanvragen. Nu kunnen alle kleine bedrijven in Nederland in aanmerking komen voor subsidie.

Een belangrijk punt dat gehandhaafd blijft is het high-trust gehalte van deze regeling. Tijdens de pilot is gebleken dat de effectiviteit van de regeling mede bepaald is door de soepele voorwaarden, lage administratieve lasten en flexibele mogelijkheden die de MKB-ondernemers de kans gaven om aan de eigen veiligheid te werken. Ook is uit steekproefsgewijze controle gebleken dat ondernemers geen misbruik van de regeling hebben gemaakt.De risico's die hiermee gelopen worden, zijn dus zeer acceptabel in relatie tot de voordelen van relatieve lage administratieve lasten, zowel bij de ondernemer als bij de uitvoeringsorganisatie SenterNovem.

2. Hoofdlijnen van het instrument

MKB-ondernemer

Voorwaarde om in aanmerking te komen voor subsidie op grond van dit hoofdstuk is dat de MKB-ondernemer beschikt over een Kamer van Koophandel nummer, in Nederland gevestigd is en dat de ondernemer niet meer dan 10 fte werknemers in dienst heeft; tenzij de ondernemer meerdere vestigingen heeft, in dat geval mag de ondernemer maximaal vijf vestigingen hebben waarbij in elke vestiging maximaal 10 fte werkzaam is.

Veiligheidsscan

De regeling heeft allereerst tot doel de MKB-ondernemers te ondersteunen bij het bepalen welke veiligheidsmaatregelen voor zijn of haar bedrijf het meest effectief zijn. Hiervoor wordt een veiligheidsscan gesubsidieerd die vanaf 1 september 2009 is uitgevoerd of een veiligheidsscan die aan de eisen van de pilotregeling voldoet. Dit houdt in dat een veiligheidsadviseur bij de ondernemer komt en de werkwijze, de omgeving en de beveiligingsmaatregelen met de ondernemer doorneemt. Op basis daarvan geeft de veiligheidsadviseur een rapport met advies over de maatregelen die getroffen kunnen worden. De eerste € 50 van de kosten van de scan komen voor rekening van de ondernemer. De opvolgende € 300 worden gesubsidieerd. Scankosten boven de € 350 dient de ondernemer zelf te betalen. MKB-ondernemers met meer dan één en minder dan zes vestigingen, kunnen per vestiging één veiligheidsscan gesubsidieerd laten uitvoeren, zolang in geen van de vestigingen meer dan 10 fte werkzaam is.

De veiligheidsadviseur

Alle veiligheidsadviseurs die aan de materiële eisen opgenomen in de definitie in artikel 9.1 voldoen, zijn veiligheidsadviseurs in de zin van deze regeling. Veiligheidsadviseurs zijn personen die een diploma, een certificaat of een andere titel hebben behaald in tenminste één van in de bijlage 9.1 opgenomen opleidingen of in een gelijkwaardige opleiding. In aanvulling op deze opleidingseisen zal het Ministerie van Economische Zaken voorzien in een eendaagse cursus die veiligheidsadviseurs moeten volgen (de cursus Adviseur Veiligheid Kleine Bedrijven). Deze cursus zal zich met name richten op de voor de subsidie relevante aspecten van de veiligheidsscan en het adviseren. Hiermee kan gegarandeerd worden dat de veiligheidsadviseurs op adequate wijze op hun taak zijn berekend. Daarnaast moet de veiligheidsadviseur voldoen aan de in bijlage 9.2 opgenomen gedragscode en deze ondertekend teruggestuurd hebben en een recente verklaring om gedrag kunnen overleggen. Ook moet van een veiligheidsadviseur gebleken zijn dat de door hem gemaakte veiligheidsscans van voldoende kwaliteit zijn. In dit kader zullen op periodieke basis de adviezen van de veiligheidsadviseurs beoordeeld worden door gelijkgezinden (peer review). Deze beoordelingen kunnen aanleiding geven tot een onderzoek naar de kwaliteit van veiligheidsscans. Tenslotte dient een veiligheidsadviseur tenminste vijf jaren relevante werkervaring als veiligheidsadviseur te hebben. Omdat een veiligheidsadviseur zich moet kunnen inleven in hetgeen leeft en speelt bij de ondernemer is praktische ervaring die verder gaat dan louter theoretische kennis een vereiste.

De veiligheidsadviseurs waarvan bekend is dat zij aan deze materiële vereisten voldoen worden vermeld op de site van SenterNovem. Zo kunnen MKB-ondernemers snel en gemakkelijk zien welke veiligheidsadviseurs voor deze regeling in de buurt werkzaam zijn en die voldoen aan de materiële vereisten van de regeling. Het betreft hier een faciliteit voor MKB-ondernemers; plaatsing op de lijst is geen eis die uit de regeling voortvloeit. Een veiligheidsadviseur die niet op de site van SenterNovem vermeld staat maar wel aan de materiële eisen van de regeling voldoet kan met andere woorden een veiligheidsscan uitvoeren die voor subsidiëring in aanmerking kan kom. De lijst van veiligheidsadviseurs op de site van SenterNovem zal gewijzigd kunnen worden. Zo kunnen veiligheidsadviseurs die niet op de lijst staan zich bij SenterNovem aanmelden. Als zij voldoen aan de materiële vereisten van de regeling zullen zij op de lijst opgenomen worden. De kosten die de veiligheidsadviseurs moeten maken om op deze lijst te komen worden overigens beschouwd als nalevingkosten. Ook zal de periodieke beoordeling van de adviezen van de veiligheidsadviseurs door gelijkgezinden (peer review) aanleiding kunnen geven tot een onderzoek van SenterNovem naar de kwaliteit van de veiligheidsscans van de veiligheidsadviseur. Mocht deze onvoldoende zijn, of mocht blijken dat de veiligheidsadviseur zich niet aan de gedragscode houdt, dan zal SenterNovem deze veiligheidsadviseur schrappen uit de lijst van veiligheidsadviseurs.

Veiligheidsmaatregelen

De regeling wil stimuleren dat effectieve veiligheidsmaatregelen worden genomen. Daarom wordt 50 procent van de investeringen in veiligheidsmaatregelen gesubsidieerd tot maximaal € 10.000 per MKB-ondernemer. Voorwaarde is dat de ondernemer eerst een veiligheidsscan heeft laten uitvoeren zoals hierboven beschreven. Preventieve maatregelen die in deze veiligheidsscan zijn opgenomen en waar kosten aan verbonden zijn, komen voor subsidie in aanmerking. De ondernemer moet deze veiligheidsmaatregelen binnen zes maanden na de datum van beschikking tot subsidieverlening nemen. SenterNovem kan als uitvoerder van deze regeling controleren of de veiligheidsmaatregelen daadwerkelijk zijn getroffen.

Veiligheidsmaatregelen die niet in de veiligheidsscan genoemd zijn, worden niet gesubsidieerd. Maatregelen die geen betrekking hebben op de bedrijfsuitoefening van de ondernemer zijn ook niet subsidiabel. Ook maatregelen waarvoor in het kader van deze regeling of de pilotregeling eerder subsidie is verstrekt komen niet in aanmerkingen voor subsidie.

Daarnaast worden alleen kosten aan derden gesubsidieerd. Eigen uren van de ondernemer of van zijn personeelsleden worden niet vergoed. Uiteraard zijn wettelijk niet toegestane maatregelen niet subsidiabel, denk hierbij aan peperspray, een lichtpistool of vuurwapens. Periodieke kosten die geen betrekking hebben op onderhoud worden voor maximaal één jaar vergoed. Denk hierbij bijvoorbeeld aan abonnementskosten of aan een terugkerende bijdrage aan lokale samenwerking voor veiligheid (zolang dit specifiek in de veiligheidsscan wordt genoemd).

3. Uitvoering

Deze regeling is gebaseerd op het Kaderbesluit EZ-subsidies. Het Kaderbesluit EZ-subsidies is gebaseerd op de Kaderwet EZ-subsidies. Dit hoofdstuk wordt namens de staatssecretaris uitgevoerd door SenterNovem.

