Besluit van 23 november 2023, tot wijziging van het Besluit houders van dieren in verband met technische wijzigingen dierenwelzijn en het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 28 augustus 2023, nr. WJZ / 33826710;

Gelet op verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (PBEU2018, L 150), artikel 4, eerste lid, van de Landbouwkwaliteitswet en de artikelen 2.2, tiende lid, onderdelen b, c, d, l, m en n, 2.3, tweede lid, 2.7, tweede lid, onderdeel g, en artikel 7.2 van de Wet dieren;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 september 2023, nr. W11.23.00263/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 21 november 2023, nr. WJZ / 39910838;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit houders van dieren wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2.65a wordt als volgt gewijzigd:

1. De begripsomschrijving van «koppel» wordt vervangen door:

koppel:

koppel als bedoeld in artikel 2, onderdeel 37, van verordening (EU) nr. 2019/2035;

2. Na de begripsomschrijving van «strooisel» wordt de volgende begripsomschrijving ingevoegd:

verordening (EU) nr. 2019/2035:

verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PbEU 2019, L 314); .

B

Artikel 2.76a wordt als volgt gewijzigd:

1. De begripsomschrijving van «koppel» wordt vervangen door:

koppel:

koppel als bedoeld in artikel 2, onderdeel 37, van verordening (EU) nr. 2019/2035.

2. Na de begripsomschrijving van «verordening (EG) nr. 1/2005» wordt de volgende begripsomschrijving ingevoegd:

verordening (EU) nr. 2019/2035:

verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PbEU 2019, L 314); .

C

In artikel 2.76c wordt in het eerste lid, aanhef, na «koppel» ingevoegd «onderscheiden naar geslacht».

D

Hoofdstuk 2, paragraaf 9 vervalt.

E

In het vijfde lid van artikel 3.10 wordt «hoofdstuk 2 van het Besluit identificatie en registratie van dieren» vervangen door «hoofdstuk 3, paragraaf 4».

F

In artikel 3.17, eerste lid, wordt na «schriftelijke» ingevoegd «, of indien de koper of degene aan wie de aflevering plaatsvindt daarmee instemt, digitale».

G

In de tabel bij Bijlage II vervalt de rij die betrekking heeft op «Mustela vison (Nerts)».

ARTIKEL II

In artikel 16, eerste lid, van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 wordt «artikel 15» vervangen door «de artikelen 15 of 18,».

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 23 november 2023

Willem-Alexander

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema

Uitgegeven de elfde december 2023

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

I. Algemeen

Dit besluit strekt tot aanpassing van twee algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het gaat daarbij om herstel van onjuiste en onvolledige verwijzingen alsmede om het aanbrengen van andere wijzigingen van ondergeschikte aard in het Besluit houders van dieren en het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007.

Het ontwerpbesluit houders van dieren is voorts op grond van artikel 10.10 van de Wet dieren en artikel 4, vierde lid, van de Landbouwkwaliteitswet in het kader van de voorhangprocedure op 9 juni 2023 aan beide Kamers aangeboden. In het kader van de voorhang zijn door de leden van beide Kamers van de Staten – Generaal geen opmerkingen gemaakt.

De wijzigingen zijn voorgelegd aan de het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR). Dit college is onafhankelijk en adviseert standaard voorafgaand of tijdens de consultatiefase van voorgenomen regelgeving. Het college heeft de voorgenomen regelgeving ambtelijk afgedaan. De wijzigingen die zijn opgenomen in dit besluit hebben geen gevolgen voor de regeldruk.

Aangezien het om reparatieregelgeving gaat, treedt dit besluit onmiddellijk na publicatie in werking, en wordt afgezien van invoering op de vaste verandermomenten en van het hanteren van een invoeringstermijn van twee maanden.

Notificatie van technische voorschriften als bedoeld in Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (codificatie) (PbEU 2015, L 241) en Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PbEU 2006, L 376) is niet aan de orde omdat geen sprake is van technische voorschriften of diensten van de informatiemaatschappij.

II. Artikelsgewijs

Artikel I, onderdelen A, B en C (art. 2.65a, 2.76a en 2.76c Besluit houders van dieren)

Deze wijzigingen voorzien in een aanpassing van de definitie van het begrip «koppel» in de welzijnsregels voor het houden van ouderdieren van vleeskuikens voor productie en voor het houden van vleeskalkoenen. Het gaat hier om regels ter uitvoering van nationaal beleid en niet om implementatie of uitvoering van Europese regelgeving. Het is wenselijk dat de betekenis van dit begrip waar dat mogelijk is, gelijk is aan de betekenis van het begrip in de regelgeving van de Europese Unie over diergezondheid en in het bijzonder de registratie van inrichtingen en de traceerbaarheid van dieren. In artikel 2, onderdeel 37, van verordening (EU)2019/20351 is deze definitie opgenomen: «alle pluimvee of in gevangenschap levende vogels met dezelfde gezondheidsstatus die in hetzelfde lokaal of binnen dezelfde uitloopruimte worden gehouden en die een epidemiologische eenheid vormen; in stallen omvat deze term alle dieren die hetzelfde omsloten luchtvolume delen». In de praktijk gaat het bij een «gesloten luchtvolume» om een ruimte met dichte wanden; een ruimte met een ventilatiesysteem die in verbinding staat met een andere stal valt hier dus niet onder. Omdat de oude definitie van «koppel» voor vleeskalkoenen een onderscheid maakte tussen het geslacht van de kalkoenen, en de nieuwe uniforme definitie dat dat onderscheid niet maakt, is nu in de in artikel 2.76c, eerste lid, van het Besluit houders van dieren opgenomen verplichting met betrekking tot de registratie van koppels opgenomen dat bij de registratie ook een onderscheid moet worden gemaakt naar geslacht. Deze wijzigingen hebben voor de praktijk geen gevolgen.

Artikel I, onderdeel D en G (Hoofdstuk 2, paragraaf 9, Besluit houders van dieren)

Bij wet van 16 december 2020 tot wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij in verband met een vervroegde beëindiging van de pelsdierhouderij (Stb. 2020, 555) is het verboden om nertsen voor de pelsdierhouderij te houden. Hoofdstuk 2, paragraaf 9, van het Besluit houders van dieren bevatte eisen voor het houden van nertsen voor productie. Met onderdeel D zijn de artikelen in hoofdstuk 2, paragraaf 9, de artikelen 2.76 en artikelen 2.76s tot en met 2.76z, van het Besluit houders van dieren aangaande de voorwaarden voor het houden van nertsen, geschrapt.

Volgens artikel 2.3, tweede lid, van de Wet dieren kunnen dieren worden aangewezen die gebruikt kunnen worden met het oog op de productie van dierlijke producten. In Bijlage II behorend bij artikel 2.1 van het Besluit houders van dieren zijn dergelijke dieren aangewezen. In de bijlage stond de nerts nog opgenomen. Nu het verboden is om nertsen voor de pelsdierhouderij te houden, is ook dit onderdeel verwijderd uit Bijlage II bij het Besluit houders van dieren.

Enkel in de artikelen 1.19 en 1.20 van het Besluit houders van dieren worden «nertsen» nog genoemd. Deze artikelen betreffen de vaststelling van de termijn waarop nakomelingen van een ouderdier gescheiden mogen worden. Deze bepalingen blijven gehandhaafd, omdat nertsen op grond van artikel 2.1 van de Regeling houders van dieren gehouden mogen worden als huisdier.

Artikel I, onderdeel E (artikel 3.10 Besluit houders van dieren)

Dit artikel gaat over de administratie van inrichtingen die gezelschapsdieren houden. Op 1 november 2022 is het «Besluit van 27 augustus 2021, tot wijziging van het Besluit houders van dieren en het Besluit diergeneeskundigen in verband met het verbeteren van de identificatie en registratie van honden en het registreren van chippers» (Staatsblad 2021, 426) in werking getreden. Met artikel III van dat besluit is het Besluit identificatie en registratie van dieren ingetrokken. In artikel 3.10, vijfde lid, van het Besluit houders van dieren werd verwezen naar het Besluit identificatie en registratie van dieren. Per abuis is de aanpassing van deze verwijzing niet meegenomen. Met het onderhavige wijzigingsbesluit is deze omissie hersteld.

Artikel I, onderdeel F (artikel 3.17 Besluit houders van dieren)

In artikel 3.17 is de informatieverstrekking bij verkoop of aflevering van gezelschapsdieren geregeld. In onderdeel F is geregeld dat schriftelijke informatie over het verkochte of afgeleverde gezelschapsdier zoals vereist in artikel 3.17 van het Besluit houders van dieren, naast op papier, ook digitaal verstrekt mag worden. Het is van belang dat de informatie altijd persoonlijk van de verkoper aan de koper moet worden verstrekt. Het laten scannen van een QR-code of een algemene verwijzing naar een website valt hier niet onder omdat daarmee de informatie zelf niet verstrekt wordt. Enkel als de koper met digitale verstrekking instemt, mag het digitaal verstrekt worden. In andere gevallen wordt de informatie schriftelijk overhandigd.2

Artikel II

Artikel 16 van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 regelt wie de bevoegde autoriteit is op het gebied van officiële controles op de naleving van de op Unieniveau of door de lidstaten ter uitvoering van Uniewetgeving vastgestelde regels op het gebied van biologische productie en etikettering van biologische producten (artikel 1, tweede lid, aanhef, onderdeel i, van verordening (EU) 2017/625)3. Uit het artikel volgt dat de Minister de bevoegde autoriteit is, tenzij de taken op grond van artikel 15, of het tweede lid van artikel 16, zijn opgedragen aan Stichting Skal.

Op grond van artikel 18 van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kunnen taken en bevoegdheden echter eveneens bij ministeriële regeling opgedragen worden aan Skal. Met de wijziging van artikel 16 is verduidelijkt dat de minister evenmin de bevoegde autoriteit is als taken en bevoegdheden op grond van artikel 18 bij ministeriële regeling aan Stichting Skal zijn opgedragen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema


X Noot
1

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PbEU L 314).

X Noot
2

Volledigheidshalve wordt er op gewezen dat uit de algemene gegevens verordening (Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (Pb EU 2016, L 119) volgt dat ingeval er sprake is van verwerking van persoonsgegevens de desbetreffende regels van toepassing zijn.

X Noot
3

Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PbEU 2017, L 95).

Naar boven