Besluit van 27 augustus 2018 tot wijziging van het besluit van 16 juni 2015, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting, de wet van 20 maart 2015 (Stb. 146) tot wijziging van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting en het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015, alsmede vaststelling van het tijdstip, bedoeld in artikel Ibis van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting (Stb. 2015, 232)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 20 augustus 2018, nr. 2018-0000597033;

Gelet op artikel Ibis van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel 3 van het besluit van 16 juni 2015, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting, de wet van 20 maart 2015 (Stb. 146) tot wijziging van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting en het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015, alsmede vaststelling van het tijdstip, bedoeld in artikel Ibis van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting (Stb. 2015, 232) vervalt.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 27 augustus 2018

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Uitgegeven de eenentwintigste september 2018

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

Artikel Ibis van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting behelst een wijziging van de datum waarop de toegelaten instellingen de jaarrekening gereed moeten hebben. De inwerkingtreding van die wijziging is sinds de totstandkoming van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting twee keer uitgesteld, laatstelijk tot 1 januari 2019.

Bij brief van 5 december 2017 (Kamerstukken 2017/18, 29 453, 461) is aan de Tweede Kamer toegezegd dat de datum waarop de jaarverantwoordingsinformatie moet worden aangeleverd onderdeel zal zijn van de voorgenomen evaluatie van de Woningwet.

Daarnaast zijn van de zijde van de woningcorporaties en diverse accountants signalen ontvangen dat het niet wenselijk is om reeds in 2019 de datum voor het aanleveren van de verantwoordingsinformatie te vervroegen. Dit vooral als gevolg van voortgaande ontwikkelingen ten aanzien van de jaarrekeningcontrole, die onder meer tot een intensievere accountantscontrole leiden. Dit wordt door de Autoriteit Woningcorporaties onderschreven.

De inwerkingtreding van artikel Ibis van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting is voor onbepaalde tijd uitgesteld. In het kader van de reeds genoemde evaluatie zal worden bezien of en wanneer dat artikel alsnog in werking kan treden.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven