19 637 Vreemdelingenbeleid

32 317 JBZ-Raad

Nr. 2218 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juli 2016

Bij brief van 23 juni 2016 heeft de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, ten behoeve van het algemeen overleg over de JBZ-Raad op 6 juli 2016, verzocht om een reactie op het onderzoek van de European Police Union naar het Europese toelatingsbeleid voor vluchtelingen. Tevens zijn door het lid Keijzer (CDA) Kamervragen over dit onderwerp gesteld. De beantwoording van deze Kamervragen worden als bijlage bij deze brief meegezonden (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, nr. 3065).

Aan het onderzoek deden politiemensen mee uit Nederland, Duitsland, Spanje, Kroatië, Servië en Bulgarije. Uit de resultaten doemt het beeld op van een registratie die niet naar behoren verloopt, grote groepen vluchtelingen die niet (goed) worden gecontroleerd en gebrekkige informatie-uitwisseling tussen de verschillende doorvoer- en aankomstlanden. Ook wordt ingegaan op de veiligheids- en gezondheidssituatie van politiemensen.

Vooropgesteld zij, dat alleen vanuit Nederlands perspectief wordt gereageerd.

Met de migratiestromen van vorig jaar is er door de betrokken diensten, dus ook politie, veel werk verzet. Dat verdient respect, zeker omdat op dat moment sprake was van schaarste in de bezetting en toerusting. Daar is de afgelopen periode vaak over gesproken met de gezagen en de politie. Daarom is er € 49 miljoen voor de politie beschikbaar gekomen, waarvan € 17 miljoen voor de inrichting van extra locaties waar het identificatie- en registratieproces kan plaatsvinden en € 32 miljoen voor de handhaving van de openbare orde.

Op het intranet van de politie is uitgebreide en laagdrempelige informatie te vinden over gezondheidsrisico’s die gepaard kunnen gaan met politiewerk in relatie tot vluchtelingen. Verder ondergaat iedere asielzoeker in Nederland een medisch onderzoek en een TBC-screening, indien van toepassing. Daarnaast is er een hygiëneprotocol opgesteld. Er zijn enkele gevallen van open TBC en schurft bij asielzoekers geconstateerd. Uiteraard zijn zij na constatering direct behandeld en heeft het zich niet verder kunnen verspreiden. Voor zover bekend is er dan ook geen sprake van besmetting van politiepersoneel.

In Nederland doorlopen álle asielzoekers het proces van identificatie en registratie door politie en/of KMar. In Nederland zijn er geen geweldmeldingen bekend die verband houden met het uitvoeren van het identificatie- en registratieproces. Ook is er geen achterstand meer ten aanzien van het identificatie- en registratieproces. De achterstand die in 2015 was ontstaan als gevolg van de hoge instroom van asielzoekers is sinds november 2015 volledig ingelopen. Tijdens het identificatie- en registratieproces zijn politie en KMar alert op signalen van (verblijfs)fraude, mensensmokkel, mensenhandel, terrorisme en jihadisme.

Naar de kwaliteit van de uitvoering van het proces van identificatie en registratie heeft de Inspectie van Veiligheid en Justitie begin februari 2016 en nogmaals in april 2016 onderzoek verricht. Over de bevindingen is uw Kamer geïnformeerd. In de schouw van februari 2016 concludeerde de Inspectie dat het identificatieproces in Ter Apel en Budel ten tijde van deze schouw nog niet zorgvuldig en nog niet overeenkomstig het plan van aanpak verliep. Uit de tweede schouw (april 2016) volgt dat inmiddels een groot aantal aanpassingen is doorgevoerd. Hierdoor verloopt het proces overeenkomstig de opgestelde procesbeschrijvingen en is daarmee aanzienlijk verbeterd. Wij willen het proces blijven verbeteren. Om die reden is de Inspectie gevraagd dit proces te blijven monitoren, zoals ook aangegeven in de beleidsreactie op het rapport van de Inspectie dat op 18 mei naar de Tweede Kamer is verzonden (Kamerstuk 19 637, nr. 2187).

Voorts is er wel degelijk sprake van intensieve Europese samenwerking en informatie-uitwisseling, bijvoorbeeld via het EURODAC systeem, het Schengen Informatiesysteem (direct raadpleegbaar voor politiemensen op straat), in Frontex, EASO en Europol verband. Echter het is ook duidelijk dat bepaalde verbeteringen noodzakelijk zijn om deze te versterken. Dit is in de afgelopen maanden ook door het kabinet benadrukt. In het AO JBZ Raad van 7 juni jl. bent u geïnformeerd over de routekaart voor het verbeteren van informatie-uitwisseling en informatiebeheer op het gebied van justitie en binnenlandse zaken, onder meer door interoperabiliteitsoplossingen. In deze routekaart (aangenomen door de EU ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken in de Raad op 10 juni jl.) zijn concrete acties vastgesteld ter verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van gegevens en Europese en internationale systemen van, onder andere, politiediensten, Openbare Ministeries en diensten belast met grenscontrole.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

Naar boven