Besluit van 3 juli 2015, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 24 juni 2015 tot wijziging van diverse onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele inhoudelijke wijzigingen van diverse aard

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 1 juli 2015, WJZ/783308 (10599), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel X van de Wet van 24 juni 2015 tot wijziging van diverse onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele inhoudelijke wijzigingen van diverse aard;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  • 1. De Wet van 24 juni 2015 tot wijziging van diverse onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele inhoudelijke wijzigingen van diverse aard treedt in werking met ingang van 1 augustus 2015, met uitzondering van de artikelen III, onderdeel A, VIII, onderdelen A en B en IXA, onderdeel B.

  • 2. De artikelen III, onderdeel A, en VIII, onderdelen A en B, van de wet, genoemd in het eerste lid, treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, en werken terug tot en met 1 augustus 2014.

  • 3. Artikel IXA, onderdeel B, van de wet, genoemd in het eerste lid, treedt in werking met ingang van 1 september 2016.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 3 juli 2015

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker

Uitgegeven de veertiende juli 2015

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van de Wet van 24 juni 2015 tot wijziging van diverse onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele inhoudelijke wijzigingen van diverse aard. De artikelen van deze wet treden op verschillende tijdstippen in werking.

In beginsel worden voor onderwijswetgeving twee vaste inwerkingtredingsdata gehanteerd, te weten 1 augustus en 1 januari voor het primair, speciaal en voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs, en 1 september en 1 januari voor het hoger onderwijs. Er geldt een minimale invoeringstermijn van twee maanden. De invoeringstermijn is de termijn tussen publicatie in het Staatsblad en de inwerkingtreding. Om aan te kunnen sluiten bij het vaste verandermoment van 1 augustus 2015 van de hierboven genoemde wet wordt afgeweken van de vaste invoeringstermijn van 2 maanden. Aangezien het deels gaat om redactionele en technische verbeteringen en aanpassingen, en deels om een bescheiden inhoudelijke wijziging, brengt deze afwijking van de invoeringstermijn geen nadelen met zich mee voor de betrokken doelgroepen. De inwerkingtreding is direct na aanvaarding van de wet in de Eerste Kamer (23 juni 2015) geregeld om de periode tussen de datum van publicatie en de inwerkingtreding zo lang mogelijk te maken.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker

Naar boven