Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo wij in overweging hebben genomen, dat het op 2 februari 2012 te Brussel tot stand
gekomen Verdrag tot instelling van het Europees Stabiliteitsmechanisme tussen het
Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, Ierland, de
Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek,
de Republiek Cyprus, het Groothertogdom Luxemburg, Malta, het Koninkrijk der Nederlanden,
de Republiek Oostenrijk, de Portugese Republiek, de Republiek Slovenië, de Slowaakse
Republiek en de Republiek Finland ingevolge artikel 91, eerste lid, van de Grondwet
de goedkeuring van de Staten-Generaal behoeft, alvorens het Koninkrijk daaraan kan
worden gebonden;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
Artikel 1
Het op 2 februari 2012 te Brussel tot stand gekomen Verdrag tot instelling van het
Europees Stabiliteitsmechanisme tussen het Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland,
de Republiek Estland, Ierland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse
Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, het Groothertogdom Luxemburg,
Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Portugese Republiek,
de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek en de Republiek Finland, waarvan de
Nederlandse tekst is geplaatst in Tractatenblad 2012, 28, wordt goedgekeurd voor het Europese deel van Nederland.
Artikel 2
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het
Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Gegeven te ’s-Gravenhage, 5 juli 2012
Beatrix
De Minister van Financiën,
J. C. de Jager
De Minister van Buitenlandse Zaken,
U. Rosenthal
Uitgegeven de twaalfde juli 2012
De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten