Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatsblad 2023, 197 | Klein Koninklijk Besluit |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatsblad 2023, 197 | Klein Koninklijk Besluit |
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 mei 2023, nr. 2023-0000274551;
Gelet op artikel 13.2 van de Wet elektronische publicaties;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 3 juni 2023
Willem-Alexander
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen
Uitgegeven de vijftiende juni 2023
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
De Wet elektronische publicaties, die tot doel heeft de toegankelijkheid van (voorgenomen) overheidsbesluiten te vergroten, bepaalt in artikel 13.2 dat de artikelen van die wet in werking treden op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Met dit koninklijk besluit wordt, in overeenstemming met het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten, voorzien in de inwerkingtreding van artikel 13.1 van de Wet elektronische publicaties per 1 juli 2023. Door de inwerkingtreding van dit artikel 13.1 vervalt artikel 23 van de Bekendmakingswet.1 De achtergrond daarvan is als volgt.
Artikel 23 van de Bekendmakingswet bepaalt dat – in afwijking van artikel 13, eerste lid, van de Bekendmakingswet, op grond waarvan terinzagelegging zowel geschiedt op elektronische wijze als op een door het bestuursorgaan aan te wijzen locatie – een bestuursorgaan de elektronische terinzagelegging achterwege kan laten, voor zover de terinzagelegging voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel 13 van de Bekendmakingswet niet elektronisch plaatsvond.2
Met de aldus gecreëerde opschorting van de verplichting om stukken elektronisch ter inzage te leggen voor de gevallen waarin voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel 13 van de Bekendmakingswet nog niet elektronisch ter inzage werd gelegd, is tegemoetgekomen aan de wens van de decentrale overheden om de elektronische terinzagelegging zorgvuldig voor te kunnen bereiden.
Nu die voorbereiding is voltooid, komt met de inwerkingtreding van artikel 13.1 van de Wet elektronische publicaties artikel 23 van de Bekendmakingswet te vervallen en geldt artikel 13 van de Bekendmakingswet daarmee dus onverkort; elektronische terinzagelegging kan dan ook niet langer achterwege blijven.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen
Artikel 13.1 van de Wet elektronische publicaties luidt immers: «Artikel 23 van de Bekendmakingswet vervalt.».
Artikel 13 van de Bekendmakingswet is op 1 juli 2021 in werking getreden door middel van het Besluit van 1 april 2021 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet elektronische publicaties en het Besluit elektronische publicaties (Stb. 2021, 176).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2023-197.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.