Regeling houdende aanwijzing van de richtlijn, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit

12 november 2008

Nr. CEND/HDJZ-2008/1498 sector I&O

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 2, tweede lid, van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit;

Besluit:

Artikel 1

Als richtlijn bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit is aangewezen richtlijn nr. 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen (PbEU L 187), zoals deze is gewijzigd bij richtlijn nr. 2006/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 (PbEU L 157).

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings.

TOELICHTING

Krachtens artikel 2, tweede lid, van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit wordt bij de toepassing van die wet de bij regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat aangewezen EG-richtlijn in acht genomen. De onderhavige regeling wijst daarvoor EG-richtlijn nr. 1999/62/EG, zoals gewijzigd bij EG-richtlijn nr. 2006/38/EG, aan.

In de memorie van toelichting1 bij de Wet van 24 oktober 2008 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard alsmede wijziging van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit, de Binnenschepenwet en de Wet wegvervoer goederen op enkele technische punten2 is reeds aangegeven dat bij de toepassing van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit de hierboven genoemde richtlijn in acht genomen moet worden. Het betreft hier een wetstechnisch noodzakelijke aanwijzing.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings.


XNoot
1

Kamerstukken II 2007/08, 31 340, nr. 3, p. 8.

Naar boven