Winningsvergunning K1b/ K2a

19 juni 2009

Nr. ET/EM / 9101868

De Minister van Economische Zaken,

Procesverloop:

  • Total E&P Nederland B.V., Goal Olie- en Gasexploratie B.V. (thans Total Gas Nederland B.V.) en Rosewood Exploration Ltd. (hierna genoemd Total c.s.) is houder van de winningsvergunning voor een deel van het blok K2, welk blok is aangegeven op de als bijlage 3 bij de Mijnbouwregeling gevoegde kaart, te weten K2c, overeenkomstig het besluit van 20 januari 2004, nr. ME/EP/UM/4001420 (Stcrt. 2004, nr. 16);

  • Total c.s. is houder van de winningsvergunning voor een deel van het blok K5, te weten K5b, overeenkomstig het besluit van 16 oktober 1996, nr. E/EOG/MW/96036578 (Stcrt. 1996, nr. 207), laatstelijk gewijzigd bij mijn besluit van 23 december 2003, nr. ME/EP/UM/3075747 (Stcrt. 2004, nr. 3);

  • Total E&P Nederland B.V., Goal Olie- en Gasexploratie B.V. (thans Total Gas Nederland B.V.) en Rosewood Exploration Ltd., hierna genoemd aanvrager heeft op 12 november 2008, ingekomen op dezelfde datum, op basis van artikel 10 van de Mijnbouwwet een aanvraag ingediend voor een winningsvergunning voor de blokdelen K2a en K1b;

  • Staatstoezicht op de mijnen (hierna genoemd Sodm), TNO Bouw en Ondergrond, AGE (hierna genoemd TNO) en Energie Beheer Nederland B.V. (hierna genoemd EBN) hebben op verzoek van de Minister bij brieven ontvangen op 26 maart 2009 en 1 april 2009 advies uitgebracht;

  • De Mijnraad heeft per brief van 20 mei 2009 op basis van artikel 105, derde lid, van de Mijnbouwwet advies uitgebracht (kenmerk MIJR/ 9081028).

Overwegingen:

  • Voor het gebied waarvoor de winningsvergunning wordt aangevraagd, geldt niet een door een ander gehouden opsporings- of winningsvergunning voor koolwaterstoffen. Hiermee is voldaan aan artikel 7, eerste lid, van de Mijnbouwwet;

  • Voor het gebied waarvoor de winningsvergunning wordt aangevraagd, geldt niet een door een ander gehouden opslagvergunning. Hiermee is voldaan aan artikel 7, tweede lid, van de Mijnbouwwet;

  • Gelet op het advies van EBN is het aannemelijk dat de delfstoffen binnen het gebied waarvoor de vergunning zal gelden economisch winbaar zijn. Hiermee is voldaan aan artikel 8 van de Mijnbouwwet;

  • Gelet op de adviezen van Sodm en TNO geven de technische mogelijkheden van Total c.s., noch de wijze waarop zij voornemens is de winningsactiviteiten te verrichten, noch een gebrek aan efficiëntie en verantwoordelijkheidszin bij opsporingsactiviteiten aanleiding de gevraagde vergunning te weigeren. Hiermee is voldaan aan het vereiste van artikel 9, eerste lid, onder a tot en met c van de Mijnbouwwet;

  • Uit het advies van EBN blijkt dat de financiële mogelijkheden van de aanvrager zodanig zijn dat voldoende verzekerd is dat deze zal kunnen voldoen aan de verplichtingen genoemd in de artikelen 46, 47 en 102 van de Mijnbouwwet. Hiermee is voldaan aan artikel 9, tweede lid, van de Mijnbouwwet;

  • Total c.s. is reeds vergunninghouder van de winningsvergunningen K2c en K5b. De Mijnraad onderschrijft dat er in de adviezen van TNO en EBN voldoende aanwijzingen zijn dat in het aangevraagde gebied een voorkomen van aardgas ligt dat overloopt vanuit blok K4 en blokdeel K5b;

  • TNO en EBN hebben zorgvuldig gekeken naar de ondergrond en het productiemodel. Op basis hiervan is het aannemelijk dat staatsdeelneming voor de staat gunstig is, en dat het niet gewenst is om niet van staatsdeelneming af te zien. De financiële risico’s zijn voor de staat beperkt;

  • Gelet op de door de aanvrager voorziene periode van winning, is een tijdvak tot en met 6 november 2021 voldoende om de in de aanvraag voorziene activiteiten uit te voeren;

  • De Mijnraad adviseert de Minister van Economische Zaken onderhavige aanvraag om een winningsvergunning aan Total c.s. te verlenen en voor de duur van de vergunning aan te sluiten bij de looptijd van de vergunningen K5b en K2c;

  • Gelet op de Mijnbouwwet, de aanvraag en de uitgebrachte adviezen kan verlening van de vergunning aan Total c.s. plaatsvinden.

Gelet op de artikelen 6, 8, 9, 10, 11, eerste tot en met vierde lid, 17 en 93 van de Mijnbouwwet, alsmede op de artikelen 1.3.6 en 1.3.7 van de Mijnbouwregeling;

Besluit:

Artikel 1

Aan de aanvrager wordt een winningsvergunning voor koolwaterstoffen verleend.

Artikel 2

De vergunning geldt voor een deel van het blok K1(hierna genoemd K1b) en een deel van het blok K2 (hierna genoemd K2a).

Het blokdeel K1b wordt begrensd door de breedtecirkels tussen de puntenparen A-B en E-F en door de lengtecirkels tussen de punten A-F en B-E.

De oppervlakte van blokdeel K1b bedraagt 49.5 km2.

Het blokdeel K2a wordt begrensd door de breedtecirkels tussen de puntenparen B-C en D-E en door de lengtecirkel tussen de punten B en E en door de grootcirkel tussen de punten C en D.

De oppervlakte van blokdeel K2a bedraagt 25.0 km2.

De eerder genoemde punten zijn als volgt gedefinieerd:

A 53° 53' 28,7" NB en 03° 13' 00,0" OL

B 53° 53' 28,7" NB en 03° 20' 00,0" OL

C 53° 53' 28,7" NB en 03° 21' 39,1" OL

D 53° 50' 00,0" NB en 03° 25' 25,0" OL

E 53° 50' 00,0" NB en 03° 20' 00,0" OL

F 53° 50' 00,0" NB en 03° 13' 00,0" OL

De ligging van de bovengenoemde punten is uitgedrukt in geografische coördinaten berekend volgend het stelsel van de Europese vereffening.

De totale oppervlakte bedraagt 74,5 km2.

Artikel 3

De vergunning geldt, vanaf het tijdstip van inwerkingtreding, gedurende een tijdvak van 13 jaar, nadat zij onherroepelijk is geworden.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken,

namens deze:

Y. Peters,

MT-lid directie Energiemarkt.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (ALP: L/L204), Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven