Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat van 15 september
2021, nr. WJZ / 21229669;
Gelet op artikel VII van de Wet van 26 juni 2019 tot wijziging van de Handelsregisterwet
2007 in verband met de evaluatie van die wet, alsmede regeling van enkele andere aan
het handelsregister gerelateerde onderwerpen in het Burgerlijk Wetboek, de Handelsregisterwet
2007 en de Wet op de Kamer van Koophandel (Stb. 2019, 280);
Hebben goedgevonden en verstaan:
Enig artikel
Artikel II, onderdelen D en E, van de Wet van 26 juni 2019 tot wijziging van de Handelsregisterwet
2007 in verband met de evaluatie van die wet, alsmede regeling van enkele andere aan
het handelsregister gerelateerde onderwerpen in het Burgerlijk Wetboek, de Handelsregisterwet
2007 en de Wet op de Kamer van Koophandel (Stb. 2019, 280) treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad
waarin het wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 juli 2021.
’s-Gravenhage, 18 september 2021
Willem-Alexander
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
Uitgegeven de zevenentwintigste september 2021
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
NOTA VAN TOELICHTING
Dit besluit strekt tot de inwerkingtreding van artikel II, onderdelen D en E, van
de Wet van 26 juni 2019 tot wijziging van de Handelsregisterwet 2007 in verband met
de evaluatie van die wet, alsmede regeling van enkele andere aan het handelsregister
gerelateerde onderwerpen in het Burgerlijk Wetboek, de Handelsregisterwet 2007 en
de Wet op de Kamer van Koophandel (Stb. 2019, 280).
Op 1 juli 2021 zijn artikel II, onderdeel Qa, van de Wet van 26 juni 2019 tot wijziging
van de Handelsregisterwet 2007 in verband met de evaluatie van die wet, alsmede regeling
van enkele andere aan het handelsregister gerelateerde onderwerpen in het Burgerlijk
Wetboek, de Handelsregisterwet 2007 en de Wet op de Kamer van Koophandel (Stb. 2019, 280) en het Besluit van 15 april 2021, houdende wijziging van het Financieel besluit
handelsregister 2014 in verband met het opnemen van de grondslag voor vergoedingen
voor de uitgifte van de LEI (Stb. 2021, 209) in werking getreden1.
Artikel II, onderdeel Qa, en het bovengenoemde besluit van 15 april 2021 regelen de
rechtsgrondslag voor de vergoedingen verbonden aan de uitgifte van de identificatiecode
voor juridische entiteiten (Legal Entity Identifier, LEI) door de Kamer van Koophandel.
Artikel II, onderdelen D en E, creëert de rechtsgrondslag voor het inschrijven van
de LEI in het handelsregister. Alle genoemde onderdelen van artikel II hangen nauw
samen. Per abuis zijn de onderdelen D en E van artikel II niet meegenomen in het inwerkingtredingsbesluit
van 21 mei 2021 (zie de voetnoot). Deze omissie wordt alsnog hersteld.
Artikel II, onderdelen D en E, treedt in werking met ingang van de dag na de datum
van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, en werken terug
tot en met 1 juli 2021.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
X Noot
1Besluit van 21 mei 2021, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding
van artikel II, onderdeel Qa, van de Wet van 26 juni 2019 tot wijziging van de Handelsregisterwet
2007 in verband met de evaluatie van die wet, alsmede regeling van enkele andere aan
het handelsregister gerelateerde onderwerpen in het Burgerlijk Wetboek, de Handelsregisterwet
2007 en de Wet op de Kamer van Koophandel (Stb. 2019, 280) en van het Besluit van 15 april 2021, houdende wijziging van het Financieel besluit
handelsregister 2014 in verband met het opnemen van de grondslag voor vergoedingen
voor de uitgifte van de LEI (Stb. 2021, 209).