Wijziging Paspoortuitvoeringsregeling Nederlandse Antillen en Aruba 2001 (invoering elektronische reisdocumenten)

Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 5 juli 2006, nr. BPR2006/N54218 (2), Directoraat-Generaal Koninkrijksrelaties en Bestuur, houdende wijziging van de Paspoortuitvoeringsregeling Nederlandse Antillen en Aruba 2001 (invoering elektronische reisdocumenten)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 59 van de Paspoortwet;

Besluit:

Artikel I

De Paspoortuitvoeringsregeling Nederlandse Antillen en Aruba 2001 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 3 wordt een vijfde lid toegevoegd, luidende:

5. In de modellen, genoemd in het eerste, derde en vierde lid, is een machineleesbare strook en een chip opgenomen.

B

Artikel 6, eerste lid, komt te luiden:

1. De Gouverneur neemt ten behoeve van personen die in de Nederlandse Antillen onderscheidenlijk Aruba in een basisadministratie als ingezetene zijn ingeschreven, aanvragen in ontvangst voor en gaat over tot verstrekking van tweede paspoorten, faciliteitenpaspoorten en nooddocumenten als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder f, van de wet.

C

Artikel 7, tweede lid, komt te luiden:

2. De Gouverneur kan, in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de in het eerste lid bedoelde autoriteiten bevoegd verklaren om namens hem, ten behoeve van een Nederlander dan wel een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld, aanvragen in ontvangst te nemen voor en over te gaan tot:

a. verstrekking van een noodpaspoort indien de betrokken aanvrager geen geldig reisdocument kan overleggen, dan wel

b. verstrekking van een laissez-passer indien bij de verstrekking van een noodpaspoort als bedoeld onder a geen gebruik kan worden gemaakt van het reisdocumentenstation.

D

De titel van hoofdstuk II, paragraaf 5, komt te luiden: Nooddocumenten.

E

Artikel 26, tweede lid, komt te luiden:

2. De ingevolge het eerste lid te vermelden datum is in het laissez-passer de datum waarop de geldigheidsduur van dat document eindigt.

F

De artikelen 27, 28 en 32 vervallen.

G

Artikel 40 komt te luiden:

Artikel 40

1. Bij het indienen van een aanvraag voor een reisdocument wordt een pasfoto overgelegd die een goedgelijkend beeld van de aanvrager geeft.

2. De overgelegde pasfoto voldoet aan de acceptatiecriteria van de in bijlage L bij deze regeling opgenomen fotomatrix.

3. In afwijking van het tweede lid kan een pasfoto worden geaccepteerd indien de aanvrager heeft aangetoond dat godsdienstige of levensbeschouwelijke redenen zich verzetten tegen het niet bedekken van het hoofd.

4. In afwijking van het tweede lid kan een pasfoto worden geaccepteerd indien op grond van objectief vast te stellen medische redenen, door de aanvrager niet kan worden voldaan aan alle in de fotomatrix opgenomen acceptatiecriteria. Bij gerede twijfel kan van de aanvrager worden verlangd, dat deze daartoe een door een bevoegde arts of medische instelling ondertekende verklaring overlegt.

5. Bij het indienen van een aanvraag voor een laissez-passer bij een ingevolge artikel 7, tweede lid, aangewezen autoriteit, dan wel bij de Gouverneur in een situatie waarbij de opneming van de in de aanvraag vermelde gegevens in het reisdocumentenstation plaatsvindt na de uitreiking van het laissez-passer, worden in afwijking van het eerste lid twee gelijke pasfoto’s overgelegd.

H

De titel van hoofdstuk III, paragraaf 6, komt te luiden: Personaliseren van nooddocumenten.

I

Artikel 52 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerst lid vervalt de zinsnede ‘of een noodverlenging’.

2. In het derde lid vervalt de zinsnede ‘of de noodverlenging’.

3. In het vierde lid vervalt de zinsnede ‘dan wel het aanbrengen van een noodverlenging’.

4. Het zesde lid vervalt.

5. Het zevende en achtste lid worden vernummerd tot zesde en zevende lid.

J

In artikel 62, eerste lid, vervalt de zinsnede ‘of het reisdocument waarin de noodverlenging is aangebracht’.

K

Artikel 65 komt te luiden:

Artikel 65

1. Indien de aanvrager bij de aanvraag die in ontvangst is genomen door de Gouverneur, aannemelijk heeft gemaakt dat van hem redelijkerwijs niet kan worden gevergd dat hij in persoon verschijnt bij de uitreiking, wordt het reisdocument per aangetekende post aan hem toegezonden.

2. De inlevering van de Nederlandse reisdocumenten als bedoeld in artikel 32 van de wet geschiedt in dat geval door deze reisdocumenten per aangetekende post toe te sturen aan de in het eerste lid bedoelde autoriteit.

3. Tot toezending van het uit te reiken reisdocument wordt niet overgaan dan na ontvangst van de ingevolge het tweede lid toegestuurde reisdocumenten.

L

Artikel 77, vierde lid, komt te luiden:

4. Het onbruikbaar maken geschiedt door het aanbrengen van drie ponsgaten (elk van tenminste 12 mm) door het gehele reisdocument op zodanige wijze dat het in het reisdocument aangebrachte kinegram gedeeltelijk en de aangebrachte chip geheel onbruikbaar worden gemaakt.

M

In artikel 83, eerste lid, vervalt de zinsnede ‘of noodverlenging’.

N

Artikel 120 vervalt.

O

Bijlage A (Standaardclausules) wordt als volgt gewijzigd:

Standaardclausule III (Noodverlenging/temporary renewal/prorogation d’urgen⁠ce Geldig tot/date of expiry/date d’expiration…) vervalt.

P

Bijlage B (Standaardformulieren) wordt vervangen door de in bijlage 1 van deze regeling opgenomen bijlage B.

Q

De modelformulieren C3, C7, C8, C9, C10, C11 en C12 in bijlage C (Modelformulieren) worden vervangen door de modelformulieren C3, C8, C9, C10, C11 en C12 die in bijlage 2 van deze regeling zijn opgenomen.

R

In bijlage D (Foutafhandelingsprocedures) wordt ‘Enschedé/Sdu’ telkens vervangen door ‘Sdu Identification’, wordt ‘E/Sdu’ telkens vervangen door ‘Sdu’ en wordt ‘(023-5184666)’ telkens vervangen door ‘(023-7995666)’.

S

De paragraaf ‘Kwaliteitseisen voor de pasfoto’ in bijlage 8 van bijlage E (Beveiligingsnet) komt te luiden:

Acceptatiecriteria voor de pasfoto

De pasfoto voor een nieuw reisdocument moet voldoen aan de acceptatiecriteria zoals vermeld in de fotomatrix. De fotomatrix is opgenomen in bijlage L van de paspoortuitvoeringsregelingen. In de uitvoeringsregelingen (art. 28 PUN, art. 42 PUB, art. 17 PUKMAR, art. 40 PUNA) is bepaald onder welke voorwaarden van één of meer acceptatiecriteria kan worden afgeweken.

T

Na bijlage K wordt een nieuwe bijlage toegevoegd, luidende: Bijlage L Fotomatrix. Bijlage L luidt overeenkomstig bijlage 3 bij deze regeling.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 26 augustus 2006.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant, in de Curaçaosche Courant en in het Afkondigingsblad van Aruba worden geplaatst met uitzondering van bijlage 3, die ter inzage wordt gelegd bij het Agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Lange Vijverberg 11 te Den Haag. Het agentschap is tijdens kantooruren telefonisch bereikbaar onder nummer 070-3613100. De fotomatrix is tevens raadpleegbaar via de website www.bprbkz.nl.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J.W. Remkes.

Toelichting

Algemeen

De Verordening (EG) nr. 2252/2004 van de Raad van 13 december 2004 betreffende normen voor de veiligheidskenmerken van en biometrische gegevens in door de lidstaten afgegeven paspoorten en reisdocumenten (Pb EU L 385), leidt er toe dat de Nederlandse reisdocumenten met een geldigheidsduur van meer dan 12 maanden aangepast moeten worden. Op 28 februari 2005 heeft de Europese Commissie een beschikking uitgevaardigd (C (2005) 409) waarin zij de technische specificaties heeft vastgesteld voor de opslag van biometrische kenmerken in reisdocumenten. Met de vaststelling van deze specificaties treedt de invoeringstermijn van 18 maanden in werking voor de invoering van de gezichtsopname. Dit betekent dat de reisdocumenten vóór 28 augustus 2006 een chip moeten bevatten met daarin de gezichtsopname. Met ingang van 26 augustus 2006 zullen de door Nederland uit te geven reisdocumenten, met uitzondering van het noodpaspoort en het laissez-passer, worden voorzien van een chip waarin een gezichtsopname van de aanvrager van het reisdocument is opgenomen.

Deze wijziging van het model van de Nederlandse reisdocumenten kan zonder voorafgaande wijziging van de Paspoortwet plaatsvinden. Aanpassing van de uitvoeringsregelingen is echter wel noodzakelijk. Omdat in de chip een gezichtsopname wordt opgenomen, worden andere eisen aan de pasfoto gesteld dan bij de huidige, niet elektronische, reisdocumenten het geval is. Tevens is het aanvraagformulier voor reisdocumenten gewijzigd. Tot slot is er voor gekozen in de paspoortuitvoeringsregelingen kenbaar te maken welke reisdocumenten een chip bevatten.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om de mogelijkheden tot (identiteits)fraude in de zogenaamde reisdocumentenketen verder in te perken. Een zwakke schakel in de reisdocumentenketen is de noodverlenging van reisdocumenten. Het is relatief eenvoudig om een valse noodverlenging in een reisdocument aan te brengen (dit kan in een aantal gevallen met een clausulestempel). Daarnaast blijven als gevolg van noodverlengingen die in een inmiddels verouderd model reisdocument zijn aangebracht, meer modellen in omloop dan wenselijk is in het licht van een effectieve controle op reisdocumenten bij grensoverschrijding of identiteitsverificatie.

Afschaffing van de noodverlenging betekent overigens niet dat personen van wie de reis geen uitstel gedoogt in de problemen komen. Zij hebben altijd aanspraak op een zelfstandig nooddocument (noodpaspoort of laissez-passer) onder gelijke voorwaarden als nu gelden voor een noodverlenging.

De paspoortuitvoeringsregelingen kent de mogelijkheid om een aanvrager die aannemelijk heeft gemaakt dat van hem redelijkerwijs niet kan worden gevergd dat hij in persoon verschijnt bij de uitreiking van het reisdocument, het reisdocument per aangetekende post toe te zenden. Deze faciliteit wordt alleen geboden aan personen die niet in Nederland wonen. De procedure met betrekking tot het toezenden van reisdocumenten is verder aangescherpt. In lijn met artikel 32 Paspoortwet wordt expliciet bepaald dat eerst de in te leveren reisdocumenten door de aanvrager aan de paspoortverstrekkende autoriteit moet worden toegestuurd. Pas na ontvangst daarvan kan het nieuwe document aan de aanvrager worden toegezonden. Hiermee wordt bereikt dat de oude reisdocumenten altijd worden ingeleverd. Ook dit draagt bij aan het veiliger maken van de reisdocumentenketen doordat reisdocumenten die niet in het verkeer mogen zijn ook daadwerkelijk daaruit worden onttrokken.

Tenslotte zijn in de paspoortuitvoeringsregelingen enige tekstuele verbeteringen aangebracht en niet langer relevante bepalingen vervallen.

Artikelsgewijs

Artikel 1: Paspoortuitvoeringsregeling Nederlandse Antillen en Aruba 2001

A artikel 3, vijfde lid

Artikel 3 regelt welke modellen reisdocumenten er zijn. Het nieuw op te nemen vijfde lid bepaalt in welke modellen een chip is aangebracht. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om ook de machineleesbare strook, die sedert 1995 in de reisdocumenten, met uitzondering van het nooddocument en de laissez-passer, is opgenomen, expliciet te vermelden. De machineleesbare strook en de chip bevatten persoonsgegevens van de houder, die ook in het zichtbare deel van het reisdocument zijn opgenomen.

B artikel 6, eerste lid; C artikel 7, tweede lid, onderdeel a; D hoofdstuk II, paragraaf 5, titel; F artikelen 27, 28 en 32; H hoofdstuk III, paragraaf 6, titel; I artikel 52, eerste, derde, vierde en zesde lid; J artikel 62, eerste lid; M artikel 83, eerste lid

De wijzigingen in dan wel het vervallen van deze artikelen vloeit voort uit het afschaffen van de mogelijkheid tot het aanbrengen van noodverlenging in reisdocumenten. In het algemeen deel van de toelichting is uiteengezet op basis van welke overwegingen de noodverlenging is vervallen.

E artikel 26, tweede lid

In nooddocumenten (noodpaspoort of laissez-passer) moet een datum worden opgenomen waarop het document uiterlijk moet worden ingeleverd. Voor noodpaspoorten geldt dat deze datum geautomatiseerd uitgerekend en in het document aangebracht wordt. Bij een laissez-passer wordt de datum handmatig aangebracht. Deze bepaling bepaalt dat de uiterste inleverdatum van een laissez-passer gelijk is aan de datum van geldigheidsduur van dat document.

G artikel 40

Algemeen

In de chip wordt een gezichtsopname van de houder van het reisdocument opgenomen. Hiertoe wordt evenals voorheen de pasfoto gescand. In verband met de opname in de chip eisen, moet de pasfoto aan andere criteria voldoen dan voorheen het geval was. Er is daarom voor gekozen om de pasfotovoorschriften gedetailleerd te beschrijven in een zogenaamde fotomatrix, die als bijlage integraal onderdeel vormt van de paspoortuitvoeringsregelingen.

Eerste lid

De hoofdregel ten aanzien van de pasfoto blijft dat deze een goed gelijkend beeld van de aanvrager van het reisdocument geeft.

Tweede lid

Het tweede vereiste is dat de foto voldoet aan de acceptatiecriteria zoals die zijn opgenomen in de fotomatrix. Naast deze criteria bevat de fotomatrix ook voorbeelden van ‘goed’ en ‘fout’ foto’s.

Derde lid

Het derde lid bepaalt evenals voorheen dat op de pasfoto het hoofd onbedekt moet zijn, tenzij de aanvrager heeft aangetoond dat godsdienstige of levenbeschouwelijke redenen zich hiertegen verzetten.

Vierde lid

In het vierde lid wordt apart aandacht besteed aan de situatie dat om medische redenen niet kan worden voldaan aan alle acceptatiecriteria zoals die zijn opgenomen in de fotomatrix. Indien daarvan sprake is, kan van één of meer van deze criteria worden afgeweken. Bij gerede twijfel kan van de aanvrager worden verlangd, dat deze een medische verklaring overlegt waaruit blijkt dat hij inderdaad niet aan alle acceptatiecriteria kan voldoen.

Vijfde lid

Dit is het voormalige vierde lid.

K artikel 65

Tweede lid

Artikel 32 van de Paspoortwet schrijft voor dat, behoudens enkele uitzonderingen, bij uitreiking van een nieuw reisdocument de aanvrager alle Nederlandse reisdocumenten die op zijn naam zijn gesteld, inlevert. Indien een aanvrager niet in persoon aan het loket verschijnt, wordt bepaald dat in dat geval de voorgeschreven inlevering door de houder plaatsvindt door het aangetekend toesturen van zijn (oude) reisdocument(en) naar de Gouverneur.

Derde lid

Expliciet wordt bepaald dat, in lijn met artikel 32 Paspoortwet, eerste alle oude reisdocumenten van de aanvrager moeten zijn ontvangen, voordat het nieuwe reisdocument aan hem kan worden toegezonden.

L artikel 77, vierde lid

Een houder van een reisdocument kan op verzoek, mits aan een aantal voorwaarden is voldaan, zijn ingeleverde reisdocument, onbruikbaar gemaakt, retour krijgen. Met de opname van een chip met persoonlijke gegevens in het reisdocument, is het belangrijk dat de chip onbruikbaar wordt gemaakt voordat het document wordt teruggegeven. Het onbruikbaar maken van de chip dient uitsluitend te geschieden door de chip met behulp van een ponsmachine te perforeren. De mogelijkheid om een paspoort onbruikbaar maken door het knippen van een driehoek uit de rechterzijde van het document, is daardoor komen vervallen. Ten aanzien van de ponsgaten is de voorwaarde gewijzigd dat de gaten elk een middellijn van tenminste 12 mm moeten hebben. De term ‘middellijn’ is vervallen zodat ook andere vormen dan alleen ronde gaten door het reisdocument kunnen worden geperforeerd.

N artikel 120

Dit artikel was opgenomen in verband met de introductie van de Euro. Het voorschrift ziet op de periode tot 1 januari 2002 en is derhalve achterhaald.

O bijlage A

De standaardclausule in bijlage A met betrekking tot de noodverlenging is vervallen.

P bijlage B

Formulier B1 ‘Aanvraag reisdocument’ is gewijzigd in verband met de nieuwe acceptatiecriteria voor de pasfoto. De wijzigingen in de overige formulieren zijn (mineure) redactionele aanpassingen.

Q bijlage C

Aan formulier C3 ‘Kennisgeving uitreiking, onttrekking reisdocument, bijschrijving/verwijdering bijschrijving’ zijn een drietal te verstrekken gegegevens toegevoegd, te weten: ‘Datum einde geldigheid’, ‘Datum onttrekking’ en ‘Lengte houder’.

Aan formulier C7 ‘Melding vermist of van rechtswege vervallen reisdocument’ is ‘Reden melding’ zo aangepast dat aangekruist kan worden ‘vermissing’ of ‘van rechtswege vervallen, omdat….’.

Formulier C10 ‘Geleideformulier terugzenden reisdocumenten’ is opnieuw geredigeerd waarbij het aantal redenen van terugzending is uitgebreid.

De wijzigingen in de formulieren C8 ‘Spoedbestelling aanvraagformulieren’, C9 ‘Melding ontvangst verkeerde of beschadigde zending reisdocumenten’, C11 ‘Bestelopdracht blanco nooddocumenten’ en C12 ‘Kwartaalverantwoording nooddocumenten’ zijn (mineure) redactionele aanpassingen.

R bijlage D

De naam Enschedé/Sdu is gewijzigd in Sdu Identification. Het telefoonnummer is gewijzigd.

S bijlage E

De paragraaf ‘kwaliteitseisen voor de pasfoto’ in bijlage 8 van bijlage E is aangepast. Verwezen wordt naar de fotomatrix en de uitzonderingsbepalingen in de paspoortuitvoeringsregelingen. Omdat in de uitvoeringsregelingen wordt gesproken van ‘acceptatiecriteria’ is het opschrift van de paragraaf gewijzigd in ‘Acceptatiecriteria voor de pasfoto’.

T bijlage L

Deze bijlage is de nieuwe bijlage L ‘Fotomatrix’ bij de paspoortuitvoeringsregelingen. Aan de hand van de criteria wordt een pasfoto wel of niet geaccepteerd. In de uitvoeringsregelingen is bepaald onder welke voorwaarden van één of meer acceptatiecriteria kan worden afgeweken.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.W. Remkes

Bijlage 1

stcrt-2006-136-p12-SC75912-1.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-2.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-3.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-4.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-5.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-6.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-7.gif

Bijlage 2

stcrt-2006-136-p12-SC75912-8.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-9.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-10.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-11.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-12.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-13.gifstcrt-2006-136-p12-SC75912-14.gif
Naar boven