Besluit van 5 juli 2022 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van enige onderdelen van de Wet van 18 mei 2022 tot wijziging van de Politiewet 2012 in verband met enkele aanpassingen die volgen uit de evaluatie van deze wet (Stb. 2022, 216)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Veiligheid van 24 juni 2022, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 4061113, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Defensie;

Gelet op artikel III van de Wet van 18 mei 2022 tot wijziging van de Politiewet 2012 in verband met enkele aanpassingen die volgen uit de evaluatie van deze wet (Stb. 2022, 216);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel I, onderdelen A, Aa, C, onder 1, en D, onder 1, van de Wet van 18 mei 2022 tot wijziging van de Politiewet 2012 in verband met enkele aanpassingen die volgen uit de evaluatie van deze wet (Stb. 2022, 216) treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Onze Minister van Justitie en Veiligheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de bijbehorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 5 juli 2022

Willem-Alexander

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Uitgegeven de zevende juli 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

De Wet van 18 mei 2022 tot wijziging van de Politiewet 2012 in verband met enkele aanpassingen die volgen uit de evaluatie van deze wet (Stb. 2022, 216) bevat de aanpassingen die zijn aangekondigd in de kabinetsreactie op het eindrapport van de Commissie Evaluatie Politiewet 2012:1

  • 1. Aanpassingen in de artikelen over de voorbereiding van de jaarstukken van de politie, waardoor de korpschef een ontwerp van deze stukken zal opstellen en het beheer meer «bottom-up» kan vormgeven;

  • 2. De korpschef krijgt een eigenstandige positie in het Landelijk Overleg Veiligheid en Politie (artikel 19-overleg);

  • 3. Een vereenvoudiging en modernisering van de bijstandsbepalingen;

  • 4. De Koninklijke marechaussee krijgt de politietaak: assistentieverlening aan de politie bij het bewaken en beveiligen van objecten en diensten en het waken over de veiligheid van de door de Minister van Justitie en Veiligheid aangewezen personen als bedoeld in artikel 42, eerste lid, onder c, van de Politiewet 2012.

De onderdelen 1 en 3 vereisen voor inwerkingtreding ook wijzigingen op het niveau van Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Hiertoe is een ontwerp-AMvB in consultatie gebracht;2 thans worden de consultatiereacties verwerkt.

De onderdelen 2 en 4 zijn onafhankelijk van voornoemde AMvB. Het is wenselijk dat deze onderdelen zo spoedig mogelijk in werking treden, hetgeen de reden is dat gekozen is voor inwerkingtreding met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst. Dit is voor zowel de politie als de Koninklijke marechaussee uitvoerbaar.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

Naar boven