30 196
Duurzame ontwikkeling en beleid

nr. 89
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 december 2009

Op 15 juni jl. heb ik, tijdens een nota-overleg met uw Kamer, toegezegd u nader te zullen informeren over de openbaarheid van gegevens inzake de duurzaamheid van biobrandstoffen.

Graag onderstreep ik nogmaals dat ik transparantie wil bereiken met betrekking tot biobrandstoffen. Tijdens eerder genoemd nota-overleg heb ik aangegeven dat ik ervoor zal zorgen dat de vraag wat er wat dit betreft vooruitlopend op de richtlijn mogelijk is, zo snel mogelijk wordt behandeld in de Commissie Duurzaamheidsvraagstukken Biomassa (de Commissie Corbey). Op 5 november jl. is het betreffende advies aan mij aangeboden. Het volledige advies is te downloaden van de internetsite van de Commissie Corbey (www.corbey.nl).

De Commissie Corbey adviseert kort gezegd om de transparantie wettelijk te regelen bij de implementatie van de Europese richtlijn hernieuwbare energie en vooruitlopend daarop een convenant te sluiten met, in eerste instantie, de belangrijkste brandstofleveranciers. Dit convenant zou per 1 april 2010 in werking moeten treden. Het convenant zou op vrijwillige basis openbaarheid moeten bewerkstelligen met betrekking tot type biobrandstof, de herkomst van de biobrandstof en het al dan niet aanwezig zijn van een duurzaamheidscertificaat.

Ik ben voornemens dit advies op te volgen. Ter uitwerking van het advies heb ik contact op laten nemen met de relevante brancheverenigingen, zijnde de Nederlandse Petroleum Industrie (NPI) en de Nederlandse Organisatie voor de Energiebranche (NOVE). Beide verenigingen zijn bereid om samen met mij de invulling nader uit te werken. Op korte termijn zal ik met de verenigingen in overleg treden. Ik zal u voor 1 april nader informeren over de voortgang van het overleg.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer