Besluit van 22 januari 2019, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet accreditatie op maat (Stb. 2018, 209), het Besluit van 18 december 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 en enige andere besluiten in verband met de Wet accreditatie op maat (Stb. 2019, 1) en enkele bepalingen van het Besluit van 26 april 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met het vaststellen van nadere voorschriften voor het verzorgen van hoger onderwijs in het buitenland (Stb. 2018, 152)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 17 januari 2019, nr. WJZ/1468631 (7988), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel X. eerste lid, van de Wet accreditatie op maat (Stb. 2018, 209), artikel IV van het Besluit van 18 december 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 en enige andere besluiten in verband met de Wet accreditatie op maat (Stb. 2019, 1) en artikel III, tweede lid, van het Besluit van 26 april 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met het vaststellen van nadere voorschriften voor het verzorgen van hoger onderwijs in het buitenland (Stb. 2018, 152);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Met ingang van de eerste dag van de maand na de datum van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst treden in werking:

  • a. de Wet accreditatie op maat (Stb. 2018, 209), met uitzondering van:

    • artikel I, onderdeel O;

    • artikel IX, onderdeel A, onder r en y;

    • artikel IX, onderdeel B; en

    • artikel VI;

  • b. het Besluit van 18 december 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 en enige andere besluiten in verband met de Wet accreditatie op maat (Stb. 2019, 1); en

  • c. artikel I, onderdelen C, D en E van het Besluit van 26 april 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met het vaststellen van nadere voorschriften voor het verzorgen van hoger onderwijs in het buitenland (Stb. 2018, 152).

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 22 januari 2019

Willem-Alexander

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Uitgegeven de eenendertigste januari 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Inleiding

Dit besluit voorziet in de inwerkingtreding van de Wet accreditatie op maat en twee besluiten die hiermee verband houden. Beoogd wordt om deze wet en deze besluiten in werking te laten treden op de eerste dag van de maand nadat het onderhavige besluit in het Staatsblad is geplaatst. Beoogd is een datum van inwerkingtreding die aansluit bij het visitatierooster van de NVAO. In het visitatierooster is voor elke opleiding de uiterste datum voor indiening van het visitatierapport ten behoeve van de accreditatie vastgelegd. De NVAO hanteert hiervoor twee vaste indieningsmomenten per jaar.

Inwerkingtreding van de Wet accreditatie op maat

Verschillende onderdelen van de Wet accreditatie op maat zijn reeds in werking getreden op 27 augustus 2018. Met onderhavig besluit treden de overige onderdelen van de Wet accreditatie op maat in werking, behoudens enkele uitzonderingen. Deze onderdelen van de Wet accreditatie op maat treden niet in werking omdat de betreffende wijzigingen wetstechnisch onuitvoerbaar zijn geworden door de inwerkingtreding van de Wet invoering associate degree-opleiding.1 Deze onderdelen zien op het vernummeren van de artikelen 5a.9 en 5a.11 tot de artikelen 5.6 en 5.11 in artikel 7.3d van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (hierna: WHW) (artikel I, onderdeel O en artikel IX, onderdeel B), een wijziging in de begripsbepaling «associate degree-opleiding» in de Wet studiefinanciering 2000 en de Wet studiefinanciering BES (artikel IX, onderdeel A, onder r en y) en een wijziging in de begripsbepalingen «bacheloropleiding» en «masteropleiding» in de Wet studiefinanciering BES (artikel IV). De wijzigingen in de onderdelen die om genoemde redenen niet in werking kunnen treden worden opgenomen in een ander wetstraject zodat deze wijzigingen als nog in de betreffende wetten aangebracht kunnen worden. Ook wordt geregeld dat de onderdelen uit de Wet accreditatie op maat die niet in werking kunnen treden komen te vervallen.

Inwerkingtreding van het Besluit van 18 december 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 en enige andere besluiten in verband met de Wet accreditatie op maat

Met de inwerkingtreding van het hierboven genoemde besluit worden in het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 bepalingen opgenomen over het onder voorwaarden verlenen van accreditatie nieuwe en bestaande opleiding en het verlenen van ITK onder voorwaarden. Ook wordt met dit besluit het Besluit experiment instellingsaccreditatie met lichtere opleidingsaccreditatie2 gewijzigd in verband met de inwerkingtreding van de Wet accreditatie op maat. In laatstgenoemd besluit worden de begrippen en verwijzingen naar artikelen in de WHW met betrekking tot accreditatie aangepast aan de nieuwe begrippen en artikelen uit de Wet accreditatie op maat.

Inwerkingtreding van het Besluit van 26 april 2018 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met het vaststellen van nadere voorschriften voor het verzorgen van hoger onderwijs in het buitenland

Met de inwerkingtreding van het onderhavige besluit treden ook onderdelen C, D en E van het hierboven genoemde besluit in werking. Deze onderdelen voorzien in het wijzigen van de artikelen 6.11, 6.13 en 6.14 van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 in verband met de inwerkingtreding van de Wet accreditatie op maat. In deze artikelen worden verwijzingen en begrippen met betrekking tot accreditatie aangepast aan de Wet accreditatie op maat.3

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven


X Noot
1

Stb. 2017, 390.

X Noot
2

Stb. 2017, 500.

X Noot
3

Zie Stb. 2018, 152, p. 34 en 35 voor een uitgebreide toelichting.

Naar boven