Besluit van 18 juni 2015, houdende vervanging bijlage Tabakswet

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 8 april 2014, kenmerk 738855-134397-WJZ, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Veiligheid en Justitie;

Gelet op artikel 11c, tweede lid, van de Tabakswet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 mei 2015, No. W13.15.0108/III);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 15 juni 2015, kenmerk 768678-136660-WJZ, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister van Veiligheid en Justitie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

De bijlage bij de Tabakswet wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.

ARTIKEL II

Op overtredingen van het bepaalde bij artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet die zijn begaan voor de inwerkingtreding van dit besluit, blijven de boetebedragen van kracht die golden op het moment waarop de overtreding is begaan.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

Wassenaar, 18 juni 2015

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

Uitgegeven de dertigste juni 2015

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Bijlage

Bijlage als bedoeld in artikel 11b inzake bestuurlijke boeten, bevattende de tarieven voor overtredingen genoemd in artikel 11b, eerste lid.

De overtredingen zijn ingedeeld in vier categorieën.

Categorie A

Onder categorie A vallen de overtredingen van het bepaalde bij of krachtens:

  • Artikel 3, eerste lid;

  • Artikel 3a;

  • Artikel 3b, eerste lid, met inbegrip van te laat, onjuist of onvolledig indienen van de lijst met tabaksingrediënten.

  • Artikel 3b, tweede lid, met inbegrip van te laat, onjuist of onvolledig indienen van de verklaring bij de lijst met tabaksingrediënten;

  • Artikel 3b, derde lid;

  • Artikel 3c, eerste lid;

  • Artikel 3c, vierde lid;

  • Artikel 3e;

  • Artikel 5, eerste lid, door anderen dan fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten;

  • Artikel 5, vijfde lid, door anderen dan fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten;

  • Artikel 5, zesde lid;

  • Artikel 5a, eerste lid, door anderen dan fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten;

  • Artikel 5a, tweede lid, door anderen dan fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten;

  • Artikel 7, eerste lid;

  • Artikel 7, tweede lid;

  • Artikel 7, derde lid;

  • Artikel 8, derde lid;

  • Artikel 9, eerste lid;

  • Artikel 9, tweede lid;

  • Artikel 9, derde lid;

  • Artikel 9, vierde lid;

  • Artikel 18.

Overtredingen behorend tot categorie A worden bestraft met een bestuurlijke boete van € 450. Dit bedrag wordt verhoogd tot:

  • € 1.350 indien de natuurlijke persoon aan wie of de rechtspersoon waaraan de overtreding kan worden toegerekend voor een soortgelijke overtreding eerder is beboet en er nog geen twee jaar zijn verlopen sinds die eerdere bestuurlijke boete onherroepelijk is geworden;

  • € 2.250 indien binnen drie jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de derde maal wordt begaan; en

  • € 4.500 indien binnen vijf jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de vierde maal wordt begaan.

Categorie B

Onder categorie B vallen overtredingen door fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten van het bepaalde bij:

  • Artikel 5, eerste lid;

  • Artikel 5, vijfde lid;

  • Artikel 5a, eerste lid;

  • Artikel 5a, tweede lid.

Overtredingen behorend tot categorie B worden bestraft met een bestuurlijke boete van € 45.000. Dit bedrag wordt verhoogd tot:

  • € 135.000 indien de natuurlijke persoon aan wie of de rechtspersoon waaraan de overtreding kan worden toegerekend voor een soortgelijke overtreding eerder is beboet en er nog geen twee jaar zijn verlopen sinds die eerdere bestuurlijke boete onherroepelijk is geworden;

  • € 225.000 indien binnen drie jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de derde maal wordt begaan; en

  • € 450.000 indien binnen vijf jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de vierde maal wordt begaan.

Categorie C

Onder categorie C vallen overtredingen van het bepaalde bij artikel 8, eerste lid.

Overtredingen van het bepaalde bij artikel 8, eerste lid, worden bestraft met een bestuurlijke boete van € 1.360 wanneer de overtreding is begaan door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die op de dag waarop de overtreding is begaan minder dan vijftig werknemers telde. Dit bedrag wordt verhoogd tot:

  • € 2.040 indien de natuurlijke persoon aan wie of de rechtspersoon waaraan de overtreding kan worden toegerekend voor een soortgelijke overtreding eerder is beboet en er nog geen twaalf maanden zijn verlopen sinds die eerdere bestuurlijke boete onherroepelijk is geworden;

  • € 2.720 indien binnen twaalf maanden na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de derde maal wordt begaan; en

  • € 4.500 indien binnen vijf jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de vierde maal wordt begaan.

Overtredingen van het bepaalde bij artikel 8, eerste lid, die worden begaan door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die op de dag waarop de overtreding is begaan vijftig werknemers of meer telde, worden bestraft met een bestuurlijke boete van € 2.720. Dit bedrag wordt verhoogd tot:

  • € 4.080 indien de natuurlijke persoon aan wie of de rechtspersoon waaraan de overtreding kan worden toegerekend voor een soortgelijke overtreding eerder is beboet en er nog geen twaalf maanden zijn verlopen sinds die eerdere bestuurlijke boete onherroepelijk is geworden;

  • € 5.440 indien binnen twaalf maanden na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de derde maal wordt begaan; en

  • € 9.000 indien binnen vijf jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de vierde maal wordt begaan.

Categorie D

Onder categorie D vallen overtredingen van het bepaalde bij of krachtens artikel 10, eerste en tweede lid.

Overtredingen van het bepaalde bij of krachtens artikel 10, eerste of tweede lid, worden bestraft met een bestuurlijke boete van € 600. Dit bedrag wordt verhoogd tot:

  • € 1.200 indien de natuurlijke persoon aan wie of de rechtspersoon waaraan de overtreding kan worden toegerekend voor een soortgelijke overtreding eerder is beboet en er nog geen twee jaar zijn verlopen sinds die eerdere bestuurlijke boete onherroepelijk is geworden;

  • € 2.400 indien binnen drie jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de derde maal wordt begaan; en

  • € 4.500 indien binnen vijf jaar na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding, een soortgelijke overtreding voor de vierde maal wordt begaan.

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit vervangt de bijlage bij de Tabakswet waarmee de hoogte van de boetebedragen voor overtreding van de bepalingen, genoemd in artikel 11b, eerste lid, van de Tabakswet worden vastgesteld. De bijlage is met deze wijziging in belangrijke mate vereenvoudigd. De artikelen die worden gesanctioneerd met een bestuurlijke boete worden ter verhoging van de duidelijkheid en leesbaarheid op een kortere wijze weergegeven. Hiermee wordt de bijlage overzichtelijker.

Voorts geef ik met deze wijziging van de bijlage invulling aan mijn toezegging om de boetebedragen voor de overtreding van de leeftijdsgrens die geldt voor de verkoop van tabaksproducten gelijk te trekken met de boetebedragen die gelden op grond van de Drank- en Horecawet1 voor overtredingen van de leeftijdsgrens die geldt voor de verkoop van alcoholhoudende dranken.

Daarnaast wordt de indeling van de overtredingen over de verschillende categorieën enigszins gewijzigd. Door dit besluit ontstaan vier boetecategorieën: A, B, C en D.

Categorie A komt grotendeels overeen met de bestaande categorie A en het deel van categorie B dat niet ziet op sponsoring en reclame door fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten. De artikelen die onder deze categorie vallen en de bijbehorende boetebedragen zijn op een overzichtelijker manier gerangschikt. Daarbij zij opgemerkt dat er geen boetebedrag meer geldt voor de overtreding van het bepaalde bij of krachtens artikel 3d van de Tabakswet omdat daarvoor de basis in artikel 11b, tweede lid, van de Tabakswet ontbreekt. Op grond van artikel 3d van de Tabakswet kunnen regels worden gesteld omtrent de erkenning van laboratoria die metingen en onderzoekingen verrichten aan tabaksproducten. Het niet naleven van de regels die zijn gesteld in het kader van de erkenning van laboratoria zal uiteindelijk kunnen leiden tot het intrekken van de erkenning van het betrokken laboratorium.

Voorts zij opgemerkt dat een meer eenduidige formulering is gekozen voor de beschrijving van de recidivetermijn. De boetebedragen worden verhoogd als dezelfde (rechts)persoon binnen de aangegeven periode een gelijksoortige overtreding begaat als de eerdere overtreding waarvoor een bestuurlijke boete is opgelegd, die onherroepelijk is geworden. In de vorige bijlage werden de aanduidingen «soortgelijke overtreding», «dezelfde overtreding» en «hetzelfde voorschrift» door elkaar gebruikt, hetgeen de duidelijkheid niet ten goede komt.

