Besluit van 19 oktober 2012, houdende wijziging van het Besluit etikettering energiegebruik personenauto’s in verband met het vervallen van bijlage 4 en de delegatie van de normering

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 22 mei 2012, nr. WJZ / 12059137, gedaan in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Gelet op artikel 13 van de Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 juni 2012, nr. W. 15.12.184/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 17 oktober 2012, nr. WJZ 12087100, uitgebracht in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit etikettering energiegebruik personenauto’s wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd

1. Onderdeel t komt te luiden:

t. referentiewaarde:

de waarde van de CO2-uitstoot als uitkomst van formules die zijn opgenomen de regeling, bedoeld in artikel 6a, respectievelijk voor personenauto's met benzine als brandstof, en personenauto's met diesel als brandstof;.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel x door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

y. energie-efficiëntieklasse:

de klassegewijze indeling van nieuwe modellen personenauto’s op basis van de berekende waarden voor de relatieve energiezuinigheid ten opzichte van een referentiewaarde.

B

In artikel 2, eerste lid wordt het woord «reisen» vervangen door: eisen.

C

In de artikelen 3, vierde lid, en 9, tweede lid, wordt «Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer» vervangen door: Onze Minister van Infrastructuur en Milieu.

D

Na artikel 6 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 6a

Bij regeling van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu worden regels vastgesteld voor:

  • a. de bepaling van de energie-efficiëntieklasse en

  • b. de vaststelling van de constanten en waarden ten behoeve van de berekening van de relatieve zuinigheid.

E

In artikel 7, derde lid, onderdeel b, wordt «berekend overeenkomstig bijlage 4» vervangen door: berekend overeenkomstig de regeling, bedoeld in artikel 6a.

F

In artikel 8, eerste lid, wordt «de in bijlage 4 opgenomen regressieformules» vervangen door: de bij regeling van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu vast te stellen regressieformules.

G

Artikel 10 vervalt.

H

In onderdeel VI van bijlage 1 wordt «bepaald overeenkomstig bijlage 4» vervangen door: bepaald overeenkomstig de regeling, bedoeld in artikel 6a.

I

Bijlage 4 vervalt.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 19 oktober 2012

Beatrix

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M. J. M. Verhagen

Uitgegeven de zesentwintigste oktober 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

In het Besluit etikettering energiegebruik personenauto’s (verder: het besluit) zijn regels opgenomen voor de vorm en inhoud van energie-etiketten voor personenauto’s. Het energie-etiket wordt bij elke nieuwe personenauto die door handelaren te koop wordt aangeboden geplaatst en vermeldt behalve de officiële waarden voor het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot ook de relatieve zuinigheid van een auto door middel van de energie-efficiëntieklasse. De energie-efficiëntieklasse geeft informatie aan de consumenten over de zuinigheid van de auto, die gebaseerd is op geharmoniseerde meetgegevens van in een bepaalde periode in Nederland verkochte nieuwe personenauto’s. Het gaat hierbij om de relatieve zuinigheid ten opzichte van andere auto’s van dezelfde grootte. De constanten en waarden die ten grondslag liggen aan de toekenning van energie-efficiëntieklassen aan modellen nieuwe personenauto’s worden elke twee jaar door de RDW vastgesteld.

2. Het energie-etiket voor personenauto’s

Het energie-etiket is een belangrijke bron van informatie voor de consumenten die een nieuwe personenauto willen kopen. De etiketten worden daarnaast door de autobranche gebruikt in de reclame voor de verschillende modellen. Doordat als gevolg van technische ontwikkelingen fabrikanten voortdurend zuinigere auto’s op de markt brengen, worden aan nieuwe modellen personenauto’s steeds meer «groene etiketten» toegekend. Om te voorkomen dat na verloop van tijd het merendeel van de modellen alleen nog maar een A- of B-etiket heeft, wordt elke twee jaar, op basis van de verzamelde gegevens over het gemiddelde CO2-uitstoot van nieuwe personenauto’s, de CO2-refererentienorm voor het label automatisch aangescherpt. De systematiek van (de toekenning van) het etiket is echter steeds gelijk gebleven.

3. Aanpassing rekengegevens

In de afgelopen 10 jaar is gebleken, dat bijlage 4 bij het besluit als gevolg van de ontwikkelingen in de markt en de techniek herhaaldelijk moest worden aangepast. Het gaat meestal om kleine wijzigingen, die – zoals gezegd – de etiketteringssystematiek niet wijzigen, maar aanpassingen zijn als gevolg van technische ontwikkelingen alsmede van de gegevens met betrekking tot de verkoop van specifieke soorten auto’s of aanpassingen aan de technische ontwikkelingen.

Omwille van de efficiëntie in het proces van deze regelmatig terugkerende vaststelling van nieuwe wijzigingen van technische aard, is er thans voor gekozen de vaststelling van de berekeningswijze en -normen bij ministeriële regeling mogelijk te maken door een delegatiebepaling ter zake op te nemen. Bijlage 4 bij het besluit is vervallen. De verwijzingen in het besluit naar die bijlage zijn daaraan aangepast.

4. Gevolgen voor de administratieve lasten, uitvoeringslasten en regeldruk

Het gaat om een juridisch-technische wijziging, waardoor de verplichtingen van de autohandelaren en -producenten niet veranderen. Verwacht wordt dat hierdoor de wijzigingen van de berekeningsvoorschriften eerder kunnen worden vastgesteld en aan de branche bekend gemaakt kunnen worden. Dit heeft geen invloed op de administratieve lasten, uitvoeringslasten en regeldruk.

5. Vaste verandermomenten

De berekening van uitkomsten voor de toekenning van energie-etiketten wordt, na inwerkingtreding van dit besluit, uitgevoerd op basis van de voorschriften van de ministeriële regeling, waarvoor het nieuwe artikel 6a de juridische grondslag vormt. Het is de bedoeling dat die regeling gelijktijdig met dit besluit op 1 januari 2013 in werking treedt.

6. Betrokkenheid beide kamers der Staten-Generaal

Ingevolge artikel 34a van de Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie is een ontwerp van dit besluit ter kennisneming overgelegd aan beide kamers der Staten-Generaal (Kamerstukken II 2011/12, 31 209, nr. 153).

II Artikelen

Artikel I

Onderdeel A

In artikel 1 van het besluit is de omschrijving van referentiewaarde gewijzigd, omdat daarin naar de vervallen bijlage 4 werd verwezen. Daarnaast is een omschrijving van het begrip energie-efficiëntieklasse opgenomen, welk begrip ook in artikel 6a staat.

Onderdeel B en G

Met onderdeel B wordt een verschrijving gecorrigeerd. Met onderdeel G wordt vervalt een uitgewerkt artikel.

Onderdeel C

In deze artikelen is de verouderde aanduiding van de Minister van Infrastructuur en Milieu vervangen door de juiste aanduiding.

Onderdelen D en F

Naast de algemene delegatiebepaling in het nieuwe artikel 6a (onderdeel D) is binnen de bestaande structuur van het besluit een afzonderlijke grondslag nodig voor de vaststelling van de regressieformules.

Onderdelen E en H

De directe verwijzingen naar bijlage 4 in artikel 7 en bijlage 1 zijn vervangen door een verwijzing naar de nieuwe regeling waarvoor artikel 6a de juridische grondslag is.

Onderdeel I

Bijlage 4 zal in zijn geheel worden verwerkt in de nieuwe regeling, bedoeld in artikel 6a.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M. J. M. Verhagen


XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt met de daarbijbehorende stukken openbaar gemaakt door publicatie in de Staatscourant.

Naar boven