Besluit van 15 oktober 2013, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van het Besluit van 18 december 2012, tot wijziging van het Besluit stralingsbescherming en enkele andere besluiten in verband met de vereenvoudiging van de wettelijke regels en de vermindering van administratieve lasten voor ondernemingen die met ioniserende straling werken en het herstel van enkele wetstechnische gebreken en leemten (Stb. 2013, 33)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 10 oktober 2013, nr. WJZ / 13166048;

Gelet op artikel XI van het Besluit van 18 december 2012, tot wijziging van het Besluit stralingsbescherming en enkele andere besluiten in verband met de vereenvoudiging van de wettelijke regels en de vermindering van administratieve lasten voor ondernemingen die met ioniserende straling werken en het herstel van enkele wetstechnische gebreken en leemten (Stb. 2013, 33);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Artikel I, onderdeel R, van de wet van 19 november 2009 tot wijziging van de Kernenergiewet in verband met vereenvoudiging van het bevoegd gezag, invoering van een verplichting tot financiële zekerheidstelling en enkele andere wijzigingen (Stb. 2010, 18) treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.

Artikel 2

  • 1. Het Besluit van 18 december 2012, tot wijziging van het Besluit stralingsbescherming en enkele andere besluiten in verband met de vereenvoudiging van de wettelijke regels en de vermindering van administratieve lasten voor ondernemingen die met ioniserende straling werken en het herstel van enkele wetstechnische gebreken en leemten (Stb. 2013, 33) treedt in werking met ingang van 1 januari 2014 met uitzondering van artikel I, onderdelen I, artikelen 7b, eerste en derde lid, L, M, eerste en tweede onderdeel, derde onderdeel, onder a en vierde onderdeel, N, O, AA, onderdelen 1 en 3 en BM, eerste onderdeel.

  • 2. Artikel I, onderdelen I, artikelen 7b, eerste en derde lid, L, M, eerste en tweede onderdeel, derde onderdeel, onder a en vierde onderdeel, N, O en BM, eerste onderdeel, van het Besluit van 18 december 2012, tot wijziging van het Besluit stralingsbescherming en enkele andere besluiten in verband met de vereenvoudiging van de wettelijke regels en de vermindering van administratieve lasten voor ondernemingen die met ioniserende straling werken en het herstel van enkele wetstechnische gebreken en leemten (Stb. 2013, 33) treden in werking met ingang van 1 januari 2015.

Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 15 oktober 2013

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Uitgegeven de vijfentwintigste oktober 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van een onderdeel van de wet van 19 november 2009 tot wijziging van de Kernenergiewet in verband met vereenvoudiging van het bevoegd gezag, invoering van een verplichting tot financiële zekerheidstelling en enkele andere wijzigingen (Stb. 2010, 18). De wijziging biedt de basis voor wijzigingen in de wijze waarop stralingsbeschermingsdeskundigen worden geregistreerd. Tevens wordt met dit besluit de inwerkingtreding geregeld van het Besluit van 18 december 2012, tot wijziging van het Besluit stralingsbescherming en enkele andere besluiten in verband met de vereenvoudiging van de wettelijke regels en de vermindering van administratieve lasten voor ondernemingen die met ioniserende straling werken en het herstel van enkele wetstechnische gebreken en leemten (Stb. 2013, 33) (hierna: besluit).

Het grootste deel van de bepalingen uit het besluit treden op 1 januari 2014 in werking. Inwerkingtreding van enkele bepalingen vindt later plaats. De bepalingen die zien op het register voor deskundigen treden op 1 januari 2015 in werking om betrokkenen afdoende tijd te geven om aan de gestelde verplichtingen te kunnen voldoen. De grondslagen voor het nader reguleren van het register worden wel vanaf 1 januari 2014 ingevuld door middel van de op deze dag in werking tredende Uitvoeringsregeling stralingsbescherming EZ.

Vanaf 1 januari 2014 berust de erkenning van instellingen waar personen een diploma, certificaat of een ander getuigschrift ter afsluiting van een opleiding op het gebied van stralingsbescherming kunnen behalen op artikel 7f van het Besluit stralingsbescherming. De Tijdelijke regeling erkenning opleidingen deskundigen radioactieve stoffen en toestellen regelt tot op heden welke opleidingen zijn erkend. Dit zal voorlopig ook zo blijven. De Tijdelijke regeling erkenning opleidingen deskundigen radioactieve stoffen en toestellen zal voorlopig invulling gaan geven aan de grondslag van artikel 7f van het Besluit stralingsbescherming. In de loop van 2014 zal de Tijdelijke regeling erkenning opleidingen deskundigen radioactieve stoffen en toestellen worden vervangen door een aanvulling op de Uitvoeringsregeling stralingsbescherming EZ. Deze aanvulling zal leiden tot een meer gestructureerde erkenning van opleidingen op het gebied van stralingsbescherming en daarmee tot een betere borging van de kwaliteit die deze opleidingen leveren.

De bepaling (onderdeel AA) voor het register voor beveiligingsdeskundigen treedt nog niet in werking. Op dit moment wordt nog gewerkt aan de invulling van de eisen als bedoeld in het derde lid van het te wijzigen artikel 20ca van het Besluit stralingsbescherming. Ook wordt nog verder inhoud gegeven aan de wijze van registratie. Er zal tevens nader overleg plaatsvinden met de betrokken sector en andere betrokken private en publieke partijen. Zodra duidelijkheid is over de inhoud zal een additioneel besluit met nadere toelichting volgen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven