Besluit van 29 november 2016, tot wijziging van het Besluit elektronische deponering handelsregister in verband met een beperkte uitbreiding van de uitzonderingen op de verplichting tot elektronisch deponeren

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 25 oktober 2016, nr. WJZ / 16157235;

Gelet op artikel 19a van de Handelsregisterwet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 9 november 2016, nr. W15.16.0348/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken van 24 november 2016, nr. WJZ / 16179521;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Artikel 4 van het Besluit elektronische deponering handelsregister wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt «, of» vervangen door een puntkomma.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. een rechtspersoon die een jaarrekening deponeert die op grond van artikel 362, eerste lid, tweede volzin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is opgesteld naar de normen van een van de andere lidstaten van de Europese Unie.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

Wassenaar, 29 november 2016

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Uitgegeven de twaalfde december 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

NOTA VAN TOELICHTING

Het Besluit elektronische deponering handelsregister regelt dat de jaarrekening, het jaarverslag en overige gegevens die op grond van artikel 394 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bij het handelsregister gedeponeerd moeten worden langs elektronische weg, via de standaard Standard Business Reporting (SBR) worden gedeponeerd. Een aantal rechtspersonen is in artikel 4 van het besluit uitgezonderd van deze verplichting. Naar nu blijkt, zal voor nog een klein aantal andere rechtspersonen een uitzondering gemaakt moeten worden.

Als de internationale vertakking van een groep rechtspersonen dit rechtvaardigt, kan een rechtspersoon, ongeacht de grootte van de rechtspersoon, op grond van artikel 2:362, eerste lid, tweede volzin, Burgerlijk Wetboek, de jaarrekening opstellen volgens het recht van een van de andere EU-lidstaten. SBR ondersteunt geen nationale jaarverslaggevingsregels van de andere EU-lidstaten. Het omzetten van de jaarverslaggevingsregels van andere EU-lidstaten naar SBR is evenmin eenvoudig te realiseren. Om die reden moet deze groep rechtspersonen alsnog worden uitgezonderd van de verplichting om elektronisch te deponeren in het handelsregister. Met de wijziging van artikel 4 van het Besluit elektronische deponering handelsregister wordt dat gerealiseerd. Het aantal rechtspersonen dat de jaarstukken op grond van artikel 2:362, eerste lid, tweede volzin, Burgerlijk Wetboek mag opstellen conform de jaarrekeningregels van andere lidstaten is gering, waardoor de eerder bij het wetsvoorstel tot wijziging van de Handelsregisterwet 2007 in verband met elektronische deponering via SBR (Stb. 2015, 505) in kaart gebrachte effecten voor burgers, bedrijven en overheid ongewijzigd blijven.

Met de inwerkingtredingsbepaling wordt afgeweken van het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten en de minimum invoeringstermijn. Deze afwijking is gerechtvaardigd daar het hier om reparatiewetgeving gaat, waarbij ongewenste lasten voor de desbetreffende rechtspersonen worden voorkomen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid j° vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven