Besluit van 2 december 2021 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen I, onderdelen A tot en met I, K tot en met S, II, III, IIIA, en IIIB van de wet van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Staatsblad 2021, 92) en het besluit van 11 november 2021 tot wijziging van het Mijnbouwbesluit (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken (Staatsblad 2021, 573)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat van 29 november 2021, nr. WJZ/21289814;

Gelet op artikel IV van de wet van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Staatsblad 2021, 92) en artikel V van het besluit van 11 november 2021 tot wijziging van het Mijnbouwbesluit (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken (Staatsblad 2021, 573);

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

De artikelen I, onderdelen A tot en met I, K tot en met S, II, III, IIIA en IIIB van de wet van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Staatsblad 2021, 92) treden in werking met ingang van 1 januari 2022.

ARTIKEL II

Het besluit van 11 november 2021 tot wijziging van het Mijnbouwbesluit (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken (Staatsblad 2021, 573) treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat is belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 2 december 2021

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok

Uitgegeven de zestiende december 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van de wet van 27 januari 2021 tot wijziging van de Mijnbouwwet (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken en investeringsaftrek) (Staatsblad 2021, 92), met uitzondering van artikel I, onderdeel J, van die wet, en het besluit van 11 november 2021 tot wijziging van het Mijnbouwbesluit (het verwijderen of hergebruiken van mijnbouwwerken (Staatsblad 2021, 573).

Artikel I, onderdeel J, van die wet is op 1 juli 2021 in werking getreden. Inwerkingtreding van artikel IV van die wet hoeft niet uitdrukkelijk te worden geregeld, omdat deze bepaling geldt vanaf het tijdstip van totstandkoming van de wet (aanwijzing 4.19 van de aanwijzingen voor de regelgeving).

Deze wijzigingen van de Mijnbouwwet en het Mijnbouwbesluit treden in overeenstemming met de uitzondering, bedoeld in aanwijzing 4.17, vijfde lid, onder a, van de Aanwijzingen voor de regelgeving in werking binnen de minimuminvoeringstermijn van twee maanden, bedoeld in aanwijzing 4.17, vierde lid van de Aanwijzingen voor de regelgeving. De Staat der Nederlanden zou aanmerkelijke publieke nadelen kunnen ondervinden van een verder uitstel van inwerkingtreding en de doelgroep mijnbouwondernemingen is geruime tijd bekend met deze inwerkingtreding van de wijziging van de Mijnbouwwet en het Mijnbouwbesluit.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok

Naar boven