Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
15 september 2021, nr. 2021-0000144733,
Gelet op de artikelen 78fa, tweede lid, en 78fb, tweede lid, van de Participatiewet;
Hebben goedgevonden en verstaan:
’s-Gravenhage, 18 september 2021
Willem-Alexander
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A.D. Wiersma
Uitgegeven de achtentwintigste september 2021
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
NOTA VAN TOELICHTING
Met de Tijdelijke wet COVID-19 SZW en JenV zijn enige tijdelijke artikelen in de Participatiewet
gevoegd in verband met de COVID-19-uitbraak, waaronder de artikelen 78fa en 78fb.
Deze twee artikelen zien op het buiten toepassing laten van een aantal bepalingen
bij het verlenen van bijstand op grond van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig
ondernemers.
In deze artikelen is de vervaldatum van 1 juli 2021 opgenomen, met de mogelijkheid
van verlenging bij koninklijk besluit met telkens maximaal drie maanden. Inmiddels
geldt als vervaldatum 1 oktober 2021 (Stb. 2021, 309). Het kabinet heeft per brief van 30 augustus 2021 aan de Tweede Kamer aangekondigd
dat het steun- en herstelpakket, waaronder de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig
ondernemers (Tozo), met ingang van 1 oktober 2021 zal worden beëindigd. Dit betekent
dat met ingang van 1 oktober 2021 de bijstand aan zelfstandigen waar nodig uitsluitend
nog wordt verstrekt op grond van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004.
Het kabinet wil echter wel voorbereid zijn op mogelijk snel veranderende omstandigheden
in verband met Covid-19, als gevolg waarvan de reguliere bijstandverlening aan zelfstandigen
op grond van het Bbz 2004 niet langer volstaat, en die – zo leren ook de ervaringen
uit het verleden met betrekking tot de grillige verspreiding van het coronavirus en
de noodzaak tot het treffen van beperkende maatregelen – het noodzakelijk kunnen maken
om de Tozo weer in te voeren. Om in deze onvoorziene situatie gemeenten snel te kunnen
laten handelen, is het daarbij van belang dat het gaat om een ongewijzigde Tozo, waarbij dus wederom de artikelen 78a en 78b van de Participatiewet buiten toepassing
kunnen blijven.
Onderhavig koninklijk besluit voorziet in effectuering van de verlenging door de vervaldatum
van genoemde artikelen te stellen op 1 januari 2022.
Artikel 78fa (Kostendelersnorm Tozo)
De kostendelersnorm op grond van artikel 22a van de Participatiewet blijft tot 1 januari
2022 vanwege uitsluitend uitvoeringstechnische redenen buiten toepassing voor de bepaling
van de hoogte van de uitkering voor levensonderhoud op grond van de Tozo.
Artikel 78fb (Niet studerende jongeren en het recht op Tozo)
Eveneens om uitvoeringstechnische redenen blijft tot 1 januari 2022 de uitsluitingsgrond
op grond van artikel 13 van de Participatiewet voor jonge ondernemers tot 27 jaar
die geen onderwijs volgen en daarom geen studiefinanciering ontvangen, buiten toepassing
voor de bepaling van het recht op uitkering voor levensonderhoud op grond van de Tozo.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A.D. Wiersma