Besluit van 9 juli 2012, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van het Besluit van 19 augustus 2010 tot wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs (Stb. 2010, 332) en van het Besluit van 23 april 2012 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO, het Staatsexamenbesluit VO en het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB in verband met examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen VO en mbo 2 en 3 en aanpassing examineringsvoorschriften voor mbo in verband met de beroepsgerichte kwalificatiestructuur (Stb. 2012, 217)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 4 juli 2012, nr. WJZ/422671 (10249), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel IV van het Besluit van 19 augustus 2010 tot wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamen-besluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs (Stb. 2010, 332);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1. Inwerkingtreding Besluit van 19 augustus 2010 (Stb. 2010, 332)

Artikel I, onderdeel D, onderdelen 4 en 5, artikel II, onderdeel E, onderdelen 4 en 5, en artikel III, van het Besluit van 19 augustus 2010 tot wijziging van het Besluit staats-examens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs (Stb. 2010, 332) treden in werking met ingang van 1 augustus 2012.

Artikel 2. Inwerkingtreding Besluit van 23 april 2012 (Stb. 2012, 217)

Artikel IV en V van het Besluit van 23 april 2012 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO, het Staatsexamenbesluit VO en het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB in verband met examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen VO en mbo 2 en 3 en aanpassing examineringsvoorschriften voor mbo in verband met de beroepsgerichte kwalificatiestructuur (Stb. 2012, 217) treden in werking met ingang van 1 augustus 2012.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 9 juli 2012

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Uitgegeven de vierentwintigste juli 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Het Besluit van 19 augustus 2010 tot wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs is op 26 augustus 2010 aan de v oorzitters van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal verzonden in het kader van de wettelijk voorgeschreven procedure (artikel 29, vierde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs). In een brief van dezelfde datum (Kamerstukken I/II, 32 463, nr. A/1) is aangekondigd de aanscherping van de slaag/zakregeling gefaseerd in te voeren. Dat is ook herhaald tijdens het Algemeen Overleg dat met de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van de Tweede Kamer op 23 september 2010 is gevoerd.

Eerste fase van de aanscherping

Op 1 augustus 2011 zijn de onderdelen van het besluit in werking getreden die de eerste fase van de aanscherping van de slaag/zakregeling regelden. Zo is sinds die datum de eis van kracht dat leerlingen voor het centraal examen gemiddeld tenminste voldoende moeten scoren, en is de bepaling geschrapt dat bij de berekening van het eindcijfer het schoolexamen van de vakken van de basisberoepsgerichte leerweg twee keer meetelt.

Artikel 1: Vervolgfase van de aanscherping

Zoals in voornoemde brief van 26 augustus 2010 is aangekondigd, was de inwerkingtreding van de maatregel van ten hoogste één vijf voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde voorzien voor het schooljaar 2012–2013. Dat is ook herhaald in de nota van toelichting van het Besluit van 16 juni 2011, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van het Besluit van 19 augustus 2010 tot wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs (Stb. 2010, 332) (Stb. 2011, 320).

Met het onderhavige inwerkingtredingsbesluit wordt de inwerkingtreding geregeld van de aanscherping van de slaag/zakregeling voor de kernvakken in het havo en vwo. Vanaf het schooljaar 2012–2013 geldt – naast de overige eisen van de uitslagregeling – dat kandidaten slechts geslaagd zijn indien zij ten hoogste één vijf behalen voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde. De toelichting op het overgangsrecht dat daarbij van kracht wordt, is te vinden in de nota van toelichting bij het Besluit van 19 augustus 2010 tot wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs (Stb. 2010, 332).

De inwerkingtreding van artikel III van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. in verband met aanscherping van de slaag/zakregeling in het voortgezet onderwijs (Stb. 2010, 332) (Stb. 2011, 320) betreft de inwerkingtreding van de overgangsbepalingen voor de invoering van de kernvakkenregeling. Hiermee wordt voorkomen dat kandidaten voor het staatsexamen als voor het eindexamen die voor de invoering van de kernvakkenregeling examen hebben gedaan en voor dat examen zakken, zij niet onredelijke nadelige gevolgen van de invoering van de kernvakkenregeling zullen ondervinden. Dit artikel III is met het Besluit van 23 april 2012 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO, het Staatsexamenbesluit VO en het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB in verband met examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen VO en mbo 2 en 3 en aanpassing examineringsvoorschriften voor mbo in verband met de beroepsgerichte kwalificatiestructuur (Stb. 2012, 217) aangepast, zodat er geen verschil meer is tussen de voorwaarden om onder de oude regeling eindexamen af te leggen voor kandidaten die eerst eindexamen hebben gedaan aan een reguliere school en kandidaten die eindexamen hebben gedaan aan het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs.

Artikel 2: kernvakkenregeling op Caribisch Nederland

Met de inwerkingtreding van artikelen IV en V van het Besluit van 23 april 2012 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO, het Staatsexamenbesluit VO en het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB in verband met examinering referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen VO en mbo 2 en 3 en aanpassing examineringsvoorschriften voor mbo in verband met de beroepsgerichte kwalificatiestructuur (Stb. 2012, 217) wordt de inwerkingtreding van de maatregel van ten hoogste één vijf voor de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde voorzien op Caribisch Nederland. De kernvakkenregeling treedt in werking op 1 augustus 2012, maar is van toepassing op kandidaten van het eindexamen die in het schooljaar 2011–2012 met het eerste leerjaar zijn begonnen. Op grond van artikel 206, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs BES worden leerlingen die voor 18 februari 2011 zijn toegelaten tot het eerste leerjaar van een school voor havo of vwo in de gelegenheid gesteld eindexamen als bedoeld in artikel 32 van de Landsverordening voortgezet onderwijs af te leggen. De kernvakkenregeling gaat dus op Caribisch Nederland voor kandidaten van het havo-eindexamen gelden vanaf schooljaar 2015–2016 en voor kandidaten van het vwo-eindexamen gelden vanaf schooljaar 2016–2017. Voor Staatsexamenkandidaten op Caribisch Nederland is de kernvakkenregeling wel van toepassing vanaf schooljaar 2012–2013.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart