Beleidsregel advisering toelating vreemdelingen als zelfstandig ondernemer in Nederland

Beleidsregel van de Minister van Economische Zaken van 21 november 2007, nr. WJZ 7137963, houdende een puntensysteem voor de advisering over de toelating van vreemdelingen als zelfstandig ondernemer in Nederland (Beleidsregels advisering toelating vreemdelingen als zelfstandig ondernemer in Nederland)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 3.30, eerste lid, onderdeel a, van het Vreemdelingenbesluit 2000 en artikel B5/7.7 van de Vreemdelingencirculaire;

Besluit:

Artikel 1

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

a. Minister: de Minister van Economische Zaken;

b. IND: de Immigratie en Naturalisatie Dienst;

c. zelfstandig ondernemer: een natuurlijk persoon die zelfstandig een beroep of een bedrijf uitoefent;

d. advies: het advies van de Minister van Economische Zaken aan de IND in verband met de toelating van een vreemdeling tot het verblijf in Nederland als zelfstandig ondernemer;

e. puntensysteem: een systeem om te kunnen bepalen of de vreemdeling een wezenlijke bijdrage levert aan de Nederlandse economie door op basis van het ondernemingsplan en andere stukken punten toe te kennen voor de criteria:

1°. persoonlijke ervaring;

2°. onderbouwing van de economische activiteiten en

3°. de toegevoegde waarde van de economische activiteiten voor de Nederlandse economie.

Artikel 2

1. De Minister brengt aan de IND advies uit over de toelating van een vreemdeling tot het verblijf in Nederland als zelfstandig ondernemer op basis van de uitkomst van het puntensysteem dat is toegepast op het bij de adviesaanvraag van de IND overgelegde ondernemingsplan en andere stukken.

2. Voor een positief advies dient voor elk criterium, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, een minimum aantal punten van 30 te worden gescoord.

3. Het maximum aantal punten dat kan worden gescoord bedraagt 300.

Artikel 3

1. Met betrekking tot het criterium, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, onder 1°, kunnen de punten worden gescoord overeenkomstig de tabel die is opgenomen in de bij deze beleidsregel behorende bijlage 1.

2. Het maximum aantal punten dat op grond van het eerste lid kan worden gescoord bedraagt 100.

Artikel 4

1. Met betrekking tot het criterium, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, onder 2°, kunnen de punten worden gescoord overeenkomstig de tabel die is opgenomen in de bij deze beleidsregel behorende bijlage 2.

2. Het maximum aantal punten dat op grond van het eerste lid kan worden gescoord bedraagt 100.

Artikel 5

1. Met betrekking tot het criterium, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, onder 3°, kunnen de punten worden gescoord overeenkomstig de tabel die is opgenomen in de bij deze beleidsregel behorende bijlage 3.

2. Het maximum aantal punten dat op grond van het eerste lid kan worden gescoord bedraagt 100.

Artikel 6

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 7

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel advisering toelating vreemdelingen als zelfstandig ondernemer in Nederland.

Den Haag, 21 november 2007.
De Minister van Economische Zaken, M.J.A. van der Hoeven.

Bijlage 1 behorend bij artikel 3

Criterium Persoonlijke ervaring

 

Subonderdelen

Punten

 

Te overleggen stukken

Opleiding

– PhD (Doctor)

30

1. diploma

(max. 30 punten)

– Technische Studies

(master of science)

  
 

Master (bijv MBA)

25

 
 

– Bachelor (Hoge-School etc.)

20

 
 

– MBO

10

 
    

Ondernemerschapservaring

(max. 35 punten)

0 tot 35 punten

Positieve indicatoren:

 

Indien sprake is van een onderneming in moeder-

 

– oprichter/eigenaar onderneming

35

land:

2. akte van oprichting

 

– lid directie onderneming

25

3. statuten onderneming

    

Werkervaring

Bachelor/academisch

 

4. referentie voormalige

(max. 10 punten)

0–2 jaar

1

werkgever(s)

 

2–5 jaar

3

5. Arbeidscontract(en)

 

> 5 jaar

6

 
 

Seniorniveau

  
 

0–2 jaar

3

 
 

2–5 jaar

6

 
 

> 5 jaar

9

 
 

Specialistische functie

  
 

0–2 jaar

5

 
 

2–5 jaar

7

 
 

> 5 jaar

10

 
    

Inkomen

(max. 10 punten)

Bruto inkomen over 12 maanden vooraf gaand aan aanvraag:

 

6. aanslag belastingen

7. loonstroken

8. jaaropgaaf

 

vanaf € 12.000

5

 

vanaf € 25.000

7

 
 

vanaf € 45.000

10

 
    

Ervaring met Nederland

(max. 15 punten)

0 tot 15 punten

Positieve indicatoren:

 

10. referenties Nederlandse partners/contacten

 

– referenties potentiële klanten of opdrachtgevers

 

11. omzetgevens NL-markt

12. getuigschriften Nederlandse

opleiding (diploma, promotie)

 

– referenties Nederlandse (handels) partners

 
 

– in Nederland gevolgde opleiding of afgerond proefschrift

 

Bijlage 2 behorend bij artikel 4

Criterium Ondernemingsplan

    

Subonderdelen

Punten

 

Te overleggen stukken

Marktpotentie

(max. 30 punten)

Marktanalyse:

– marktonderzoek

– potentiële klanten

– concurrenten

– toetredingsbarrières

10

13. volledig ondernemingsplan

(14. eventueel aangevuld met onderliggend onderzoek/analyses)

   
 

– samenwerking

  
 

– risico’s

  
 

Product/dienst:

15

 
 

– kenmerken

  
 

– toepassing

  
 

– behoefte

  
 

– unique selling points

  
 

– marketing/promotie

  
 

Prijs:

5

 
 

Duidelijke prijsopbouw met alle kosten daarin verdisconteerd

  
    

Organisatie

0 tot 10 punten

 

Zie ondernemingsplan

(max. 10 punten)

Beoordeling of voorgestelde structuur, competenties, kennis en vaardigheden passend zijn voor product of dienst

  
    

Financiering

(max. 50 punten)

Solvabiliteit (verhouding eigen vermogen)

 

Zie ondernemingsplan

 

Totaal vermogen)

  
 

20% – 35%

5

 
 

35% – 50%

10

 
 

50% – >

15

 
 

Omzet

  
 

tot € 75.000

5

 
 

tot € 125.000

10

 
 

tot € 500.000

15

 
 

hoger

25

 
 

Liquiditeitsprognose (gunstige verwachting gedurende):

  
 

het eerste jaar

5

 
 

de eerste 2 jaren

8

 
 

de eerste 3 jaren

10

 

Bijlage 3 behorend bij artikel 5

Criterium Toegevoegde waarde voor Nederland

    

Subonderdelen

Punten

 

Te overleggen stukken

Innovativiteit

0 tot 20 punten

 

Zie ondernemingsplan

(max. 20 punten)

2 criteria:

 

(15. eventueel aangevuld met referenties van kennisinstellingen en of marktpartijen/bedrijven)

 

– is product/dienst nieuw voor Nederlandse markt?

10

 

– is sprake van nieuwe technologie bij productie, distributie, marketing?

10

 

– octrooi

20

    

Arbeidscreatie

Aantal arbeidsplaatsen (excl.

 

Zie ondernemingsplan

(max. 40 punten)

Aanvrager):

 

(16. eventueel aangevuld met referenties, contacten met arbeidsmarktinstellingen)

 

0,5 – 2 fte

10

 

2 – 5 fte

20

 

5 – 10 fte

30

 

> 10 fte

40

    
 

Bij hoogwaardige arbeidsplaatsen

  
 

(> € 45.000):

  
 

1 – 3 fte

20

 
 

3 – 6 fte

30

 
 

> 6 fte

40

 
    

Investeringen

(max. 40 punten)

Materiële en immateriële vaste activa:

 

Zie ondernemingsplan

(17. eventueel aangevuld met referenties, contacten met financiële instellingen)

 

€ 0 – 50.000

10

 

€ 50.000 – 100.000

20

 

€ 100.000 – 1 milj.

30

 

€ 1 milj. en meer

40

 

Toelichting

1. Doel en aanleiding

In deze beleidsregel wordt een vaste gedragslijn neergelegd die de Minister van Economische Zaken hanteert bij de advisering aan de IND ten aanzien van verzoeken van vreemdelingen om te worden toegelaten als zelfstandig ondernemer. Het gaat daarbij om een advies dat de Minister van Economische Zaken geeft in het kader van de behandeling van de aanvraag om een verblijfsvergunning op grond van artikel 3.30 van het Vreemdelingenbesluit 2000. De IND gebruikt dit advies om namens de Minister van Justitie te kunnen beoordelen of de arbeid die de vreemdeling zelfstandig verricht of gaat verrichten een wezenlijk Nederlands economisch belang dient.

Concurreren in de huidige, globaliserende wereldeconomie vraagt steeds meer inzet van hoogwaardige, vernieuwende kennis. De als gevolg daarvan mondiaal sterk stijgende vraag naar deze schaarse kennis, belichaamd in kenniswerkers, is ook in ons land waar te nemen. Ook kenniswerkers van buiten de Europese Unie (of uit landen die met de Europese Unie zijn geassocieerd) die in Nederland komen werken of zelfstandig ondernemen kunnen die kennis leveren. Met het oog hierop neemt het kabinet maatregelen die het toelaten en het verlengen van het verblijf van deze kenniswerkers dienen te versnellen en te vergemakkelijken. Om hooggekwalificeerde kenniswerkers aan te trekken die een hoogwaardige kennisbijdrage aan de Nederlandse economie kunnen leveren in de vorm van zelfstandig ondernemerschap, is van belang dat het huidige toelatingssysteem dient te worden aangepast zodat het voldoet aan de eisen en de keuzen van een moderne, door kennis gedreven economie.

2. De gedragslijn

Er is een speciaal puntensysteem ontwikkeld dat de gewenste aanpassing van het toelatingssysteem mogelijk moet maken. Dit puntensysteem vormt de basis voor het advies dat de Minister van Economische Zaken geeft aan de Immigratie en Naturalisatie Dienst over de ‘wezenlijke bijdrage’ van de vreemdeling die zelfstandig een beroep of ondernemersactiviteiten uitoefent, aan de Nederlandse economie. De hoogwaardige (kennis)bijdrage aan de economie wordt in dit systeem verondersteld tot uiting te komen in de door de vreemdeling in te brengen ervaring, in een gedegen onderbouwing van de plannen voor de onderneming en in de toegevoegde waarde voor de economie. Met het oog daarop worden punten gegeven voor drie onderdelen: de genoten opleiding en de economische positie en activiteiten tot nu toe, de onderbouwing van ideeën en plannen in het ondernemingsplan en de met de economische activiteit te leveren bijdrage aan ons land in de vorm van innovatie (in product, proces, markt en activiteit), werkgelegenheid en investeringen. Voor deze drie onderdelen zijn maximaal 300 punten te behalen. Voor een positief advies op basis van de toets dient een aanvrager ten minste 30 punten per onderdeel (totaal 90 punten) te behalen.

Per onderdeel kan een zwak subonderdeel worden gecompenseerd door subonderdelen waarop hoog wordt gescoord zodat het totaal minimaal 30 punten behaald kan worden voor het betreffende onderdeel. Zo kan een laag aantal punten voor opleiding gecompenseerd worden door een hoog aantal punten voor ondernemerschapservaring. Voor het kunnen bepalen van de punten dient de migrant stukken en bescheiden aan te leveren. Deze stukken dienen ter onderbouwing en staving van de kwaliteiten en capaciteiten van de migrant. Hierdoor wordt een transparant en selectief systeem gecreëerd.

Transparant door vooraf zichtbaar te maken wat wordt verwacht aan activiteiten en aan in te dienen bescheiden ter staving daarvan. Hierdoor kan de vreemdeling zelf vóóraf de kans op toelating inschatten.

Selectief door vooraf duidelijk te maken dat het systeem selecteert op hoogwaardige, op kennis gebaseerde economische activiteiten die een meerwaarde hebben voor de economie.

Deze transparantie en selectiviteit zullen naar verwachting een wervende en uitnodigende uitstraling hebben voor de bedoelde groep kenniswerkers.

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven

Naar boven