4. Administratieve lasten

Algemeen

De administratieve lasten die voortvloeien uit dit hoofdstuk zijn in de pilotfase getest. Hieruit blijkt dat de gemiddelde tijd dat een MKB-ondernemer uit moet trekken voor een gesprek met de veiligheidsadviseur een uur is. Daarnaast is gebleken dat de verwachte subsidie voor veiligheidsmaatregelen op gemiddeld € 4000 uitkwam. Dit betekent dat de ondernemer voor gemiddeld € 8000 aan veiligheidsmaatregelen wilde nemen. Tijdens de pilot zijn geen bezwaarschriften ingediend gericht tegen subsidiebeschikkingen. Toewijzingen van subsidie zijn niet aangevochten. Tevens is er – zo bleek uit controles van SenterNovem – nog geen geval van opzettelijke misleiding of frauduleus handelen van een ondernemer naar voren gekomen. Daarmee is het high trust gehalte van de regeling richting de MKB-ondernemer een goede keuze gebleken. Immers de lasten bleven door relatief lage informatieplicht (de kosten kwamen neer op een feitelijke drie uur werk voor de ondernemer) en weinig controles binnen de perken zonder dat de regeling misbruikt is.

De pilot bleek zeer succesvol. Mede hierdoor is het plafond tussentijds opgehoogd van € 3.000.000 naar € 7.500.000. Deze ophoging is niet aan Actal voorgelegd omdat het om een ophoging van het budget gaat met gelijkblijvende informatieverplichtingen.

De administratieve lasten van de pilot, teruggerekend en gebaseerd op werkelijke gegevens, bedroegen € 440.100 na ophoging tot € 7.500.000. Het AL-percentage komt hiermee op 5,39 procent. Dit percentage geldt zowel vóór als ná de ophoging.

In de nieuwe regeling bedragen de administratieve lasten € 496.380 waarbij is uitgegaan van een uurtarief van de ondernemer van € 60. Op een budget van € 11.500.000 geeft dit een AL-percentage van 4,32 procent. De administratieve lasten per subsidieaanvraag komen uit op € 174 per aanvraag. Voor een maximale subsidie van € 10.000 voor veiligheidsmaatregelen en € 300 voor een veiligheidsscan wordt een tijdsinspanning van minder dan drie uur van de ondernemer gevraagd.

Gezien het gemiddelde toegekende subsidiebedrag tijdens de pilot, kunnen voor het dit jaar gestelde budget 3800 bedrijven een veiligheidsscan laten uitvoeren en rond de 2580 bedrijven daadwerkelijk maatregelen treffen.

In de nieuwe regeling zullen de administratieve lasten lager liggen aangezien het zoeken naar informatie en het verkrijgen van uitleg over de werking van de regeling via het internet aangeboden wordt. Daarnaast is het op grond van de landelijke regeling niet meer mogelijk eerst een aanvraag om subsidie voor de veiligheidsscan en daarna een aanvraag om subsidie voor de veiligheidsmaatregelen in te dienen. In de nieuwe regeling is gekozen voor een eenduidig en eenmalig in te vullen aanvraagformulier. In de nieuwe opzet dient de ondernemer in één keer alle door SenterNovem gewenste informatie over te dragen. Hiermee is het aantal mogelijk in te vullen aanvraagformulieren van twee tot één gereduceerd en is de van de ondernemer verwachtte actie helderder geworden.

Het hele proces is vanaf de landelijke uitrol via internet af te handelen. Voor die ondernemers die er prijs op stellen is het mogelijk om per post af te handelen. Deze werkwijze wordt niet aangemoedigd.

De ondernemer wordt geacht zelf kennis te nemen van de regeling. Uit een op internet via SenterNovem beschikbare lijst kan de ondernemer een veiligheidsadviseur uitzoeken die vervolgens bij de ondernemer een scan komt uitvoeren en een veiligheidsscan opstelt. Deze lijst zal de ondernemer de mogelijkheid geven om een selectie te maken zowel op regio als op branche. Hierdoor wordt het zoeken naar een branchegeschikte veiligheidsadviseur die bekend is met de regio voor de ondernemer makkelijker.

De veiligheidsadviseur zal tijdens zijn bezoek aan de ondernemer veel werk zelfstandig doen en door het bedrijf of langs de bedrijfsmiddelen gaan om te zien wat de sterke en de zwakke punten zijn.

Uit de veiligheidsscan komen adviezen naar voren hoe de veiligheid vergroot kan worden. De veiligheidsscan zal door de veiligheidsadviseur worden opgesteld en moet met de ondernemer besproken worden. Wij hechten veel belang aan het moment van kennisoverdracht waarbij de veiligheidsadviseur de ondernemer laat weten waarom welke veiligheidsmaatregelen geadviseerd worden. Voor dit gesprek is een uur ingeruimd. Uit de pilot is gebleken dat dit moment van kennisoverdracht door de ondernemer zeer op prijs werd gesteld. Dit is immers het moment waarop de ondernemer leert wat goed gaat en wat beter kan, zodat de eigen veiligheid en die van de klanten beter gewaarborgd is. Juridisch gezien is het gesprek van kennisoverdracht geen afwijzingsgrond voor de subsidie. De hierin geïnvesteerde tijd is dan ook niet verplicht. Vanuit de overheid en vanuit opgedane ervaringen tijdens de pilot is echter gebleken dat deze tijd kennisvermeerderend werkt en ook door de ondernemers zeer op prijs gesteld wordt.

De ondernemer zal de veiligheidsscan met de verwachtte kosten die aan de veiligheidsmaatregelen ten grondslag liggen naar SenterNovem sturen. Ten behoeve van de controle mogelijkheden door SenterNovem dienen alle veiligheidsscans, digitaal dan wel per post, te worden opgestuurd. Fysieke controles vinden steekproefsgewijs plaats bij 10 procent van de MKB-ondernemers. Tijdens deze controle zal gekeken worden of veiligheidsmaatregelen zijn uitgevoerd. Bij een controle, die 30 minuten zal duren, moet de ondernemer ook zelf aanwezig zijn om waar gewenst toelichting te geven. Van frauduleus handelen is tijdens de pilot niets gebleken. Dit neemt niet weg dat gepaste controle aan te raden blijft.

Aangezien de aanvraag voor beide subsidies (veiligheidsscan en veiligheidsmaatregelen) in één keer ingediend moet worden en veel informatie door SenterNovem elektronisch beschikbaar gesteld wordt, is efficiënt aanvragen en gebruikmaken van de regeling door de ondernemer goed mogelijk.

De werkwijze rond de veiligheidsscan en de aanvraag werkt als volgt. De veiligheidsadviseur vult de veiligheidsscan in en geeft zo nauwkeurig mogelijk de kosten van de te nemen veiligheidsmaatregelen aan. Deze informatie bespreekt de veiligheidsadviseur met de ondernemer. De ondernemer geeft op het aanvraagformulier aan welke van de maatregelen genomen gaan worden, en stuurt de aanvraag met veiligheidsscan naar SenterNovem. Op basis hiervan zal het besluit tot subsidieverlening genomen worden en zal het bedrag voor subsidie geoormerkt worden. Als de veiligheidsmaatregelen getroffen zijn en de ondernemer bonnen kan overleggen van de kosten, wordt de subsidie voor veiligheidsmaatregelen en veiligheidsscan vastgesteld en aan de ondernemer overgemaakt. Tenzij er een steekproefsgewijze controle plaatsvindt. In dat geval zal eerst de controle plaatsvinden voordat de subsidie zal worden vastgesteld en uitbetaald.

High trust

Bij het opstellen van deze regeling is op voorhand uitgegaan van minimale administratieve lasten; dit is mogelijk mede dankzij het high trust beleid. De relatief kleine omvang van de subsidie per MKB-ondernemer rechtvaardigt dit high trust beleid. Daarnaast is tijdens de pilot uit controles door SenterNovem gebleken dat de ondernemers eerlijk gebruik maakten van de regeling.

Wel bleken enige veiligheidsadviseurs zich schuldig te maken aan koppelverkoop. Geadviseerd wordt voor de bouwkundige en elektronische maatregelen alleen offertes van erkende installateurs op te vragen. Dit maakt mogelijke koppelverkoop aanmerkelijk moeilijker.

Controles vinden op verschillende momenten plaats. Ten eerste zullen veiligheidsscans waarvoor subsidie aangevraagd wordt, aan SenterNovem getekend toegestuurd moeten worden. SenterNovem zal deze dan steekproefsgewijs beoordelen. Op deze wijze kan niet alleen de aanvraag en wensen van de ondernemer, maar kan ook de kwaliteit van het geleverde werk door de veiligheidsadviseur beoordeeld worden.

Bij de aanvraag om subsidievaststelling zal de MKB-ondernemer moeten bewijzen welke kosten hij gemaakt en betaald heeft door middel van rekeningen en bonnen. Steekproefsgewijs wordt ook fysieke controle uitgevoerd om te bezien of de veiligheidsmaatregelen daadwerkelijk conform de veiligheidsscan zijn uitgevoerd.

II. Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A
Artikel 9.1

In dit artikel is de term veiligheidsadviseur gedefinieerd. Een veiligheidsadviseur is een veiligheidsdeskundige die een diploma, certificaat of een andere titel heeft behaald in tenminste één van de in bijlage 9.1 opgenomen opleidingen of in een gelijkwaardige opleiding. In aanvulling hierop dient een veiligheidsadviseur de cursus Adviseur Veiligheid Kleine Bedrijven van het Ministerie van Economische Zaken gevolgd hebben. Op deze manier wordt de vakbekwaamheid van de veiligheidsadviseur gewaarborgd. Ook is van belang dat een veiligheidsadviseur een recente verklaring omtrent gedrag kan overleggen. Daarnaast moet de veiligheidsadviseur voldoen aan de in bijlage 9.2 opgenomen gedragscode zodat de veiligheidsadviseur weet waaraan hij hoort te voldoen. De gedragscode geeft aan wat wel en niet tot het takenpakket van de veiligheidsadviseur hoort en al hetgeen strikt verboden is (bijvoorbeeld koppelverkoop of het adviseren van veiligheidsmaatregelen die in strijd met de wet zijn). Ten slotte is een veiligheidsadviseur een veiligheidsdeskundige waarvan gebleken is dat de door hem gemaakte veiligheidsscans van voldoende kwaliteit zijn en die vijf jaren relevante ervaring als veiligheidsadviseur heeft.

Ingevolge artikel 9.1, derde gedachtestreep, worden onder veiligheidsmaatregelen verstaan de in een veiligheidsscan genoemde maatregelen ter preventie van criminaliteit. De term veiligheidsmaatregelen worden in de meest brede zin van het woord geïnterpreteerd. Ook die zaken die ogenschijnlijk niet met veiligheid te maken hebben, maar de veiligheid wel ten goede komen, komen in aanmerking voor subsidie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een pinautomaat.

In de vierde gedachtestreep is bepaald dat een veiligheidsscan een door een veiligheidsadviseur uitgevoerd onderzoek is naar te nemen maatregelen ten behoeve van de preventie van criminaliteit in één of meer vestigingen van een MKB-ondernemer of in de voor de bedrijfsvoering van de MKB-ondernemer relevante bedrijfsmiddelen (zoals een vrachtwagen of bouwkeet). Daarnaast dient in een veiligheidsscan tenminste ingegaan te worden op de te nemen organisatorische, bouwkundige en elektronische maatregelen en hun onderlinge samenhang. Het veiligheidsadvies is niet bindend voor de ondernemer maar is wel leidend bij het al dan niet toekennen van subsidie voor veiligheidsmaatregelen. De ondernemer hoeft niet alle adviezen uit te voeren om subsidie te ontvangen. De ondernemer kan kiezen welke veiligheidsmaatregelen hij wel of niet wil uitvoeren. Maatregelen die niet in veiligheidsscan staan, komen echter nooit voor subsidie in aanmerking. Dit geldt vanzelfsprekend ook voor maatregelen die geen invloed hebben op de preventie van criminaliteit.

Artikel 9.2

Dit artikel bevat, tezamen met de afwijzingsgronden in de artikelen 22 en 23, onderdelen a en g, van het Kaderbesluit EZ-subsidies en artikel 9.7, de criteria voor het verstrekken van subsidie voor een veiligheidsscan of voor het treffen van veiligheidsmaatregelen. De minister verstrekt allereerst subsidie aan een MKB-ondernemer als bedoeld in artikel 9.4 van de pilotregeling die een veiligheidsscan als bedoeld in artikel 9.1 van de pilotregeling, heeft laten uitvoeren. Veiligheidsscans die voldoen aan de vereisten van artikel 9.1 van de pilotregeling en die zijn uitgevoerd voor MKB-ondernemers die voldoen aan de vereisten van artikel 9.4 van de pilotregeling komen met andere woorden voor subsidiëring in aanmerking op grond van de onderhavige regeling. Het gaat hier om veiligheidsscans waarvoor op grond van de pilotregeling geen aanvraag om subsidie is ingediend. Op deze manier kunnen ondernemers die al een veiligheidsscan hebben laten uitvoeren in de pilot, maar nog geen aanvraag hebben ingediend voor subsidie voor de veiligheidsscan of maatregelen, dit alsnog doen. Indien er op grond van de pilotregeling wel een aanvraag om subsidie voor een veiligheidsscan is ingediend zal deze aanvraag, conform het overgangsrecht opgenomen in artikel IV, afgehandeld worden volgens de regels van de pilotregeling.

Ten tweede verstrekt de minister subsidie aan een MKB-ondernemer die vanaf 1 september 2009 een veiligheidsscan heeft laten uitvoeren. Ten slotte is op grond van artikel 9.2 subsidiëring mogelijk van een MKB-ondernemer die één of meer in de veiligheidsscan opgenomen veiligheidsmaatregelen treft.

Artikel 9.3

Dit hoofdstuk biedt de mogelijkheid om binnen de grenzen van de verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-verdrag op de minimissteun (PbEU L 379). Deze verordening staat een subsidie van maximaal € 200.000 in drie aansluitende kalenderjaren toe en € 100.000 indien het gaat om een subsidie aan een ondernemer die in het wegvervoer actief is. Er moet door de aanvrager aangegeven worden in welke mate er in het fiscale jaar van aanvraag alsmede de twee voorgaande fiscale jaren gebruik is gemaakt van steunmaatregelen op de-minimis. Ten behoeve hiervan zal de aanvrager een de-minimisverklaring moeten ondertekenen. De kans dat de doelgroep van deze subsidie boven de de-minimisdrempel uitkomt wordt klein geacht.

Artikel 9.4

In dit artikel is aangegeven welke kosten in aanmerking komen voor de subsidie op grond van artikel 9.5.

Voor de veiligheidsscan bepaalt het eerste lid dat alleen de rechtstreeks aan de veiligheidsscan toe te rekenen gemaakte en betaalde kosten van de veiligheidsadviseur voor subsidie in aanmerking komen.

Ten aanzien van de veiligheidsmaatregelen bepaalt het tweede lid dat de rechtstreeks aan de veiligheidsmaatregelen toe te rekenen gemaakte en betaalde kosten van derden subsidiabel zijn. Met kosten van derden gaat het om externe kosten. Eigen uren van de MKB-ondernemer of uren van medewerkers komen niet voor subsidie in aanmerking.

Op grond van het derde lid komen de veiligheidsmaatregelen die periodiek terugkerende kosten met zich brengen, niet zijnde onderhoudskosten, slechts voor één jaar voor subsidie in aanmerking komen. Hierbij kan gedacht worden aan camera-uitleessystemen en aan maatregelen die de samenwerking tussen ondernemers op lokaal niveau stimuleren en die meerjarige kosten met zich brengen.

Artikel 9.5

In artikel 9.5 is aangegeven hoe de hoogte van de subsidie berekend wordt.

Het eerste lid regelt dat de subsidie voor het doen uitvoeren van een veiligheidsscan de subsidiabele kosten bedraagt verminderd met € 50, maar niet meer dan € 300. De eerste € 50 van de kosten van de veiligheidsscan zullen door de ondernemer zelf gedekt moeten worden. Voor de kosten daarboven, tot een maximum van € 300 kan subsidie van de minister verkregen worden. Alle kosten boven de € 350 zijn voor rekening van de ondernemer. Indien de ondernemer meerdere vestigingen heeft, maar niet meer dan zes, kan de ondernemer subsidie ontvangen voor één veiligheidsscan per vestiging. In totaal is het mogelijk dat een ondernemer maximaal vijf keer subsidie kan ontvangen voor een veiligheidsscan maar nooit meer dan één keer per vestiging (zie in dit verband artikel 9.7, eerste lid, onderdeel a). Ingevolge het tweede lid bedraagt de subsidie voor de veiligheidsmaatregelen 50 procent van de subsidiabele kosten maar niet meer dan € 10.000 per MKB-ondernemer. Er wordt alleen subsidie verstrekt voor veiligheidsmaatregelen uit de veiligheidsscan. Ook ondernemers met meerdere vestigingen kunnen in het totaal maximaal € 10.000 subsidie ontvangen. Het is dus niet als bij de veiligheidsscan zo dat per vestiging € 10.000 subsidie verkregen kan worden. De subsidie voor te nemen veiligheidsmaatregelen is dus aan de ondernemer gebonden, en niet aan de vestiging.

Het derde lid regelt ten slotte dat als de aanvrager alleen een subsidie aanvraagt voor de veiligheidsscan en geen subsidie aanvraagt voor de uitvoering van de in deze veiligheidsscan opgenomen veiligheidsmaatregelen, de subsidie voor de veiligheidsscan wordt vastgesteld zonder dat de ondernemer hiervoor eerst een beschikking tot subsidieverlening ontvangt. Als een MKB-ondernemer subsidie aanvraagt voor zowel een veiligheidsscan als veiligheidsmaatregelen zal hij de subsidie voor de veiligheidsscan en veiligheidsmaatregelen ontvangen op het moment van subsidievaststelling, dus na het nemen van de veiligheidsmaatregelen.

Artikel 9.6

In dit artikel is bepaald dat op grond van dit hoofdstuk het subsidieplafond wordt verdeeld volgens de systematiek ‘wie het eerst komt, eerst maalt’.

Artikel 9.7

Dit artikel bevat in aanvulling op de afwijzingsgronden in de artikelen 22 en 23, onderdelen a en g, van het Kaderbesluit EZ-subsidies een aantal afwijzingsgronden.

Het eerste lid, onderdeel a, regelt dat de minister afwijzend beslist op een aanvraag voor zover de aanvraag betrekking heeft op een vestiging of de daarbij behorende bedrijfsmiddelen waarvoor reeds eerder subsidie is verstrekt op grond van dit hoofdstuk of de pilotregeling. De MKB-ondernemer kan kortom niet twee keer subsidie krijgen voor een veiligheidsscan of de daaruit volgende veiligheidsmaatregelen met betrekking tot een vestiging of bedrijfsmiddel. Dit geldt ook voor ondernemers die tijdens de pilotfase subsidie hebben ontvangen. Als een ondernemer meerdere vestigingen heeft, waarbij hij maar voor een deel subsidie heeft ontvangen op grond van de pilotregeling of dit hoofdstuk dan kan de ondernemer voor de andere vestigingen wel alsnog subsidie aanvragen voor een veiligheidsscan en veiligheidsmaatregelen, maar in totaal niet meer dan € 10.000 subsidie voor de veiligheidsmaatregelen.

In onderdeel b is bepaald dat er geen maatregelen worden gesubsidieerd die wettelijk niet toegestaan zijn, bijvoorbeeld peperspray of een alarmpistool.

De afwijzingsgronden opgenomen in de onderdelen d tot en met f zijn opgenomen om te garanderen dat alleen kleine bedrijven subsidie op grond van dit hoofdstuk kunnen ontvangen. Het doel van de regeling is namelijk conform het verzoek van de Tweede Kamer om de veiligheid van kleine MKB-ondernemers te vergroten. Een aanvraag van een MKB-ondernemer zonder vestigingen maar met meer dan 10 fte werknemers in dienst zal worden afgewezen. Een MKB-ondernemer met minder dan zes vestigingen en waarvan bij één van die vestigingen meer dan tien fte werknemers in dienst zijn zal eveneens niet voor subsidie in aanmerking komen. Ook een aanvraag van een MKB-ondernemer met meer dan vijf vestigingen zal afgewezen worden. Onder de term vestiging wordt niet alleen de hoofdvestiging van een MKB-ondernemer verstaan maar ook de filialen. Aanvragen om subsidie van grootwinkelbedrijven of grote ondernemers zullen kortom op grond van deze regeling niet gehonoreerd worden.

Onderdeel g regelt dat de minister afwijzend beslist indien de veiligheidsscan niet wordt uitgevoerd of de veiligheidsmaatregelen niet worden getroffen ten behoeve van de bedrijfsuitoefening van de MKB-ondernemer in Nederland.

Ingevolge onderdeel h beslist de minister afwijzend op een aanvraag voor zover de veiligheidsscan of veiligheidsmaatregelen geen betrekking hebben op de bedrijfsuitoefening van de MKB-ondernemer. Zo wordt bijvoorbeeld een woonhuis, of een caravan met louter een recreatief karakter niet beschouwd als een vestiging of bedrijfsmiddel dat voor de bedrijfsuitoefening van belang is.

Met de afwijzingsgrond in onderdeel i wordt bereikt dat de MKB-ondernemer tegelijkertijd de subsidie voor de veiligheidsscan en de subsidie voor het treffen van veiligheidsmaatregelen moet aanvragen. Dit stimuleert dat de ondernemer snel nadenkt over het veiligheidsscan en de hieruit voortvloeiende maatregelen.

Onderdeel j bewerkstelligt ten slotte dat veiligheidsscans maximaal zes maanden oud mogen zijn op het moment van het indienen van de aanvraag om subsidie. Dit betekent dat een MKB-ondernemer binnen zes maanden na dagtekening van de veiligheidsscan een aanvraag om subsidie ingediend moet hebben om voor subsidie in aanmerking te komen. De veiligheidsscan moet namelijk actueel genoeg zijn. Daarnaast worden ondernemers gestimuleerd om snel maatregelen uit te voeren. Elke dag later is een gemiste kans.

Artikel 9.8

In artikel 9.8, eerste lid, is bepaald dat de subsidie-ontvanger verplicht is binnen zes maanden na de datum van de beschikking tot subsidieverlening de veiligheidsmaatregelen getroffen te hebben, tenzij de minister anders heeft beschikt. De MKB-ondernemer moet enerzijds in de gelegenheid gesteld worden om de veiligheidsmaatregelen te nemen, anderzijds door enige tijdsdruk aangespoord worden de geadviseerde veiligheidsmaatregelen daadwerkelijk te nemen om snel de veiligheid te vergroten. De minister kan bij de beschikking tot subsidieverlening of op verzoek van de MKB-ondernemer nadien besluiten een andere termijn aan te houden. Hiervan zal slechts eenmalig en alleen in bijzondere omstandigheden gebruik worden gemaakt, bijvoorbeeld als er gewacht moet worden op een bouwvergunning voordat maatregelen kunnen worden genomen. Ook zal de termijn van zes maanden met maximaal zes maanden verlengd kunnen worden. Op grond van artikel 50 van het Kaderbesluit EZ-subsidies zal de MKB-ondernemer zijn aanvraag om subsidievaststelling moeten indienen in uiterlijk dertien weken na het tijdstip waarop de veiligheidsmaatregelen moeten zijn voltooid, dat wil zeggen dertien weken na zes maanden na de datum van de beschikking tot subsidieverlening.

Ten gevolge van het tweede lid zullen de veiligheidsmaatregelen, voor zover mogelijk, getroffen moeten worden door erkende bedrijven of met behulp van een erkend product. Dit geldt momenteel in feite alleen voor installatiebedrijven en eventueel ook voor leveranciers van elektronische apparatuur. Bij organisatorische maatregelen worden de meeste maatregelen geleverd door leveranciers die (nog) niet erkend zijn, omdat in deze sector centrale erkenning nog niet breed is doorgevoerd. Mocht op termijn dit wel gebeuren, zal ook hier gelet worden op het feit of leverende bedrijven zich erkend mogen noemen.

Op grond van het derde lid rust op de MKB-ondernemer de verplichting ervoor te zorgen dat de veiligheidsadviseur niet betrokken is bij de verwezenlijking van de zijn veiligheidsscan opgenomen veiligheidsmaatregelen. De reden hiervan is dat de veiligheidsadviseur geen eigen belang mag hebben bij welke maatregelen hij adviseert. Een veiligheidsscan mag geen verkapte offerte zijn, omdat dan niet gegarandeerd kan worden dat alleen het belang van de ondernemer wordt gediend met het advies.

Artikel 9.9

Ten behoeve van de veiligheidsscan en de veiligheidsmaatregelen worden op grond van dit artikel geen voorschotten verstrekt. In het kader van het high trust beleid en om de administratieve lasten van de ondernemer minimaal te houden worden betaalbewijzen van de uitgevoerde veiligheidsmaatregelen naar SenterNovem opgestuurd en wordt alleen steekproefsgewijs op locatie gecontroleerd of de veiligheidsmaatregelen daadwerkelijk zijn getroffen. Gezien deze beperkte controle kan het op voorhand geld verstrekken echter te makkelijk tot misbruik leiden. Gelet hierop is ervoor gekozen geen voorschotten te verstrekken.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk.


XNoot
1

Zie voor de voorgeschiedenis de brief van de staatssecretaris van 5 juni 2008, Kamerstukken II 2007/08, 28 684 en 31 200, nr. 151, en het amendement Ten Hoopen (Kamerstukken II 2007/08, 31 200 XIII, nr. 36).

Naar boven