De nieuwe formulering sluit beter aan bij de bestaande praktijk en de bedoeling die ten grondslag ligt aan de huidige recidiveregels. Uit de nieuwe tekst volgt nu duidelijker dat het voor toepassing van de recidiveregels niet noodzakelijk is dat eenzelfde overtreding is begaan. Voor toepassing van de recidiveregels is het wel nodig dat hetzelfde artikel van de Tabakswet opnieuw is overtreden. Bij overtreding van artikel 5 van de Tabakswet kan het bijvoorbeeld de ene keer gaan om het maken van verboden reclame terwijl de volgende keer sprake is van verboden sponsoring. Als dit na elkaar plaatsvindt dan zijn de recidiveregels van categorie A van toepassing.

In categorie B worden door dit besluit de boetebedragen opgenomen voor de overtredingen van de artikelen 5 en 5a door fabrikanten, groothandelaren en importeurs van tabaksproducten. Het betreft de boetebedragen voor de overtreding van het reclame- en sponsoringverbod. Voor categorie B gelden dezelfde opmerkingen als gemaakt bij categorie A over het overzichtelijker rangschikken van de artikelen met de bijbehorende boetebedragen en de beschrijving van de recidivetermijnen.

In categorie C worden de boetebedragen vastgesteld voor de overtreding van artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet. De boetebedragen voor overtreding daarvan en de recidivetermijnen worden in deze categorie voor zover mogelijk gelijk getrokken met de boetebedragen en termijnen die op grond van de Drank- en Horecawet gelden voor de overtreding van de leeftijdsgrens bij de verkoop van alcoholhoudende dranken. Hiermee geef ik invulling aan mijn bovengenoemde toezegging. In deze categorie wordt nu ook een onderscheid gemaakt naar de grootte van het bedrijf. Dat betekent dat de boetebedragen worden verdubbeld, indien de overtreding wordt begaan door een bedrijf dat vijftig medewerkers of meer telt. Verder heeft de afstemming op het vergelijkbare boeteregime van de Drank- en Horecawet tot gevolg dat een recidivetermijn van twaalf maanden na het onherroepelijk worden van de eerste bestuurlijke boete aangehouden zal worden. Dit betekent voor overtreding van artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet een verkorting van de recidivetermijn ten opzichte van de thans op grond van de Tabakswet geldende termijnen. Deze verkorting van de recidivetermijn zal naar verwachting niet leiden tot minder toepassen van de recidiveregels. De NVWA zal namelijk bij een eerste overtreding van artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet in verband met artikel 8a van de Tabakswet (de zogenaamde «three strikes out» bepaling), het betrokken bedrijf binnen een jaar verschillende malen controleren op de naleving van artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet. Bij die controles wordt duidelijk hoe het met de naleving van artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet gesteld is in het jaar na het onherroepelijk worden van de opgelegde bestuurlijke boete voor de eerste overtreding.

In afwijking van de systematiek van de Drank- en Horecawet (deze wet kent drie boetebedragen) blijven in de Tabakswet wel vier boetebedragen bestaan en blijft het hoogste boetebedrag van € 4.500 (voor bedrijven van vijftig werknemers of meer geldt het dubbele boetebedrag) bestaan voor de overtreding van artikel 8, eerste lid, van de Tabakswet. Hiervoor is gekozen omdat het afschaffen van het vierde boetebedrag beschouwd zou kunnen worden als een versoepeling van de sancties, hetgeen niet beoogd is.

Categorie D vervangt de bestaande categorie C en komt daar inhoudelijk mee overeen. Ook deze categorie is eenvoudiger en overzichtelijker geformuleerd. Daarnaast is in deze categorie rekening gehouden met de wijziging van de Tabakswet (verduidelijking van de rookverboden in de Tabakswet, met inbegrip van een algemeen rookverbod in de horeca) waardoor alle rookverboden zijn samengevoegd in artikel 10 van de wet. Dit besluit past deze categorie in verband daarmee aan.

Voor categorie D gelden dezelfde opmerkingen als gemaakt bij categorie A over het overzichtelijker rangschikken van de artikelen met de bijbehorende boetebedragen en de beschrijving van de recidivetermijnen.

Dit besluit heeft geen regeldrukeffecten voor bedrijven en burgers.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Handelingen II, 2013/14, nr. 8-6, blz. 9.

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid jo vijfde lid van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven