Besluit van 12 juni 2020 tot wijziging van het Besluit bekostiging WPO BES in verband met voornamelijk technische wijzigingen vanwege de herijking van de bekostiging van basisscholen in Caribisch Nederland

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, van 27 maart 2020, nr. WJZ/23868813(10316), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op de artikelen 68, vierde lid, en 101, vierde lid, van de Wet primair onderwijs BES;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 15 april 2020, No. W05.20.0086/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 10 juni 2020, nr. WJZ/24101623(10316), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I WIJZIGING VAN HET BESLUIT BEKOSTIGING WPO BES

Het Besluit bekostiging WPO BES wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, eerste en zesde lid, wordt «bedoeld in de artikelen 110, eerste lid, en 166 van de wet» telkens vervangen door «bedoeld in artikel 110, eerste lid, van de wet».

B

In artikel 17, eerste lid, wordt «bedoeld in de artikelen 105 en 110, eerste lid, van de wet» vervangen door «bedoeld in artikel 110, eerste lid, van de wet».

C

Artikel 18 vervalt.

D

In artikel 19 wordt «bedoeld in artikel 164, eerste lid, van de wet, en in de artikelen 18 en 22, tweede lid» vervangen door «bedoeld in artikel 101, eerste lid, van de wet, en in artikel 22, tweede lid».

E

Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De aanvullende bekostiging aan één school in Bonaire voor de bijzondere taken, bedoeld in artikel 68, tweede lid, van de wet, wordt enkel verstrekt als de verdeling van deze taken is toegekend aan die school en deze taken zijn vastgelegd in het eilandelijk zorgplan. Het bedrag van deze bekostiging wordt jaarlijks bij ministeriële regeling vastgesteld.

2. In het tweede lid wordt «artikel 164, eerste lid, van de wet en in artikel 18» vervangen door «de artikelen 97, derde lid, en 101, eerste lid, van de wet».

F

Na artikel 26 wordt een nieuw artikel ingevoegd:

Artikel 26a. Wijziging wettelijke grondslag

Dit besluit berust mede op de artikelen 68, vierde lid, en 101, vierde lid, van de wet.

ARTIKEL II INWERKINGTREDING

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet van 19 december 2018 tot wijziging van de Wet primair onderwijs BES in verband met herijking van de bekostiging van basisscholen in Caribisch Nederland (Stb. 2019, 19) inwerking treedt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 12 juni 2020

Willem-Alexander

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Uitgegeven de vijfentwintigste juni 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Inleiding

In 2015 heeft de regering in overleg met de scholen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba een nieuw bekostigingsmodel voor deze scholen ontworpen. De hoofdlijnen van het nieuwe model zijn eerst met een wijziging van het Besluit bekostiging WPO BES (Stb. 2016, 274) en vervolgens met een wijziging van de Wet primair onderwijs BES (Stb. 2019, 19) geformaliseerd. Met dit wijzigingsbesluit wordt het Besluit bekostiging WPO BES (hierna: Bekostigingsbesluit) op enkele onderdelen technisch aangepast om het te laten aansluiten op de gewijzigde Wet primair onderwijs BES (hierna: WPO BES). Na aanpassing van de onderliggende regelgeving zal de nieuwe bekostigingssystematiek volledig geformaliseerd zijn.

Hoofdlijnen

Aanleiding

Sinds de start van de bekostiging op grond van de WPO BES in 2011, werden de basisscholen bekostigd op basis van een op het Europees Nederlandse bekostigingsstelsel gebaseerde systematiek. De hoogte van de hieruit voortvloeiende bekostiging werd in de eerste jaren waar nodig aangevuld met een specifiek overgangsbudget, om het oude inkomstenniveau van voor 2010 te bereiken. Sinds de start van de bekostiging op grond van de WPO BES bestaat de bekostigingssystematiek uit twee hoofdcomponenten, namelijk de personele en de materiële bekostiging. Het onderscheid tussen personele en materiële bekostiging betekent niet dat bevoegd gezag de verschillende budgetten ook aan die onderdelen moet besteden. Het totale budget dat een bevoegd gezag ontvangt mag naar eigen inzicht en op basis van eigen afwegingen worden ingezet. Dit is vergelijkbaar met de lumpsum-bekostigingssystematiek in Europees Nederland.

Inmiddels heeft, mede in overleg met de bevoegde gezagsorganen, in 2015 een herijking van de bekostiging plaatsgevonden, leidend tot een nieuw, adequaat bekostigingsmodel dat de overgangsbudgetten overbodig maakt. De hoofdlijnen van het nieuwe model zijn met een eerdere wijziging van dit Bekostigingsbesluit geformaliseerd (Stb. 2016, 274).

Nieuw bekostigingsmodel

Bij het ontwerpen van het nieuwe bekostigingsmodel is rekening gehouden met twee uitgangspunten. Allereerst moet de hoogte voldoende zijn voor het leiden en beheren van een school en het geven van onderwijs (conform artikel 101 WPO BES). Daarnaast moet het bekostigingsmodel flexibel genoeg zijn om recht te doen aan de specifieke omstandigheden die voor de verschillende eilanden gelden. Dit nieuwe model wordt voor de personele bekostiging sinds het schooljaar 2016–2017 toegepast en voor de materiële instandhouding sinds het kalenderjaar 2016.

Om de nieuwe bekostigingssystematiek volledig te formaliseren is het nodig geweest om de WPO BES op enkele punten te wijzigen (Stb. 2019, 19). De wijzigingen zijn in te delen in drie categorieën:

  • 1. Wijziging van de wettelijke grondslag van de bekostiging aan scholen.

    In de wet stonden nog artikelen die gebaseerd waren op het Europees Nederlandse bekostigingsstelsel. Een aantal daarvan was nog niet in werking getreden. Met de wetswijziging zijn andere of gewijzigde artikelen de grondslag geworden voor de nieuwe verdeelsystematiek.

  • 2. Ambtshalve toekennen van de aanvullende bekostiging voor zorg aan de basisschool Kolegio Strea Briante (artikel 22).

    Zoals beschreven, krijgt het bevoegd gezag van deze school nu bijzondere bekostiging, maar pas nadat daar een aanvraag voor is ingediend. Door de wijziging van artikel 22 is het mogelijk dat de extra bekostiging zonder aanvraag toegekend kan worden. Het bedrag dat het bevoegd gezag ontvangt, wijzigt hierdoor niet. De aanvullende bekostiging loopt deels via de personele en deels via de materiële component. De voorwaarde voor het toekennen van de aanvullende bekostiging is dat in het eilandelijk zorgplan wordt opgenomen dat Kolegio Strea Briante de leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte opneemt. De Inspectie ontvangt de eilandelijke zorgplannen en controleert of dit juist staat opgenomen. Op het moment dat ervoor wordt gekozen dat een andere school op Bonaire deze taken gaat uitvoeren, en dat landt in het eilandelijk zorgplan, ontvangt deze school voortaan de aanvullende bekostiging hiervoor. Op het moment dat dit gebeurt zal de Inspectie DUO daarover informeren. Als een dergelijk signaal DUO pas bereikt na het afgeven van een beschikking, kan de beschikking worden herzien.

  • 3. De aanvullende bekostiging voor zorg zowel via de personele als de materiële component te laten verlopen.

    Voor de wetswijziging liep de aanvullende bekostiging voor zorg aan leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte alleen via de personele component. Na de wijziging loopt een deel van dit bedrag ook via de materiële component. De bedragen die de bevoegde gezagsorganen ontvangen, wijzigen hierdoor niet.

Het bekostigingsmodel dat uit deze wijzigingen ontstaat, bestaat voor zowel de personele als de materiële component uit dezelfde elementen, namelijk:

  • 1. Een bedrag per leerling.

  • 2. Een bedrag per school.

  • 3. Aanvullende bekostiging voor zorg aan leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte (geldt voor de eilanden Saba en Sint Eustatius en de school Kolegio Strea Briante op Bonaire).

  • 4. Aanvullende bekostiging vanwege een hoger prijspeil (geldt voor de eilanden Saba en Sint Eustatius).

  • 5. Aanvullende bekostiging vanwege een geïsoleerde ligging (geldt voor het eiland Saba).

Voor zowel de personele als de materiële component ontvangen alle scholen een vast bedrag per school en een vast bedrag per leerling. Ook zit er in beide componenten aanvullende bekostiging aan scholen op Sint Eustatius en Saba vanwege het hogere prijspeil op deze eilanden. Sint Eustatius en Saba zijn kleine eilanden en sterk afhankelijk van de import. Het relatief hoge prijspeil wordt met name veroorzaakt door de hoge importheffingen die op de twee eilanden worden geheven. Dit heeft onder meer impact op de kosten van levensonderhoud en de aanschaf van materialen. Daarnaast ontvangt de school op Saba, zowel via de personele als materiële component, aanvullende bekostiging omdat dit de enige basisschool is op dit eiland.

Alle scholen ontvangen middelen voor zorg aan leerlingen die ondersteuning behoeven. Dit is verwerkt in het vaste bedrag per leerling. Daarnaast ontvangen sommige scholen nog aanvullende bekostiging hiervoor. Op Bonaire zijn de leerlingen met een behoefte aan speciale voorzieningen geconcentreerd op de basisschool Kolegio Strea Briante. Vanwege de concentratie van leerlingen met een behoefte aan speciale voorzieningen op deze school, ontvangt het bevoegd gezag van deze school bijzondere bekostiging om in de zorgbehoefte van deze leerlingen te voorzien. Sint Eustatius en Saba kennen geen aparte scholen waar de leerlingen die speciale zorgvoorzieningen nodig hebben, terecht kunnen. Op deze eilanden zijn de zorgleerlingen over de aanwezige basisscholen verspreid. Daarom ontvangen alle scholen op deze eilanden aanvullende bekostiging hiervoor, voortaan zowel via personele als de materiële component.

Noodzaak en inhoud amvb

Met dit wijzigingsbesluit worden technische wijzigingen doorgevoerd als gevolg van de eerder genoemde wijziging van de WPO BES (Stb. 2019, 19). Er zijn geen inhoudelijke wijzigingen doorgevoerd. De wijziging van het Bekostigingsbesluit is noodzakelijk om de nieuwe bekostigingssystematiek volledig uit te voeren. In dit wijzigingsbesluit vinden verschillende wijzigingen plaats zoals bijvoorbeeld het aanpassen van verwijzingen en het laten vervallen van een artikel. In de artikelsgewijze toelichting worden alle technische wijzigingen benoemd en hier ook nader op ingegaan.

Gevolgen voor de scholen

De nieuwe bekostigingssystematiek is door de eerdere wijziging van het Bekostigingsbesluit al grotendeels ingevoerd en de resterende punten zijn door de wijziging van de WPO BES geformaliseerd. De aanpassingen van dit wijzigingsbesluit zijn allemaal technisch van aard. Er zijn derhalve ook geen financiële effecten voor de scholen.

Overgang naar nieuwe systematiek

Alle wijzigingen, zowel in de WPO BES als in het Bekostigingsbesluit zullen voor zover het de personele component betreft per 1 augustus 2020 in werking treden en voor de materiële component per 1 januari 2021. Hierdoor zal de aanvullende bekostiging voor zorg, dat nu alleen via de personele component loopt, per 1 augustus 2020 ook deels via de materiële component lopen. Echter, omdat de wijziging voor de materiële component pas per januari 2021 in werking treedt, zouden de bevoegde gezagsorganen in de maanden augustus tot en met december 2020 minder aanvullende bekostiging voor zorg ontvangen dan beoogd. Dit wordt opgelost door voor deze maanden bijzondere bekostiging te verstrekken, op grond van artikel 103 WPO BES, zodat per saldo het budget ontvangen wordt waar ze recht op hebben.

Uitvoering, toezicht en handhaving

Op 31 oktober 2019 is deze amvb voorgelegd aan DUO, de Inspectie van het onderwijs en Accountantsdienst Rijk ten behoeve van een uitvoeringstoets. DUO acht de voorgestelde wijzigingen van het Besluit bekostiging WPO BES uitvoerbaar en stelt vast dat de consequenties in de DUO systemen en processen nihil zijn. De Inspectie van het onderwijs en Accountantsdienst Rijk hebben geen opmerkingen bij deze wijzigingsregeling.

Gevolgen voor regeldruk

Dit Bekostigingsbesluit heeft alleen beperkte gevolgen voor de administratieve lasten voor het bestuur van Kolegio Strea Briante. Die zullen iets afnemen. Deze school krijgt aanvullende bekostiging voor zorg aan leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. In de oude situatie moest de school daar een aanvraag voor indienen. In de nieuwe situatie wordt de aanvullende bekostiging ambtshalve toegekend. Voor de overige basisscholen in Caribisch Nederland hebben de wijzigingen geen gevolgen voor de administratieve lasten. De overgang naar het bekostigingsmodel gaat niet gepaard met een toename van de regeldruk of strengere verantwoordingseisen.

Het college van het Adviescollege toetsing regeldruk is op 23 ... 2019 akkoord gegaan met de ambtelijke afhandeling van het dossier. Er zijn geen opmerkingen gemaakt vanuit het Adviescollege toetsing regeldruk.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen voor de rijksbegroting.

Consultatie

Bij de invoering van het nieuwe bekostigingsmodel heeft de regering overleg gevoerd met alle basisscholen in Caribisch Nederland. Voor de nieuwe wijze van bekostigen is een breed draagvlak. Aangezien de voorliggende wijziging van het Bekostigingsbesluit vooral technisch van aard is en het effect ervan in de praktijk niet merkbaar zal zijn – de bekostigingsbedragen blijven immers gelijk – is deze wijziging niet gepubliceerd voor internetconsultatie. Dit Bekostigingsbesluit is ter consultatie voorgelegd aan de besturen op Caribisch Nederland en daar is geen reactie op gekomen.

Inwerkingtreding

De inwerkingtreding van dit besluit is gelijktijdig met de inwerkingtreding van de Wet van 19 december 2018 tot wijziging van de Wet primair onderwijs BES in verband met herijking van de bekostiging van basisscholen in Caribisch Nederland (Stb. 2019, 19). Daarbij is aangesloten bij het vaste verandermoment van 1 augustus. De beschikkingen voor de personele bekostiging van komend schooljaar zijn, in overeenstemming met artikel 16 Besluit bekostiging WPO BES, in april vastgesteld op basis van de oude bekostigingssystematiek. Om te voorkomen dat de scholen met meerdere beschikkingen in korte tijd geconfronteerd worden, zal in september een nieuwe beschikking op basis van de herijking worden vastgesteld waarin ook de herrekening naar aanleiding van de jaarlijkse accountantscontrole wordt opgenomen.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I, onderdeel A

Met de inwerkingtreding van de Wet van 19 december 2018 tot wijziging van de Wet primair onderwijs BES in verband met herijking van de bekostiging van basisscholen in Caribisch Nederland (Stb. 2019, 19, hierna: Wet herijking bekostiging PO BES) vervalt artikel 166 van de Wet primair onderwijs BES (hierna: de wet). Het artikel in het Besluit bekostiging WPO BES (hierna: Bekostigingsbesluit) is zo aangepast dat de verwijzing naar artikel 166 vervalt. Deze verwijzing vervalt omdat het budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid met de Wet herijking bekostiging PO BES is opgenomen in de personele bekostiging van artikel 101 van de wet (nieuw). Artikel 3 van het Bekostigingsbesluit verwijst naar artikel 110, eerste lid, van de wet. Dit artikel verwijst door naar artikel 101 van de wet (nieuw) en daarmee blijft de aanspraak op de verstrekking van bekostiging voor de personeelskosten geheel in stand.

Artikel I, onderdeel B

Met de inwerkingtreding van de Wet herijking bekostiging PO BES vervalt artikel 105 van de wet. Het artikel is zo aangepast dat de verwijzing naar dit artikel vervalt. Net als bij artikel I, onderdeel A, geldt dat het budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid is opgenomen in de bekostiging van artikel 101 van de wet (nieuw), waar artikel 110, eerste lid, van de wet naar verwijst.

Artikel I, onderdeel C

In het tot nu toe geldende artikel 18 is geregeld dat aan alle scholen aanvullende bekostiging wordt verstrekt voor onder meer kleine scholen, schoolleiding en onderwijsachterstanden. In het nieuwe bekostigingsmodel is deze bekostiging opgenomen in het bedrag per school en per leerling van de personele bekostiging. De grondslag hiervoor is nu artikel 101, eerste lid, van de wet (nieuw). De aparte grondslag van artikel 18 Bekostigingsbesluit kan daarmee komen te vervallen.

Artikel I, onderdeel D

Met de Wet herijking bekostiging PO BES vervalt artikel 164 van de wet en is de grondslag voor de aanvullende bekostiging in verband met het prijspeil opgenomen in artikel 101, vierde lid, van de wet (nieuw). Om dit te bewerkstelligen is onder Artikel I, onderdeel F, een omhangbepaling opgenomen.

Het artikel is zo aangepast dat de verwijzing naar artikel 164 van de wet vervalt en in de plaats daarvan verwijst naar artikel 101, eerste lid, van de wet (nieuw), waar nu het totaal van de bekostiging is geregeld. De aanvullende bekostiging kan op deze manier over zowel de personele als materiële bekostiging worden gegeven. Dit is ten aanzien van de materiële bekostiging reeds geregeld in artikel 98, eerste lid, van de wet. Daarnaast vervalt met dit wijzigingsbesluit artikel 18 van het Bekostigingsbesluit. Het artikel is zo aangepast dat de verwijzing naar artikel 18 vervalt.

Artikel I, onderdeel E

In het eerste lid (oud) stond opgenomen dat de bekostiging voor zorg met leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte wat betreft de personeelskosten is verwerkt in het bedrag per leerling, bedoeld in artikel 164, eerste lid, van de wet. In het nieuwe bekostigingsstelsel volgt uit artikel 68, eerste lid, van de wet (nieuw) dat het bedrag voor de bekostiging voor zorg voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte verwerkt is in de bedragen, bedoeld in artikelen 97 en 101 van de wet (nieuw). De bekostiging voor zorg voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte is nu dus opgenomen in de wet en daarmee kan het eerste lid (oud) vervallen.

In de plaats van het eerste lid (oud) is het huidige lid gekomen, zoals vastgesteld in dit wijzigingsbesluit. In het eerste lid (nieuw) is opgenomen dat de minister ambtshalve aanvullende bekostiging kan verstrekken aan één school die is gevestigd in Bonaire voor bijzondere taken met betrekking tot leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Voorwaarde is dat de verdeling van de zorgtaken in het eilandelijk zorgplan is opgenomen. Deze bekostiging wordt jaarlijks vastgesteld bij ministeriële regeling. Dit is een wijziging ten opzichte van het oude stelsel, waar de school zelf de aanvullende bekostiging diende aan te vragen, deze wordt vanaf heden ambtshalve vastgesteld.

Met de Wet herijking bekostiging PO BES vervalt artikel 164 van de wet en is de grondslag nu opgenomen in artikel 68, derde lid, van de wet. Om dit te bewerkstelligen is onder artikel I, onderdeel F, een omhangbepaling opgenomen. Het tweede lid is zo aangepast dat de verwijzingen naar artikel 164 van de wet en artikel 18 van het Bekostigingsbesluit vervallen en in de plaats daarvan verwezen wordt naar de artikelen 97, derde lid, en 101, eerste lid, van de wet. In artikel 101 van de wet, is de bekostiging opgenomen die voorheen met artikel 18 van het Bekostigingsbesluit werd geregeld. De aanvullende bekostiging wordt met de wijzigingen in het nieuwe bekostigingsmodel als een toeslag gegeven over zowel de personele als de materiële bekostiging.

Artikel I, onderdeel F

Met de Wet herijking bekostiging PO BES is de grondslag die voorheen in artikel 164, derde lid, was opgenomen, nu opgenomen in artikel 101, vierde lid (nieuw). In de memorie van toelichting op de Wet herijking bekostiging PO BES is opgenomen dat een omhangbepaling zou worden opgenomen zodat artikelen 19 en 20 van het Bekostigingsbesluit op artikel 101, vierde lid (nieuw), gebaseerd zijn.1 In dezelfde memorie van toelichting is ook aangekondigd dat artikel 22 van het Bekostigingsbesluit zal worden omgehangen zodat dit artikel op artikel 68, vierde lid, gebaseerd is.2 Met dit artikel wordt de aangekondigde omhang bewerkstelligd.

Artikel II

De inwerkingtreding van dit besluit is gelijktijdig met de inwerkingtreding van de Wet van 19 december 2018 tot wijziging van de Wet primair onderwijs BES in verband met herijking van de bekostiging van basisscholen in Caribisch Nederland (Stb. 2019, 19) op 1 augustus 2020. Hiermee wordt aangesloten bij het vaste verandermoment van 1 augustus. De beschikkingen voor de personele bekostiging van komend schooljaar zijn, in overeenstemming met artikel 16 Besluit bekostiging WPO BES, in april vastgesteld op basis van de oude bekostigingssystematiek. Om te voorkomen dat de scholen met meerdere beschikkingen in korte tijd geconfronteerd worden, zal in september een nieuwe beschikking op basis van de herijking worden vastgesteld waarin ook de herrekening naar aanleiding van de jaarlijkse accountantscontrole wordt opgenomen.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Bijlage bij de nota van toelichting bij het Besluit bekostiging WPO BES met voornamelijk technische wijzigingen.

Transponeringstabel

In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de manier waarop de aanpassingen naar aanleiding van de Wet herijking bekostiging WPO BES in het Besluit bekostiging WPO zijn verwerkt. Dit door de oude en nieuwe tekst naast elkaar te plaatsen of door bij overig aan te geven of sprake is van een vervallen of nieuw artikel.

Artikel:

Oude tekst:

Nieuwe tekst:

Overig:

3, eerste en zesde lid

artikelen 110, eerste lid en 166 van de wet

artikel 110, eerste lid van de wet

 

17, eerste lid

artikelen 105 en 110, eerste lid van de wet

artikel 110, eerste lid van de wet

 

18

   

Vervallen

19

artikel 164, eerste lid, van de wet, en in de artikelen 18 en 22, tweede lid

artikel 101, eerste lid, van de wet, en in artikel 22, tweede lid

 

22, eerste lid

De bekostiging voor zorg voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte, bedoeld in artikel 68, eerste lid, van de wet, is wat betreft de personeelskosten verwerkt in het bedrag per leerling, bedoeld in artikel 164, eerste lid, van de wet

De aanvullende bekostiging aan één school in Bonaire voor de bijzondere taken, bedoeld in artikel 68, tweede lid, van de wet, wordt enkel verstrekt als de verdeling van deze taken is vastgelegd in het eilandelijk zorgplan. Het bedrag van deze bekostiging wordt jaarlijks bij ministeriële regeling vastgesteld.

 

22, tweede lid

artikel 164, eerste lid, van de wet en in artikel 18

artikelen 97, derde lid, en 101, eerste lid, van de wet

 

26a

   

Nieuw artikel


X Noot
1

Kamerstukken II 2017/18, 34 980, nr. 3, p. 7.

X Noot
2

Kamerstukken II 2017/18, 34 980, nr. 3, p. 6.

Naar boven