Mandaat bezwaarschriften nadeelcompensatie Betuweroute

5 december 1997

Nr. DGP/WJZ/V-724384

Directoraat-Generaal Personenvervoer

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gezien de instemming van de algemeen directeur van NS Railinfrabeheer B.V., bij brief van 27 oktober 1997 met kenmerk GJZ/3B/BER/ALG/U97.1715;

Besluit:

Artikel 1

De algemeen directeur van NS Railinfrabeheer B.V. kan namens ondergetekende beslissen op bezwaar tegen besluiten op grond van de Regeling nadeelcompensatie Betuweroute.

Artikel 2

Artikel 1 is niet van toepassing indien het besluit waartegen het bezwaarschrift is gericht niet krachtens mandaat is genomen door de projectmanager Betuweroute van NS Railinfrabeheer B.V.

Artikel 3

1. De algemeen directeur van NS Railinfrabeheer B.V. oefent het mandaat uit met inachtneming van de algemene instructies, opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage.

2. De algemeen directeur van NS Railinfrabeheer B.V. oefent het mandaat uit met inachtneming van door de Minister van Verkeer en Waterstaat gegeven aanwijzingen.

Artikel 4

1. De algemeen directeur van NS Railinfrabeheer B.V. kan zijn mandaat bij afwezigheid laten uitoefenen door een door hem schriftelijk als zodanig aangewezen plaatsvervanger.

2. Van een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid wordt schriftelijk kennis gegeven aan de Minister van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 5

De bijlage bij het Besluit mandaat Regeling nadeelcompensatie Betuweroute van 20 november 1996, nr. DGV/WJZ/V-625004, houdende instructies voor de uitoefening van het mandaat van de projectleider Betuweroute, wordt als volgt gewijzigd:

Punt 1, tweede gedachtestreepje, wordt vervangen door: Gemandateerde vermeldt in elk besluit dat belanghebbenden binnen zes weken een schriftelijk en gemotiveerd bezwaarschrift kunnen indienen bij de algemeen directeur van NS Railinfrabeheer B.V.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden toegezonden aan de Algemene Rekenkamer, de algemeen directeur en de projectmanager Betuweroute van NS Railinfrabeheer B.V.

’s-Gravenhage, 5 december 1997. De Minister van Verkeer en Waterstaat,
A. Jorritsma-Lebbink.

Binnen 6 weken na dagtekening van de Staatscourant waarin dit besluit wordt geplaatst kunnen belanghebbenden schriftelijk en gemotiveerd een bezwaarschrift indienen bij de Minister van Verkeer en Waterstaat, t.a.v. Directoraat-Generaal Personenvervoer, Stafafdeling Wetgeving en Juridische Zaken.

Bijlage

Algemene instructies uitoefening mandaat

1. Besluiten worden ondertekend met:

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

namens deze,

de algemeen directeur NS Railinfrabeheer B.V.,

(naam)

2. Gemandateerde houdt een archief met ten minste afschriften van ieder besluit en de verslagen van hoorzittingen.

3. Gemandateerde beslist niet op bezwaar dan nadat terzake advies is uitgebracht door een commissie, ten minste bestaande uit:

a. een vertegenwoordiger van NS Railinfrabeheer B.V., niet zijnde de projectmanager Betuweroute, als voorzitter;

b. een vertegenwoordiger van de projectdirectie Betuweroute van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat;

c. een vertegenwoordiger van de regionale directie Zuid-Holland van Rijks-waterstaat;

d. een vertegenwoordiger van de regionale directie Oost-Nederland van Rijks-waterstaat.

4. Gemandateerde stelt ondergetekende onder opgaaf van redenen in kennis van het voornemen om af te wijken van het advies van de commissie.

5. Gemandateerde verstrekt onderge-tekende desgevraagd alle inlichtingen omtrent de behandeling van de bezwaarschriften.

6. Gemandateerde neemt beslissingen van principiële aard danwel met buitengewone consequenties of een grote precedentwerking niet dan nadat deze zijn voorgelegd aan ondergetekende.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink.

Toelichting

NS RIB handelt inzake de aanleg van de Betuweroute volgens staand beleid als taak-organisatie voor de overheid. Besluiten tot schadevergoeding in verband met de aanleg van de Betuweroute worden in mandaat genomen door de projectmanager Betuweroute van NS Railinfrabeheer B.V. Op grond van artikel 10:3 Awb, zoals dat naar verwachting inwerkingtreedt per 1 januari 1998, moet de bevoegdheid tot het beslissen op bezwaarschriften tegen die besluiten aan een ander gemandateerd worden. Onderhavig besluit strekt daartoe. De algemeen directeur NS RIB is als superieur van de projectmanager de aangewezen functionaris voor uitvoering van de bestuurlijke heroverweging. Tevens blijft zodoende de beslissing bij dezelfde instantie die het eerste besluit heeft genomen. Dit is wenselijk met het oog op de daar aanwezige specialistische kennis met betrekking tot technische aangelegenheden, externe veiligheid, landschappelijke inpassing, geluid, trillingen e.d. en gelet op de aard van de bezwaarschriftprocedure. De algemeen directeur kan niet doormandateren en zal dus altijd zelf moeten tekenen. Er kan wel schriftelijk een plaatsvervanger aangewezen worden.

De instructie aan de Projectmanager Betuweroute is voor wat betreft de in zijn besluiten te vermelden adressering van bezwaarschriften in overeenstemming gebracht met bovenstaande.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink.